OOM WILLEM
Tjatjing Boekoe
Hij was een gecompliceerd mens in juri
dische, volkenkundige staatsrechterlijke zin,
maar verder een heel gewone Oom wiens
huis je zo maar kon binnenlopen en waar
je meteen thuis was. Zijn vader was een
Zwitserse beroepssoldaat die uit Stafa
kwam aan het meer van Zürich en in een
avontuurlijke bui getekend had voor het
K.N.I.L. Tegenwoordig zouden rechtschapen
mensen hem een huurling noemen. Zijn
moeder een Javaanse van Kedoe, ergens
uit Poerworedjo vandaan een van de armste
streken van Java, de enige residentie waar
mannen nog veel in tjawat, lendendoek, lie
pen omdat het zo goedkoop was en zo lang
meeging. Zij heette natuurlijk Sarinatv Bei
den liggen nu begraven op het dorpskerk
hof, op het Diengplateau, zo maar tussen
de Islamitische graven in en van verre
reeds zichtbaar, boven op een hoge heuvel.
De hoogvlakte waar grootpa Johann Hein-
rich Wieland na het verdienen van zijn zeer
karig pensioen naar toe trok ligt op een
hoogte van 2500 M. met diepe koude me
ren, met nachtvorsten, grasvlakten en bos
sen, een besloten, veilige eenzaamheid,
misschien een surrogaat van Stafa.
Er waren een dozijn kinderen waarvan de
oudste drie nog de Europese Lagere School
geheel of gedeeltelijk hadden doorlopen.
De anderen bezochten de dessaschool die
slechts bestond uit twee klassen met Ja
vaans als voertaal en waar men Javaans
leerde lezen en schrijven en ook wat re
kenen. Deze taal werd ook thuis onderling
gesproken, alleen met Grootpa sprak men
passermaleis, die verstond dat beter want
dat was de voertaal in het leger. Opa kon
zich eigenlijk alleen goed uitdrukken in het
dialect van Stafa, hij noemde mij dan ook
Fritzi. De oudste kinderen verleerden het
Nederlands nooit.
leder had thuis zijn eigen taak, de een
zorgde voor de vele petroleumlampen, de
andere voor de goedang waar alle voor
raden voor het grote gezin waren opgebor
gen, een derde had toezicht op het vee,
enz. Ik geloof niet dat er veel kinderen
zo'n heerlijke jeugd hebben gehad met
verre speurtochten langs meren en kraters,
door bossen en moerassen, paardrijdend
spelend in de vele hindoetempels, breed
uit zittend op de heilige stenen stier Nandi.
Oom Willem nu trouwde heel jong met een
mooi Javaans meisje en ook hij kreeg een
dozijn kinderen die nu vanzelfsprekend Ne
derlanders waren. Hij werd een goed zaken
man en landbouwer, specialiseerde zich in
tabak, de z.g. Inlandse gekorven tabak wel
te verstaan. Deze werd op het gehele
Dienggebergte verbouwd, gesneden, geplet,
boven grote vuren gedroogd, en verhandeld
in plakken van zowat 40 bij 50 cm. die
weer tot balen werden gebundeld in ge
droogd pisangblad en gefermenteerd in
donkere koele goedangs.
Hij werd naar dessabegrippen een rijk
man, met een groot houten huis met vele
grote en kleine kamers, wonderlijk mooi
gemeubileerd, Biedermayer, Queen Anne
en wat Raffles. Het mooist waren de grote
gebeeldhouwde Chinese bedden waar je
met z'n achten in slapen kon, roodbruin
Dit uitstekende verhaal - een stukje
dierbare en ontroerende werkelijkheid
uit ons oude lndië - ligt in onze voor-
raadmappen zonder enige aanduiding
van herkomst het stuk - evenals twee
andere van kennelijk dezelfde hand -
draagt geen ondertekening.
Waarschijnlijk heeft de inzender a-
noniem willen blijven, maar voor ons
archief hebben we toch wel enige in
dicatie nodig. Wil de schrijver ons
die alsnog opsturenRed.
met veel verguldsel, met veel kastjes, een
roodgebloemde klamboe en een speciaal
trapje om er in te kunnen klimmen. Het
huiselijke leven speelde zich echter af in
de grote warme keuken met een vloer van
aangestampte aarde, een lage stenen haard
met overal gaten waarin de wadjans, de
kendils en de dandang stonden te dampen.
Een 50 cm. hoge vierkante tafel stond onder
het raam, waar het licht binnenviel. Hier
werden de maaltijden opgediend. De men
sen zaten op lage houten dingkliks, dikke
langwerpige houtblokken met twee uitge
sneden voeten, een tunneltje er tussen. Hier
zat Oom Willem tot diep in de nacht te
lezen, zwaar rokende, bij het licht van een
klein petroleumlampje, een lampoe templek.
