VAN HIER EN GUNDER C=3% De Vliegende Hollander WIND "lk ken U niet en toch ken ik U door de Tong Tong. Ik ben pas uit Indonesië gekomen en ben blij, erg blij, dat er een frisse wind door Tong Tong gaat"... (uit een zeer lange brief) van Ravenswaay Hoe zit dat? Iemand die genadevol als spijtoptant bij ons weer is toegelaten, die alle ellende en onrechtvaardigheden in In donesië jaren lang verduurd heeft, is blij dat er een frisse wind door Tong Tong gaat? Beste Ravenswaay, besef goed dat je nu in het land leeft van de harde stormen. En dat wie wind zaait, storm oogsten zal. Zoals je nu al aan Tong Tong merkt. Nochtans, als je maar opgegroeid bent in de geest van een Joseph Conrad en met deze schrijver de typhoons hebt leren be vechten op schepen als de "Patna" en de "Nan Shan", zal je merken dat men niet hoeft te vergaan hierT.R. BEGRIP "Ik ben waarlijk intens blij met de aange vangen serie: "De Indonesische Revolutie" en "De Rakjat". Bezonken, evenwichtig..." WBernasco Dit is de enige brief, die ik in vijf maan den ontving, waarin "iets aardigs" gezegd is over mijn artikelenreeks. Niemand heeft gezegd: inderdaad, Tjalie, wij hebben alle maal niet goed beseft dat hier van een Revolutie sprake is, waarin alles in een an der licht bekeken moet worden dan in een normale evolutionaire maatschappij. Niemand. Goddank kan ik ook zonder be vestiging aannemen dat er toch wel duizen den lezers zijn die het ook zonder het te schrijven begrepen hebben. De Redactie weet, hoe ik geploeterd en gezwoegd heb over deze artikelenserie, let terlijk tientallen malen herschreven, bijge slepen, gestudeerd in historisch materiaal. Het wonderlijke is ook dat niemand de on deugdelijke of onjuistheid van mijn mening heeft aangetoond. Er is alleen maar één (valse) noot, een constante jeremiade: Tjalie likt, Tjalie likt! TJALIE LIKT! Maar mijn God, waarom en waarvoor? Mag ik een beetje beroep doen op een beetje mensenkennis bij U? Ik ben nog steeds precies dezelfde man die in de tijd van de grootste verbittering over de af scheiding de Piekerans van een Straatslij per schreef. Ik heb Tong Tong opgezet met een constante weigering om er een grief- en kankerblad van te maken, hoewel de copij ervoor letterlijk bij bandjirs binnen kwam. Beroerde kampleiders, laffe mede gevangenen, corrupte mensen na de oorlog, Nazi-heulers, Jodenhaters, rot-Hollanders, rot-Indo's, rot-Indonesiërs. Maar Goddank zoveel dat ik er gewoon ziek, beroerd en ongelukkig van werd en snakte naar ook mooie kanten van de mens. Men heeft me niet in de steek gelaten en daarom is Tong Tong een aangenaam, een hoogstaand, een ridderlijk tijdschrift geworden. Dankzij U. Waarom zouden we dit alles nu weer ver knoeien? Er is al zo erg veel moord, dood slag, immoraliteit, wraakzucht, lafheid en verraad op de wereld. Mogen wij niet één klein kaarsje branden? Al was het alleen om onze jeugd voor te lichten, die voort schrijden moet in een door ons gemaakte wereld van vertrouwen en haat? Wat mij vaak met deze correspondentie uren lang besluiteloos en wanhopig aan mijn werktafel doet zitten, is de onmoge lijkheid om terug te schrijven. Men toont niet aan dat mijn waarnemingen onjuist zijn, mijn conclusies fout, mijn studie vals. Men luistert maar met een half oor en brult: "Ja maar...!" En dit is vooral van de In dischman onbegrijpelijk. Hoe kunnen wij zo onbarmhartig en inconsequent zijn! Wat zijn onze vriendschappen waard geweest? De wedana, de dokter, de dichter, de archi tect, ja ook de mandoer of krani, die wij eens hoogachtten en eerden, bestaan al thans hun ideeën en goede daden, hun inte griteit en ambitie, nu niet meer? Zeggen wij werkelijk zo hardvochtig: "Ja hoor es hier, Tjipto, ik kijk nu alleen naar die saudara's van je die het bij mij verbruid hebben, en zolang jullie niet allemaal doen wat ik