BRIEVEN VAN TIJD EN RUIMTE
Jos. van Arcken
DE ASFALTWEG EN DE TAO TEH KING
I bij.
"Als ik God was, zou ik het toch heel
anders inpikken!" las ik in een brief. Het
is misschien een van de vaakst gehoorde
verzuchtingen. En de oudste. In feite is
men ook al eeuwen lang bezig om allerlei
zaken "anders dan God in te pikken" en
elke beschaving is welbeschouwd een sa
menstel van atoerans, waarbij we het beter
dan God inpikken. Neem de onze: onze
levensduur is verlengd omdat we met dok
toren en medicijnen Mijnheer de Dood te
slim af zijn, in air-conditioned of centraal
verwarmde huizen leven we comfortabeler;
met preserveringsmethoden hebben we de
winter overwonnen; met vele soorten so
ciale zekerheden hebben we ons leven vei
liger gemaakt, enz. enz. Ons leven is als
een gladde asfaltweg geworden: zó rustig,
zó veilig, zó comfortabel. Met onze TV en
radio kunnen we rondkijken en rondluiste-
ren in alle continenten ter wereld terwijl we
toch zoet thuis blijven...we hebben het in
massa's opzichten stukken beter dan de
mensen die "alleen maar met God" leven:
de Dajak op zijn slingerend bospad, de
oediker op Java op zijn vervallen onder
nemingsweg, de kameeldrijver in de Ara
bische woestijn...
Ah! Dan wij met onze asfaltwegen!
Nochtans verdwijnt de verzuchting: "Als
ik God was zou ik het anders inpikken"
niet en wordt zelfs vaker en vaker gehoord.
Eigenaardig: hoeveel zekerheden we ook
maken (in God's wereld van Onbestendig
heid) het Ondoorgrondelijke Patroon van
het Aards Bestel schijnt onaangetast te
blijven, hoe beschaafd we ook worden.
Wat mankeert er aan onze "beter-dan-
God-Asfaltweg-van-ons-bestaan?" Dit over
denk je als je langs 's werelds volmaaktste
wegennet rijdt: het Amerikaanse. De high
ways zijn werkelijk ideaal! Daarom is het
doorgaans ook zo vol op die wegen. Zó vol
dat je vaak langzamer moet rijden dan de
snelheidsborden beloven. En drommels
goed moet blijven uitkijken om geen onge
lukken te krijgen.
Maar goed, dat is alleen maar soms en
straks schiet de file opeens weer mooi op,
dus niet geklaagd maar. Vervelend dat
sommige mensen niet zoveel berusting en
geduld opbrengen en alsmaar proberen
door het inschuiven in andere rijbanen, het
kruisen van gele overgangslichten, het
overmatig hard rijden tijdens een open
stuk, sneller vooruit te komen. Soedah, laat
ze maar hun gang gaan. Soms zie je zo'n
slimme (of brutale) rijder een hele tijd
later tóch weer naast je. De verkeersstrook
die hij zonet koos, bleek ergens "verstopt"
te zijn door iemand die linksaf wou. On
dertussen ging de "langzame baan" kop-
l Ruime sortering
GOUDEN RINGEN
i Laan van Meerdervoort 520
J Den Haag - Telef 33 64 41
tegen-staart verder zodat hij daar niet kon
inschuiven en alle voorsprong was weer
verloren geraakt.
Soms, als je haast hebt, doe je hetzelfde.
En komt soms bedrogen uit en soms bof je.
Aan de andere kant: vaak blijf je filosofisch
kalm het hele eind sloom in één rijbaan
rijden en schiet veel beter op dan de jagers
in twee banen. Een andere keer weer is er
betoel wat mis met deze baan en wordt je
"achterstand" zó groot dat je wroeging
hebt niet eerder van rijbaan verwisseld te
hebben.
Wie verder vooruit kijkt op de weg, kan
pienterder rijden. Als je een eind vooruit
op je rijbaan een zware truck ontwaart die
langzaam rijdt, wissel dan gauw van rij
baan, want dan kom je die slome wagen
gauwer voorbij. Of als je achter een oude
gammele car komt te zitten, slip er dan
achter vandaan. Ah! De blik ver vooruit
helpt altijd...denk je, tot je vaak ervaart
dat b.v. die truck plotseling óók van rij
baan veranderen kan, zodat je er tóch
weer achter zit. Of de mooie nieuwe Thun-
derbird waar je achteraan insluit van die
gammele auto vandaan, krijgt panne en dan
zit je wéér vast...
Pas als je voor een afspraak halverwege
in een verdiepingsgebouw moet zijn en van
acht-hoog de highway een heel eind over
zien kan, merk je hoe al het rijden op
lange termijn gok- of bof-werk blijft. Vlak
beneden je zie je nog rijders - soms zelfs
met levensgevaar - "snijden" naar andere
banen, maar ver vooruit zie je al dat hun
verkeersstrook wegens reparatiewerken af
gesloten is, dat er een zware slome vuilnis
auto rijdt, dat er panne is. Koddig is het
te zien hoe op een korte afstand van maar
enkele honderden meters rijders van de
linker- naar de rechterbaan snijden én van
de rechter- naar de linkerbaan, waardoor
beide files precies even lang (en langzaam)
blijven. Ambitie, hoop, voordeel zijn al bij
voorbaat "dood".
