INHOUD ^S^ViVAN HIER EN GUNDER BIJ DE VOORPLAAT De leuke straten in de Chinezenstad met hun bedrijvige petak-huisjes en sierlijke zadeldaken zijn duizenden malen gefotografeerd en door mil- lioenen gezien, maar hoe weinigen hebben zich afgevraagd "wat daar wel achter zou zijn" en nog minder mensen zijn er gewéést! Wie er geweest is, heeft vaak een indruk mee genomen van rust, tevredenheid en zeker ook schilderachtigheid, onvergetelijker dan hoeveel straatfrontjes. Wat het is, kunnen wij vaak niet eens in woor den uitdrukken en soms is het simpelste van een vreemde en boeiende bekoring. Wat doet dat ventje daar rechts boven op het dak? Wat een wonderlijke plaats voor óns om te zitten op zo'n stille middag. Of kon hü voor iemand's part "nou gauw op het dak gaan zitten?" En waaróm deed hij het ook prompt? Is de kali bruin of "de hemel op zijn kop"? Is het werkelük alleen maar vuilig heid en stank? Of is er voor een mens met vol doende placiditeit nog zoveel schoons te genieten dat hij dit plekje "vereeuwigde" en zodoende een belachelijke hoop verwerkelijkt zag dat die gekke kiek eens nog de frontpagina van een tijdschrift zou maken? Ja, het IS gebeurd. En zeker is er menige an dere wens die Tong Tong eens in vervulling zal doen gaan. Als wü geduld hebben. En vertrouwen. Want dat wü GOED denken en doen en hopen, dat is waar! T.R. (Met dit kijkje in de petjinaan van Soerakarta ver wierf de Heer L. R. de Graaff een prgs in een TIME/LIFE fotowedstrijd - Red.) Vaste Rubrieken 2 Van Hier en Gunder 12 MYANA - voor de vrouw 14 Bibits 15 Tonggèrèts 16 Pieker(d)an 18 Ting Tings Redactioneel: 3 To be 6 Mount Sinaï-fonds Brieven van Tijd en Ruimte: 4 De asfaltweg en de Tao Teh King Gesch. v. h. vml. Ned. Indië: 5 Cornelis van der Lijn Magelhaes en het Rijk Maesa: 7 Fernao Magelhaes Feuilleton: 9 Langs Tijgerpaden Abonnées vertellen: 8 Ervaringen van een Rimboearts 11 Fraude IN ONS VOLGEND NUMMER: De Stille Groet door L. Huizinga Nogmaals batik ONAFH. IND. T1JDSCHR. - tie JAARG. No. 2 Pr. Mauritsl. 36. Den Haag - Telegramadres: Tong Tong DenHaag - Tel. 070/542542 - 550749 - Giro 6685 Uitgave: Publ. en Handel Mij Tong Tong N.V. Directie: Tjalie Robinson en S. L. F. Catalani Redactie: J. C. Hazewinkel, E. Boon-Derksen, R. J. Boon en M. F. Ebbeler. Verschijnt de 15de en 30ste van iedere maand. Prijs per nummer f 0,85. Abt. Nederl.: kwart, ƒ4,50; haffj. 9.Jaar 18.—. Abt. Europa: jaar 23. Abt. buitenl. (p. jaar en p. luchtp.): Australië en Nw. Zeeland 63.Indonesië 58,Z.-Afrika en Z.-Amerika 48.Canada en V.S. 39, Suriname en Antillen 33,Abt. buitenl. (p. jaar en p. zeep.): voor alle landen f 28, ALLE ABONNEMENTSGELDEN ZIJN BIJ VOORUITBETALING VERSCHULDIGD. ADVERTENTIES KUNNEN ZONDER OPGAAF VAN REDENEN GEWEIGERD WORDEN. ZOEKT OP BASIS VAN DE NUTTIGE ERVARIN GEN IN DE GORDEL VAN SMARAGD NIEUWE INTERESSEN IN NEDERLAND TE WEKKEN VOOR DE TROPENGORDEL. ZWIJGZAAMHEID Als trouw lezer van Tong Tong en aandach tig lezer van Nederlandse en buitenlandse tijdschriften over Indonesië valt één ding me toch wel erg op. Tong Tong's grote zwijg zaamheid t.a.v. veel wat daar gebeurt en het gebrek aan bijval van veel wat daar (volgens de pers) toch heel duidelijk gebeurt. Con clusie: er moet daar achter de "schil" van veel gebeurtenissen méér gebeuren dat ons in zicht verhelderen kan. A: is dat zo? B. Om welke reden wordt er zelfs in onze besloten kring dan niet over gesproken? L. GÜNTHER 1. Dat er overal maar vooral in Azië méér van diepere betekenis gebeurt achter de uiterlijke verschijnselen, weten wij al lemaal. Niet voor niets wordt de Aziatische cultuur vaak een Maskercultuur genoemd (achter het masker zit het ware gelaat) en spreekt men over het wajang- of schimmen spel van de Javaanse (Indonesische) cul tuur. Tot dit inzicht komt men in het Wes ten echter alleen maar openlijk NADAT zich verrassende ontwikkelingen hebben geopenbaard. Men zegt dan nooit: "Ik heb me wel heel erg vergist!" of: "Ik heb me bij de neus laten nemen!", maar: "Daar heb je de afgeworpen maskers weer. Dat mysterieuze Oosten!" Het is inderdéad waar dat we t.a.v. veel wat in Indonesië gebeurt voorzichtig moeten zijn met een al te vlug en lichtvaardig oordeel. 