DAT MOEST DE KEREL EENS WETEN! Eigenlijk is dit onbegrip al oud. Duizen den westerse kunstenaars en gewone ob- serveerders hebben zich verbaasd over die "wanstaltige wayangfiguren met hun vogel tronies": hoofd "en profil", schouders "en face", lichaam weer "en profil"..dat is toch verwrongen?...noch hebben zij ooit de karaktertekening in de wayanggezichten ge zien, ontleed, begrepen. Noch hebben zij bij het kijken naar de lange armen en korte benen gedacht aan hun eigen schaduw op een muur...de nadrukkelijke schaduw van De Chirico...wayang betekent schaduw... dit leven is slechts een schaduw van een Hoger Leven...Ah, veroordeel niet zo op pervlakkig alles wat uit het Oosten komt!! Er is zovéél daar, zó ontzaglijk onmeet baar veel. En diep! Keren wij nog even terug naar "de puz zel" van dokter Scholte's assimilatie én rariteitenkabinet. Voorzichtig zochten we naar een sleutel: zijn vader? Grootvader? Mis. "Ik heb van deze prenten leren hou den bij mijn moeders vader", zei hij, "die een prachtige collectie literatuur en pren ten had uit oud-lndië. Die ik dus voor een deel heb kunnen meenemen en hier aange vuld heb. Bij hem kon ik uren lang zitten luisteren en lezen..." Als medisch student in Batavia (dokter Scholte studeerde samen met o.m. de Indonesische vrijheidsheld en prachtmens Abulrachman ("Carbol") Saleh en met zijn denken dus geheel verdiept in een westerse scholing zat deze jongeman toch graag in een "rariteitenkabinet". Hoe vreemd! "Hoe heette deze grootvader van je?" "Stephan." En daér ligt de sleutel. Want de Ste- phans behoren tot de fijnste mestizoge- slachten die Indië heeft voortgebracht. Ge neratie na generatie "kerels van kaliber", de meisjes schoonheden. Deze grootvader was directeur van de Escompto Maatschap pij, "Kandjeng Besar Istimewa"! De blik ver voorwaarts in een carrière als geslaagd zakenman, de blik ook ver terug als een waarheidszoeker en een cultuurkenner. DUS is de "hyper-westerse" radioloog dokter Scholte ergens een zuiver kind ge bleven van Het Land van Herkomst. Als Couperus, als Frederik van Eeden, als du Perron, als Resink, als Maria Dermoüt... bon sang ne peut mentir! TJALIE ROBINSON Wij zijn Dr. Han Eckstein en de redactie en drukkers van het medisch tijdschrift "Specimina Specia" bijzonder dankbaar voor het geheel belangeloos en met alle verdere medewerking tot onze beschikking stellen van de cliché's die bij dit artikel behoren. Een prachtig kerstcadeau "De Javaanse Brunhilde", zo kwalificeerde dokter Scholte dit vrouwenportret uit de collectie van President Soekarno en de "Nibelungen-romantiek" die dit schilderij haast "ademt" is evident: het meer van Undine...het profiel van de oeros. Er is helaas te veel gespot met de befaamde collectie van de President van Indonesië en te weinig is begrepen hoe hierin gezocht werd naar een andere visie, een ander criterium dan alleen het Westerse. Het jonge Indonesië is hoogstwaarschijnlijk op weg naar nieuwe kunstopvattingen die het Westen nooit gekend heeft en nooit kennen zal. 10 Deze regel stond "los daarheen gegooid" in een brief van Jan Lowey Ball toen wij het hadden over Topoh, de ïjsverkoper op Genteng in Soerabaja. En in dat eenvoudige zinnetje staat meer wijsgerigheid dan zich zo oppervlakkig laat aanzien. Want is het inderdaad niet bijzonder dat over een "volslagen onbelangrijk" en ver geten mens, al lang gestorven, vele jaren later in een Nederlands blad tienduizend mijlen van Soerabaja vandaan, door ingeni eurs, doktoren, refrendarissen, planters en vele anderen met dankbaarheid en geluk over deze Topoh geschreven wordt? Is het in het algemeen niet wonderbaar dat in dit blad Tong Tong al jaren lang "volslagen vergeten en afgeschreven" men sen weer tot het leven terugkomen? En door hun eenvoudige leven en simpele daden ons geluk geven? NU! Dat DUS inderdaad hieruit blijkt - en ik ben er in Tong Tong eigenlijk dag in dag uit door getroffen - dat de mens niet sterft, maar blijft voortleven na zijn dood? Daarom heb ik me in dit blad altijd ver zet tegen "In Memoriams" met een hard doods-teken. Want voor mij - voor ons - zijn deze gestorvenen niet dood. Met hun voorbije leven blijven zij bestaan in ons leven van vandaag! Lees verder volg. pag.

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1966 | | pagina 10