Elk gewroet NU heeft géén absolute zeker
heid op sneller vooruitgang.
Soms zie je ook een ouwe hemelsblauwe
Ford die sapperloot altijd goed "mikt" en
met zijn wisselen van rijbanen, kruisen van
gele lichten en vaartversnellingen inder
daad met een gewoonweg krankzinnige bof
mijlen en mijlen voorsprong wint. Terwijl
die nieuwe glanzende Coronado eeuwig
net de verkeerde beslissingen neemt en
zichzelf telkens "in de soep" draait...
En dan zie je dat deze highway ons ei
gen leven afspiegelt: sommige boffen en
andere niet. Maar zelfs het geperfection-
neerde systeem van de weg geeft geen
garantie voor de beloofde progressie. Som
mige mensen studeren hard en blijven prut
sers of mislukkingen. Sommige mensen
gooien overal met de pet naar en raken
alles!
M.a.w. zelfs daar waar we het "beter in
pikken dan God" en een uitgecalculeerde
levensweg uitbakenen, bouwen wij God's
"onberekenbaarheid" in. Helaas blijven we
ons meestal blind staren op het fantasti
sche geluk van de bofferds. We noemen
hen geniaal, verstandig, gewiekst en imi
teren hun "systeem". En we mopperen op
de pechvogels en veroordelen ze. Maar wij
zijn alle gevangen in een zelfgemaakt sys
teem dat met al zijn schijnbare garanties
even onberekenbaar is als het leven zelve.
Pas als je langer leeft en meer aan
dachtig rondkijkt in het leven, zie je dat
deze onzekerheden zich manifesteren op
elk gebied. Sommige volken raken erg ach
terop en wij gaan "gesmeerd vooruit". We
smalen op de achterblijvers en vinden ons
zelf toch maar superieur...en jaren later
gaat het opeens beroerd met óns, terwijl
menige achterblijver opeens weer mooi op
schiet. Die overziet de Weg der Bescha
vingen vér genoeg?
En je prevelt: wij mensen kunnen NIETS.
Wij knoeien eeuwig, omdat wij beperkt ge
boren zijn. Zelfs de perfectie die wij schep
pen, heeft ergens de IMperfectie "inge
bouwd" en zal ons uiteindelijk doden
Nochtans blijven wij zweren bij syste
men, omdat wij die kunnen overzien (den
ken wij) en exact berekenen. Wie meer
studeert en meer systemen kent, heeft
meer succes. We staren ons blind op de
succesvogels en niemand telt de pechvo
gels. Pas in de laatste tijd komt er een
kentering in dit denken in het Westen.
In 'n leidend artikel in de Haagsche Cou
rant in de rubriek Financiën en Economie
(4 juni) las ik deze merkwaardige alinea:
"Uil de gebeurtenissen van de laatste tijd
is wel gebleken dat ook het gebrek aan
goede ondernemers resp. bedrijfsleiders zich
in toenemende mate doet voelen. Een van de
grootste problemen van de komende tijd is
het personeelsvraagstuk aan de topdat niet
door aantrekkelijke aanbiedingen is op te
lossen.
EEN GOED ONDERNEMER WORDT NIET
GEMAAKT; Hl] WORDT GEBOREN".
Kijk nog eens naar de asfaltweg: het
bezit van een Super Continental, geweldige
rijervaring en zelfs voortreffelijke kennis
van motoren garandeert NIET, dat de be
voorrechte rijder een succesvolle rit heeft.
"Iets" bepaalt dat: bof, veine, redjeki, "er
voor geboren zijn"...
En peinzend grijp je weer naar dat won
derlijke boekje in je kast: Lao Tse's "Tao
Teh King" (Tao Weg), waarin 's mensen
Levensweg al geanalyseerd werd lang vóór
Christus geboorte, en gepoogd wordt de
dunne rode draad te volgen van het ON-
meetbare leven tussen de Tien Duizend
Dingen om ons heen.
Wonderlijk: ALLE religieën, zedeleren
en filosofieën zo oud als de Mensheid is,
wijzen duidelijk aan hoe we eigenlijk leven
moeten, maar we doen het niet. Telkens
weer "willen we het anders inpikken dan
God" en onze verbijstering, de chaos,
wordt alleen maar groter.
En het ergste van alles is: als we in de
"succes-systematiek" al heel ver gevor
derd zijn, kunnen we Koran, Bijbel, Veda
of Tao Teh King niet eens meer lezen...je
begrijpt er niets meer van...en waar je het
Lees verder volg. pag., kolom 2
4