STEURTJES VOETSTAPPEN IN 'N ANDERE WERELD WAT WIJ BELEEFDEN MET EEN LOT UIT DE LOTERIJ „DIEREN IN DE WILDERNIS" DENKEN OM HUN ADIKS In de veertiger jaren werd in het voor malige Ned. Indië jaarlijks de zo genoemde grote loterij gespeeld, waarvan de hoofd prijs f 100 000,bedroeg. Ik behoef je niet te zeggen, dat wij daar happig op waren. En wie zou 't niet zijn? Dus deden wij er ieder jaar aan mee. Dan kochten wij ons een lot, dat f 10,kostte en hoopten stiekem dat daar de hoofdprijs op vallen mocht. Maar altijd vingen wij bot. Het was naar ik meen in 1923, te Blitar, dat wij ons weer zo'n lot kochten. Maar nu, zo namen wij ons voor, zouden wij dat lot geregeld bewieroken. Je kunt nooit weten - zo rede neerden wij - dat misschien de een of an dere geest zich door dat offer van wierook gunstig voor ons laat stemmen en er zich dan voor spant om ons de hoofdprijs te be zorgen. Kwaad kan 't in elk geval niet. En zo deden wij. Het lot werd meermalig om- gevouwd totdat 't geheel zo klein geworden was, dat 't maar ongeveer 2 x 3 cm mat. Daarna werd 't in een doekje gewikkeld en dit dicht genaaid. Vervolgens werd er een lusje aan bevestigd, dat ervoor dienen moest om tussen duim en wijsvinger te worden vastgehouden als 't pakje boven de brandende wierook werd gehouden. Wat een dwaasheid, hé. Ja, ja dwazen waren wij toen, inderdaad, 'k Geef 't grif toe. Enfin, sindsdien werd 't lot iedere malem Djemoeah bewierookt. Dat was tante Non's speciale bezigheid. Ze kweet er zich geregeld van. De happigheid zorgde er wel voor dat ze 't niet vergat, 't Ging zo vlot door, en nooit gebeurde er wat Totdat wij te Modjokerto kwamen, waar wij dat jaar onze vacantie doorbrachten bij tante Non's moeder, die daar woonde, 't Lot hadden wij natuurlijk meegebracht, want 't bewie roken mocht niet onderbroken worden. Op de eerste malam Djemoeah dat we ons daar bevonden, haalde tante Non 't lot uit haar tas, brandde wierook in een vaatje en hield er 't lot boven, 't vasthoudend aan 't lusje. Een wijle zag je 't ding heen en weer slingeren, maar opeens werd 't met een klap de lucht ingeslingerd en vloog het door de open voordeur naar buiten. Verschrikt keken tante Non en ik elkaar aan. We konden beiden geen woord uitbrengen. Wij spraken er daarna ook niet over, omdat we beiden begrepen, dat het 't werk van papa Beekveld's onzichtbare hand moest zijn geweest. Wel vertelden wij t aan ma ma Beekveld, die er niet bij tegenwoordig was geweest. Zij ook was van mening, dat wijlen papa Beekveld 't moest hebben ge daan, die ongeveer 3 jaar tevoren in dat huis overleden was. Zijn geest waarde er blijkbaar nog rond. Hoe dat geval te verklaren? Ik meen als volgt: Papa Beekveld draagt enige kennis om trent magie, magische krachten, -bezwerin gen, -aanroepingen enz. Zo is 't hem stellig bekend, dat de geur bij de geesten een grote rol speelt, dat ze door bepaalde geuren zijn aan te trekken, maar er ook geuren zijn, die hen afstoten. Nou heeft hij klaarblijkelijk niet gewild, dat wij - door de brandende wierook - geesten zouden aan trekken, omdat er allicht kwade exemplaren bij zouden kunnen zijn. Wellicht ook duldde hij geen andere geesten in huis. 't Lot heb ik, nadat ik van de ontsteltenis wat bekomen was, buiten van de grond opgeraapt en 't weer opgeborgen. Wij heb ben 't sindsdien nooit meer bewierookt. We waren er huiverig van geworden. Er is ook geen prijs op gevallen. Wij hebben trou wens nooit 't geluk mogen smaken een prijsje te trekken. "Sebel banget," zou Maxje van Loulou zeker zeggen. We verzoeken de inzender tan dit verbaal (van wie wij méér bijdragen kregen) ons zijn (haar) naam en adres op te geven. Tijdens de zoveelste)invaller voor onze correspon dentie-administratie raakten brief en inzendin gen van elkaar gescheidenNogmaals: zowel bij brieven als inzendingen naam en adres OOK op de brief en elk ingesloten stuk. Niet alleen op de enveloppe..PLEASE van F. A. Roedelberger Zomer Keuning Wageningen Een werkelijk "vorstelijk" boek! Niet alleen de grote zoogdieren, krijgen een beurt, maar ook de kleinere, de reptielen, de In secten, de vissen en de amphibiën. Het is een fotografisch boek, ontstaan uu de medewerking van 70 fotografen, zoölo gen, jagers, piloten en jachtopzieners, die allen het beste hebben ingezonden, wat zij hebben verzameld. Het resultaat is een schitterend boek, dat elke dierenliefhebber als een schat zal beschouwen ,dat hij ge regeld weer moet opnemen om er in ta bladeren. De tekst is van H. Rensenbrink, is kort en bondig en vol treffende wetens waardigheden. Wij kunnen dit boek - on danks de hoge prijs f 26,90 - alle lezers zonder meer dubbel aanbevelen, en zeer In drie keer te betalen, neem de kans waar! zeker de dierenliefhebbers. Zij zullen er geen sakit hati van hebben indien zij dit boek in hun verzameling hebben staan! KONING EN PALEIS Wat merkwaardig dat in deze tijd van de geslaagde Opstand der Horden, nu koning en verjaagd zijn en paleizen ontluisterd, de haringboer zich graag "HaringKONING" niemt en zijn visgribus "VisPALEIS".. Zelfs ruines kunnen een statie hebben, die onvergankelijk is en preferabel blijft boven gegarandeerde duppies... In grote stilte werkt een handvol Oud- Steurtjes aan regelmatige hulp aan de "nieuwe" wezen in Indonesië. Dezer dagen kon weer 1800 kilo rijst aan de weesjes worden overgemaakt. In de "Kleine Bode" lezen wij daarover: Bram Bernard (Voorzitter Bond Oud Steurtjes te Djakarta) schreef in verband met die 1800 kg rijst, dat hij nu weer twee maanden verder kan gaan. Een klein rekensommetje, uitgaande van die 500 ingeschreven leden met een jaar contributie van 18,laat ons zien, dat wij met gemak onze 160 kinderen gedurende een half jaar één maal rijst per dag kunnen geven, die zij desnoods met zout of ketellablaren ge- reboesd zullen kunnen gaan eten; want U be grijpt toch wel, wanneer Bram Bernard zo optimistisch zegt, dat ze twee maanden verder kunnen met 1800 kg rijst, dat dit niet bete kent, dat hij die kinderen net zo zal kunnen laten eten, als wij het hebben kunnen doen in onze kinderjaren: drie mael per dag onze buiken propvol eten en dan met lekkere toe spijs, des zondags een stukje boerenmetworst: ALS EXTRA GERECHT. En dan te beden ken, broeders en zusters Oud-Steurtjes en sympathisanten met ons werk, dat dit ONS NIET MEER DAN SLECHTS 5 CENT PER DAG behoeft te kosten en natuurlijk nog de moeite, die wij moeten nemen, om een giro of postwissel uit te schrijven en naar de post te brengen. Als wij denken aan het vele geruzie rond om Tong Tong over anti-Nederlands en pro-Soekarno, enz. enz. valt zulk een werk van kalm en positief hulpbetoon dés te meer op. Gelukkig loopt ons Hulpfonds Tong Tong goed, maar als er nog mensen zijn die de B(ond) O(ud) S(teurtjes) helpen willen door zich in te schrijven als lid of donateur, hier kunt U zich opgeven: Ds W. N. Hübner, Renswoudelaan 76, Den Haag. Gironummer 38343. OMAR KHAYYAM J. A. Vooren heeft eindelijk gedaan wat dui zenden vóór hem gedroomd of geprobeerd hebben (ook ik in jonge jaren!) en wat de verdienstelijksten, b.v. Boutens en Leopold, maar fragmentarisch gekund hebben: de beroemde kwatrijnen van Omar Khayyam vertaald. Want eindelijk is de meest com plete Omar Khayyam bundel in het Neder lands verschenen (bij Uitgeverij N. Kluwer NV, Deventer). Wie met b.v. de vertaling van Fitzgerald "getrouwd" is, zal daar vaak aan terug denken, maar wie Omar Khayyam in geen enkele vertaling kent, zal met Vooren's ver taling ervan (vanaf pag. 55) even gelukkig zijn. Wie het Oosten kent, zal deze in alle wereldtalen vertaalde Perzische dichter móeten waarderen! Het is wenselijk dat men ook de vanaf pag. 141 opgenomen aantekeningen van de schrijver goed leest Verder zullen de gedichten voor zich zelf spreken. We wensen de schrijver veel geluk met dit knappe werk en het boek een goede spreiding. Bij ons verkrijgbaar 11,50 incl. porto. TR 6

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1967 | | pagina 6