Josephine Baker en haar kinderen VOOR DE VROUW DIOGENES en DJOJO BOJO 1 I KOKKIES Rijstwinkels: Het Kasteel Les Milandes van Josephine Baker ligt vlak bij het dorpje Domma in de Périgord, 500 km. van Parijs. De streek is boomrijk en vriendelijk; het panorama wordt afgewisseld door de rivier de Dordogne ,oude kastelen op de kalkrotsen en vruchtbare valleien, waar men druiven, mais en tabak verbouwt. In sommige tuintjes staan pisang bomen en een enkele palm. Van de notenbomen liggen walnoten te rotten op de grond en men kan op eenzame landwegen de pruimen en appelen zo uit de bomen plukken, zonder dat er een sterveling om taalt. Soms had ik de sensatie iets van de geur van de "oedik" te ondergaan, het landelijke, fris-groene en de ruimte van de velden, de dahlia's en canna's die in het wild in de pagger groeiden. Toen wij in "Le Village du Monde", zoals Milandes wordt genoemd, aankwamen wa ren wij er zeker van Josephine zelf niet te spreken te krijgen. Zij is practisch altijd op tournée of in alle mogelijke problemen ge wikkeld om haar kindergemeenschap en haar bezittingen te kunnen financieren. Lo kaal hadden wij niet altijd prettige berich ten opgevangen. Zij mag dan een idealiste zijn, zo zei men, maar zij is geen "femme d'affaires". Velen waren genegen haar te financieren - meer uit materialistische dan uit idealistische overwegingen nemen wij aan - maar zij schijnt de laatste jaren moei te gehad te hebben het project Milandes (er is een hotel annex restaurant, camping, etc. aan verbonden) intact te houden. Enkele mensen schijnen door haar te zijn gedu peerd .zij kan sommige leveranciers niet betalen. Ons echter intrigeert de gedachte achter dit kinderdorp. Zij heeft zich met 100% ingezet om deze gedachte levensvatbaar heid te geven. Jarenlang had zij één doel, waar zij geheel door werd geobsedeerd: kinderen van verschillend ras, religie en huidskleur met elkaar op te voeden om zó een cel van tolerantie en respect te krijgen in een wereld die tot heden ten dage nog zoveel rasproblematiek kent. Als negerin heeft zij ondanks alle "gla mour" van haar vroegere bestaan waar schijnlijk erg geleden onder rasdiscrimina tie. iiijitiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiuiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiuiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiitiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii waren 2 bekende Wijzen, toen schre- 1 ven ze al: Kokkie heeft de laagste prijzen I Witte de Withstraat 128 Telefoon 89438 Slotermeerlaan 125 Telefoon 130362 Simonskerkestraat 11 Osdorp, Telefoon 199323 AMSTERDAM - W. j P.S. Wij verzenden over de gehele wereld. mummini In de steile straatjes van Milandes zien wij de eerste kinderen van dit "werelddorp". Een Chinees en een Columbiaans jongetje bedreigen elkaar met speelgoedrevolvers. Het dorpje is verlaten, alle toeristen zijn - zoals op zoveel plaatsen - gevlucht voor de aanhoudende regens. Met een Venezo- laans jongetje gaan wij het poortje "Ver boden toegang" in en komen in de tuin van het "chateau", waar tussen pauwen en bloembedden andere kinderen spelen die "bonjour" zeggen en verder geen aan dacht aan ons schenken. "Tout le monde" komt op Milandes om Josephine te bezoe ken, zij zijn gewend aan belangstelling. In de deuropening van een grote zijkamer waar een lange tafel gedekt staat, verschijnt een negerkok met een groot schort voor, een bak paprika's en uien in de handen. Een oude man gaat met een stapel hout blokken een zijvleugel van het kasteel bin nen, wij volgen hem op de wenteltrap. Op de hoogste verdieping tikt het jongetje op een deur, waar volgens hem de werkkamer van de sécrétaire is. Hij vertelt een oudere heer die opendoet dat ik "Maman" (zoals J. Baker algemeen genoemd wordt) moet spreken. Achter een bureau beladen met paperassen en papieren zit nog een andere heer. Zij zijn geen van beide enthousiast over mijn bezoek, hoewel mij beleefd een stoel aangeboden wordt. De ene secretaris snijdt in zichzelf mopperend een enveloppe open en