2. Wie weet (of meent te weten) wat achter de maskers zit, zwijgt vaak omdat hij a. uit een gevoel van hormat en een gevoel van grote sympathie voor de betrok kene het "geheim" méé helpt bewaren, b. zelf tóch ook niet zeker is, zich dus ook vergissen kan en dan liever ook niet "blab- bert". Dit is zuiver menselijk en komt algemeen voor. In elke groep mensen die bij elkaar zit, op een verjaarspartijtje b.v., weet U wel iets van iemand, waar U niet over praat, zowel in gunstige als ongunstige zin. En vooral als men voor de betrokkene achting heeft of minstens wel sympathie. Ook gaan veel problemen veel te diep en wordt op heel wat terreinen grondige ken nis vereist van psychologie en omstandig heden. Verder verwijs ik naar de bekendmaking over mijn lezingen op pagina 5. T.R. TJALIE VERVEELT "...en vind je ook niet dat je in Tong Tong te veel aan het woord bent?" W. v. d. KAMP Ik ben er zelf al het langst en het diepst van overtuigt. Wie een beetje in de litera tuur thuis is of lang in de journalistiek zit, is overtuigd van het grote gevaar van de verveling die op den duur zelfs de beste schrijver bij elke lezer veroorzaakt. Neem jezelf en je lievelingsschrijver. Neem je zijn boeken elke dag, elke week weer van de plank? Ook niet, immers? Al ben je nóg zo'n bewonderaar van Hemingway, als je op een avond niets te lezen hebt en je dan afvraagt: "Zal ik Hemingway dan maar weer pakken?" zegt een andere stem prompt: "Neen! Zelfs die lust ik vanavond niet!" Het is natuurlijk. En ook van je lijfblad zal je meest favoriete redacteur of medewer ker je niet constant boeien. Nu ben ik helaas de enige redacteur van Tong Tong en als zelfs mijn eigen stem me vaak de keel uithangt, hoe dan mijn lezers? Op de eerste plaats wordt er toch al veel minder ingezonden dan vroeger, maar bo vendien zijn bepaalde terreinen van onze Indische geest in de tien jaren dat wij bestaan al zó vaak afgegraasd, dat ook nieuwe verhalen op dit oude terrein maar matig interesseren. En over actua.iteiten en progressieve interessen schrijft niemand Opvallend is, dat juist de hardste "kijk- vooruit-roepers" zélf geen handbreed voor uit kijken kunnen. De grootste propagan disten voor een "nuttige integratie van de Indischman in de Nederlandse maatschap pij" geen letter produceren kunnen over de wijze waarop zij zelf geïntegreerd zijn en zodoende anderen de weg kunnen wijzen op hun pad. Dit kleine Nederland maakt toch wel erg veel mee, en er zijn belangrijke gebeurte nissen (de provo's, de inflatie, de politieke kentering) waarover velen wél in kleine kring veel over praten, maar kennelijk niet met overtuiging genoeg om er ook in Tong Tong over te schrijven. En als dus Tjalie het maar weer doet, is het ook al weer niet goed. Elke krant, elk tijdschrift is de stem van zijn sociale groep en uit de lezers worden zijn journalisten en commentatoren voortge bracht. Als onze groep niets voortbrengt is dat niet een tekort van zijn redactie! Ikzelf schrijf tóch al veel dat ik uit privé brieven en gesprekken haal, want ik lees niet alloc en maak niet alles mee wat in onze groep gebeurt. Heel vaak krijg ik brieven of zegt men mij: "Je moet daar toch óók eens over schrijven, Tjalie..." maar men realiseert zich niet dat men eigenlijk zelf toch ook wel wat had kunnen schrijven! Bij geen enkel blad ter wereld doet de hoofdredacteur alles zelf. Hij kan massa's onderwerpen delegeren aan mederedacteu ren, medewerkers of gastschrijvers. Vaak genoeg is zo'n hoofdredacteur het ook niet ten volle eens met zijn medeschrijvers, maar één ding weet hij steengoed: mijn stem alléén vermoordt mijn blad. Er moet variatie zijn in stijl en standpunt. Verder weet hij ook dat hij op ettelijke terreinen niet genoeg weet en als hij (overigens met de beste bedoelingen) over sommige on derwerpen schrijft, kan hij fouten maken of tekortkomingen hebben, die hem brandend onder de neus geschoven worden. Dus: verdeling van werk. Tong Tong zit nog steeds klem met zijn oudste en nijpendste probleem, dat door iedereen neergelegd wordt met de woor den: "Met jou staat en valt alles, Tjalie!" Hoe knap klinkt dat en hoe waér is dat, maar als wij dat met z'n allen weten, waar- Lees verder pag. 16, kolom 1 2

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1966 | | pagina 2