Hij las alles wat hij krijgen kon in het Ja
vaans of het Maleis, in Westers, Javaans
of Arabisch schrift. Boeken over landbouw,
veeteelt, legenden, geschiedenis, o.a. ook
de Bijbel. Hij was gedoopt, naar hij meende
Katholiek, maar zeker wist hij het niet.
Vrijwel al zijn kinderen waren erkend dwz.
gewettigd en dus Nederlander, een enkele
is overgeslagen en bleef Indonesiër. Het
was een heel eind naar de burgerlijke
stand. 15 paal dat is 23 km lopen of paard
rijden. Alle kinderen moesten naar school,
de Europese Lagere School Die moesten
dus "in de 'kost" dwz. op hun zesde jaar
de deur uit en in Djokja in een internaat
ook Gesticht geheten, of bij gezinnen die
hiertoe bereid waren, ondergebracht. Twee
maal per jaar kwamen ze thuis, in de grote
vacantie voor drie weken en in de Kerst-
vacantie voor tien dagen.
Af en toe, steeds tijdens de grote vacan
tie, kwam de Pastoor uit Magelang. Er
was dan altijd wel een kind dat gedoopt
moest worden. Wij grotere jongens van 12
tot 16 jaar, ongeacht of wij protestant of
katholiek waren, werden er dan bijgeroepen
als een soort familieraad om uit te zoeken
wie voor de grote gebeurtenis in aanmer
king kwam, want Oom hield er geen aan
tekening van. Meestal namen we er voor
de zekerheid twee. Zo stonden wij dan om
het altaar heen met de Mohamedaanse
moeder om de hoek toekijkend. Het kwam
voor dat omstreeks die tijd ook de Dominee
kwam. Dat was eigenlijk geen probleem.
Een gast kon je tenslotte niet onverrichter
zake naar huis laten gaan. Zo zijn er vrees
ik enkele kinderen bij geweest die meer
dere malen en op verschillende manier het
Christendom werden binnengeleid. Dat was
heel goed volgens Oom want de Pastoor
en de Dominee waren beide hoogstaande
mensen en wilde alleen het beste voor de
kinderen. Wat wist hij zelf af van heilige
sacrament en charisma en dogma.
Ik heb ook enkele van de kinderen zien
sterven want er was geen dokter bij de
hand. Natuurlijk kon er nooit een Pastoor
of Dominee zijn. Dan was er wèl altijd de
Pengoeloe, die wij kenden die ons ver
trouwd was, een vroom en goed mens. Hij
bad bij het ziekbed en aan het graf op het
Islamitische Kerkhof, waar ze begraven lig
gen in de richting van Mekka. Daar op de
Pesarean, dwz. plaats waar men slaapt ligt
nu ook Oom Willem, naast Bapak Mangoen,
Johann Heinrich Wieland, kaki Wirjo en
Fientje en zo vele anderen.
Hans zijn donkere oudste zoon ligt ergens
op een ereveld in Birma, zijn jongste zoon
is beroepsmilitair in Holland, korporaal
maar, want hij was in de Jappentijd nooit
op school geweest, een iets oudere is e-
veneens beroepsmilitair, doch bij de AURI,
de Indonesische Luchtmacht hoewel hij
blond is; ik meen de rang van Kapitein.
Drie generaties waren er op het Dieng
plateau. Dickens zei ergens eens "and so
do things pass away like a tale that is
told" Een stukje koloniale geschiedenis,
een stuk ware Oecumenie, of gooit U de
eerste steen.
TOELOENG-MENOELOENG
TJATJING BOEKOE
Ja, waarom zouden onze boekenwurmen
elkander eigenlijk niet af en toe een handje
helpen?
Als U dezer dagen (of lang terug) door
een boek bijzonder bent getroffen en U
meent er medelezers van Tong Tong een
dienst mee te bewijzen door hun dat boek
aan te bevelen, schrijf het in dit blad!
Lezers kunnen het boek dan bij ons be
stellen.
Ikzelf zou b.v. al was het alleen maar
voor de afwisseling willen adviseren een
boek van Krishnamurti te lezen. U bent op
eens in een heel ander klimaat van denken.
Het gaat er opeens niet meer om of U het
met Kr. eens bent of niet. Of U er wat aan
hebt of niet. Maar in het volgen van zijn
gedachten bent U opeens a.h.w. Uzelf kwijt
de beste rust die U hebben kunt.
In Tong Tong's boekhandel verkrijgbaar.
Commentaar op het leven 12,50
Vrijheid van het bekende 7,90
Opvoeding en betekenis v.h- leven 5,90
Alles incl. porto.
Kijk, zo bent U allemaal wel eens een
boek tegengekomen dat U getroffen heeft.
Geef alleen maar titel, uitgever en prijs
aan ons op. Wij drukken het af in ons blad
en Uw leesgenoten die al lang op zoek zijn
naar iets bijzonders, hebben direkt iets te
kiezen.
Zullen we het proberen?
10