Langs Tijgerpaden door Lex Denninghoff Stelling Uitgave: TONG TONG FUILLETON Prins Mauritslaan 36, Den Haag KORTE INHOUD VAN HET VOORAFGAANDE: In de vorige afleveringen hebben wij de hoofdfiguur (en schrijver) van deze feuilleton voorgesteld aan de lezer, diens eerste kennismaking met de Sumatraanse oetan beschreven en met de door hem gekozen standplaats Kotaboemi, alsmede met zijn gids Abdoel. Tjimoet was een vent van niks. Een dikdoener, zo als Abdoel me vertelde. Een grote mond, die overal commentaar op had en bevelen de wereld in slingerde alsof er werkelijk een persoon van gewicht achter schuil ging, en verder niets. Lui ook, en te dom eigen lijk om een werkelijk betrouwbaar lid te kunnen zijn van een jachtexpeditie in de dichte oetan van de Lam- pongs. Maar hij was de enige die vertrouwd beweerde te zijn met motoren, en daarom gaven wij hem een kans. Op de dag dat Tjimoet .ons moest laten zien wat hij waard was, zag het vlot dat als gemeenschappelijke was- en badplaats was bedoeld, zwart van de mensen. Tjimoet had zodanig rondgebazuind dat er iets groots op til was, een belangrijke gebeurtenis waar hij zelf de hoofdrol in zou spelen, dat zelfs op de hoge rivier oever vele kijklustigen zich hadden verzameld om hem in actie te zien. Honderden ogen waren op hem ge richt en zijn gezicht stond dienovereenkomstig ge wichtig. Hij liet zich door Abdoel de laatste aanwij zingen geven, terwijl een hautaine glimlach om zijn lippen speelde. Spoedig kondigde het geknetter van de tweetaktmotor aan dat de stunt van Tjimoet, de geweldenaar zou beginnen. Hij schreeuwde tegen nie mand in het bijzonder, zonder een andere bedoeling klaarblijkelijk dan om de aandacht op elk van zijn handelingen te vestigen, nam zijn plaats in bij het roer en zou inderdaad daverend applaus hebben ge- 23 oogst als alles goed was gegaan. Ongelukkig genoeg sloeg echter de motor af. Met een verontwaardigd gezicht, alsof de motor er wat aan kon doen, keek Tjimoet op het stalen geval neer, draaide zich toen om, om de motor weer te starten. Hij zette zich schrap, hield de spanning er nog even in door enige seconden te wachten alvorens de motor weer op gang te bren gen, en gaf toen een geweldige ruk aan het starttouw alsof hij bezig was 'n olifant van z'n plaats te trekken. De motor sloeg aan op te veel gas en schoot onder hem vandaan, zodat hij zich krampachtig aan de boor den van de boot vast moest klampen om niet op de plaats achter te blijven. In wilde vaart stevende de sloep op het vlot af. Toen hij van de eerste schrik was bekomen, herinnerde Tjimoet zich dat hij een show weg te geven had. Dus besloot hij op het laatste ogenblik om het roer om te gooien en met een knetter gang als de grote held langs de "tribune" te racen. Inderdaad gooide hij vlak vóór het vlot het stuur omhelaas de verkeerde kant op. Als hij het in zijn hoofd heeft gehad dat de boot naar links zou gaan wanneer hij de stuurstang maar naar links trok, zoals bij een auto het geval is, dan zal hij op dat moment wel gemerkt hebben dat het met de boot net andersom was. Op het ogenblik dat hij zich van zijn misrekening bewust werd, raakte hij in paniek. Hij sloot de motor kort om hem tot stil stand te brengen, hetgeen ook prompt gebeurde, en 24 gooide het roer naar rechts. Alweer gebeurde er iets wat hij niet verwachtte. Een boot is geen auto en als je de motor stopt, dan remt de boot niet af op de motor, maar glijdt gewoon door. Met het afzetten van de motor werd de boot op slag onbestuurbaar. Of schoon Tjimoet de stuurstang helemaal naar rechts had gedrukt, week de boot geen milimeter van zijn koers af en stormde full speed op het vlot aan. Een sauve-qui-peut volgde. Het publiek liet zich van het vlot af op de meest onelegante manieren te water, hetzij in slecht uitgevoerde salto mortales hetzij in

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1965 | | pagina 9