eis, d.nder je ook de slokan in!" Tegen Uw Tjipto zeg ik in naam van Tong Tong: "Ik hoor Uw stem toch, ik ver geet U nooit; waar ik kan zal ik U helpen. En als wij allemaal onbuigzaam schijnen in onze kwaadheid, probeer te begrijpen dat bij onnoembaar velen alleen sprake is van een begrijpelijke diepe gekwetstheid omdat wij eens allemaal zonder pardon het land uit gebonjourd werden, ook de besten van ons. En voorgoed! Ook dit is onrechtvaar dig. Zo vergeef ons onze onrechtvaardig heid!" Het is immers een levenswet? Wie kaatst, moet de bal verwachten. Sla je mij, ik sla jou weer. Maar Goddank is dit ook een wet van altijd maar korte levensduur. En breken er na de korte perioden van rancune, ge rechte wraak en gemotiveerde vijandschap altijd lange perioden aan van nieuwe vriend schap en samenwerking. De zon van de oude samenwerking zal eens weer schijnen. Tong Tong wil slechts een morgenster zijn, die de komst van deze zon aankondigt. Dus kunnen wij niets anders dan licht zien en licht zijn, ook al is het nog zo donker om ons heen. En al zijn de plussen die Tong Tong noemt, verhoudingsgewijs nog zoveel minder dan de duisternissen die U ziet. Als dit begrip voor U onlogisch is of onaanvaardbaar, zal zelfs de morgenster verschieten als een vallende komeet. En tot gruis vergaan in het universum. T.R. P.S. Dit laatste is geen schone beeldspraak sadja. De "verguizing" door afgeschreven abonnementen is duidelijk voelbaar. En wie wint er nieuwe abonnees bij? Hoe kunt U als Tjalie zo rot schrijft? Ja, dat is waar. Mis schien zal later van het bestaan van Tong Tong alleen gezegd kunnen worden: "De geschiedenis van het waardeloze komeetje dat graag een morgenster wilde zijn..." En dat is wat mij betreft okay als de echte morgenster gauw komt. Wie maakt 'm? T.R. ILLUSTRATIES? van Eppo Doeve! TEKST? van de Oud-Indische jour nalist Jacq. Vréke! Een combinatie, die een typografisch goed verzorgd boek garandeert Koopt: Te bestellen bij TONG TONG Prijs f 14,0,60 portokosten Totaal slechts f 14,60 Te bestellen door storting van het verschuldigde bedrag op giro 6685 van Tong Tong, Prins Mauritslaan 36, Den Haag. TONG TONG VERBODEN "Een kennis van me in Amerika schrijft me dat daar het praatje rondgaat dat Tong Tong in Amerika verboden is. Is dat waar?" L. W ess els Neen. In Amerika natuurlijk niet. Daar is Amerika te groot voor en zelfs de totale Indische repatriantengroep in Amerika te groot. Misschien zijn er wel kliekjes waarin dit praatje rondgaat. Ik heb ettelijke malen ook persoonlijk ervaren dat t.a.v. Tong Tong met grote pertinentie klinkende onwaarhe den worden verteld, zowel in Amerika als Nederland. In feite doet zich t.a.v. ons blad het merkwaardige verschijnsel voor dat on eindig veel meer anti-motieven gebaseerd zijn op ONwaarheden dan op waarheden. T.R. MOORD EN DOODSLAG "Wordt in hemelsnaam niet kwaad, Tjalie, maar wat wij met veel vragen aan je bedoelen is vaak niet anders dan te weten te komen wat we moeten antwoorden aan mensen, die ons lastigvallen met aantijgingen, die we niet kun nen weerleggen. Men heeft het b.v. over de onveiligheid in Indonesië en dat moord en doodslag daar aan de orde van de dag zijn..." W. W. F. Kramer Ik was in de maand juli in Nederland toen er wel eens een week lang dag in dag uit moord- en aanrandingszaken de frontpagina's van "De Telegraaf" sierden. Dan heb je werkelijk geen trek meer om over moord en doodslag waar ook in de wereld te praten. En is het helemaal krank zinnig om deze maatschappelijke ziekte nog te betrekken in discussies over Indonesië. Wat bezielt ons! Terwijl de halve wereld snakt naar vrede, vriendschap, rust, is de andere helft bezig zichzelf te vermoorden en bovendien de vreedzame helft in ruzies Lees verder pag. 6 5

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1965 | | pagina 7