begint te lezen, terwijl hij mij vraagt wat de bedoeling van mijn bezoek is. Terwijl ik zorgvuldig naar woorden zoek, neemt hij mij zijdelings op, werpt met een moedeloos gebaar zijn handen in de lucht en zegt "Impossible". Ik zeg dat ik Mada me hoogstens vijf minuten wil spreken. Hij taxeert mij - en ik heb bijna neiging om te zeggen "au revoir, ik bèn al weg" - als hij achter een zware deur verdwijnt. Ik hoor heel duidelijk een gedecideerde vrouwen stem zeggen "Mais nön! Impossible. Je ne suis pas habillée. En kén ik haar?" De se cretaris komt terug en vraagt of "zij mij kent". Om het verhaal kort te maken, mijn koppigheid wint het. Ik zie haar tóch. Zij komt mij tegemoet in een rose wollen peignoir, waarvan zij bij het lopen nog even gauw de ceintuur vastknoopt. Zij heeft een coquet geruit katoenen mutsje op met een gerimpeld strookje, dat danst boven grote donkere brilleglazen. Onder de zorgvuldige maquillage is haar huid glad en leeftijds loos. Zij beweegt zich levendig en soepel, schudt in het voorbijgaan nog een paar kussens van een fauteuiltje op en excuseert zich over haar morgentoilet. "Maar Mada me, waarom komt U zó vroeg! (het is bijna half elf), ik moet mij nog kleden, 's mor gens heb ik nog zoveel te doen en te re- geien". Ik excuseer mij op mijn beurt dat ik zo "a la bonheur" naar Milandes ben gereden, verzeker haar dat zij ondanks morgentoilet charmant is en dan is het ijs gebroken. Ons gesprek is kort maar geeft mij genoeg stof om over te denken. Haar vitaliteit en idealisme schijnen ondanks alle commer ciële problemen over Milandes ongebroken. Er is een nieuw project waardoor zij hoopt Milandes nieuw leven in te blazen. Er zal 'n school komen, "The Brotherhood School" en deze "Josephine Baker Foundation" zal gesubsidieerd worden door instellingen uit verschillende landen. Het doel van de school kan in het kort samengevat worden onder: (ik geef de Engelse tekst weer) "Education towards abolishing the domina tion of man over man by violence, replacing it by the domination of man over nature". Het wordt een soort universiteit - met daar naast een technische afdeling - en men heeft verschillende specialisten op het oog die zullen doceren over de diverse onder werpen o.a. een Algerijns professor van de Centre d'Etudes et de Développement Tech nique et Social uit Rabat, René Pasquet, hoogleraar van de faculteit van Rechten uit Bordeaux, De Castro - bekend om zijn hoogst belangwekkend boek "The geogra phy of Hunger". Het "preliminary project" is reeds breed uitgewerkt, maar het zou te ver voeren in dit artikel hierop in te gaan. Zij breekt het gesprek ook plotseling af als in het vertrek naast ons stemmen klinken, zegt vrij on vriendelijk met een blik op mijn fototoestel "pas de photos" en begeleidt mij, terwijl zij haar mutsje wat verschikt, tot de deur. "Madame", zegt ze charmant "het spijt mij maar ik moet nog toilet maken en zoals elke vrouw, kost mij dit wel tijd". In de werkkamer zitten twee nieuwe bezoe kers, zij zegt tegen mij "mes amis" en de secretaris doet de deur van de hoofdingang open. In de straat zie ik helaas de kinderen niet meer, anders had ik nog gauw een plaatjè gemaakt. Zo leeft Josephine Baker, eens een gevierde revuester, in een Frans dorpje in de Dor dogne en tracht idealen te verwezenlijken waar de één schouderophalend aan voorbij gaat, de ander zich met genegenheid in verdiept. En waarom dit laatste niet - onze samenleving is over het algemeen al illu-. sie-loos genoeg! Er schiet mij een merkwaardige zin uit een Engels boek (de titel weet ik helaas niet meer) in de gedachte "De afstand tussen blank en zwart is minder dan de lengte van een uitgestrekte arm, maar méér dan 100.000 jaar". In het hotel teruggekomen, hebben wij een gesprek met een Frans echtpaar. "Le vil lage du monde? Josephine Baker?" Een veelbetekenend schouderophalen "Elle est folie" Idealiste? Kan wel zijn, maar zij is zéker geen realiste. Tja, die realiteit! C. C. 14

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1965 | | pagina 16