Paarlen van de ISLAAM
maar. Hij krijgt tanggoeng mati van mij
kabar terug.
Ik heb net een nieuwe tikmachine aange
schaft. De oude was na ruim elf jaar inten
sief gebruik terlaloe mogok geworden, maar
heb ik onmetelijk veel nut en plezier van
gehad. Deze is wat steviger, en lichter van
toets. Want mijn koewatan raakt ook een
beetje miring. Nóg een bof dat ik mijn
linkerarm nog steeds kan gebruiken. Maar
met 18 deze word ik 60, en wat voor boor
devolle jaren! Heus niet kado gekregen,
maar het was altijd de moeite waard. En
dus labrak maar verder weer, nog eens
tien jaren misschien. Barangkali niet meer,
maar dat geeft niet. Ik behoor immers fy
siek bij de barang obral, wat jij? Wah Tjalie,
zou d'r in de hemel ook djamboe bol groe
ien, je weet zoveel. Alleen wèl gaatjes in de
kist zodat ik de mensen boven kan horen
ngobrol, daar amuseer ik me zo kostelijk
genoeg mee.
Zeg jij: ngomong kosong? Ach man stop
toch een stuk pisang goreng in je mond,
dan bederf je de lol niet, apa lagi! Geef mij
maar sajoer pindang en wat rooie rijst met
sambal.
Twintig Indische mensen een Pasar Ma-
lam? Met tien heb je al een sateh-fuif met
lontong erbij. En een strijkje met dansa,
ALS je tenminste de echte Indische jongens
hebt, want de blanda totoks zijn daar te
belangrijk voor. Die gaan meteen rewellen
over promotie en belastingen en weetikveel
wat voor nonsens meer. Ze weten immers
niet wat gewone senang hati is. En daarom
schelden ze op alles wat maar Indonesia
is, en iedereeen die het voor deze durft
opnemen. Een van hen. Zogenaamd magon,
ambtenaar bij het spoor ginds, durfde mij
om die reden zelfs voor communist uitma
ken en mij belasteren. Hier was hij wat hij
eigenlijk altijd is geweest, een onbehouwen,
lastige, arrogante nul, maar daar voelde hij
zich superras en ranselde er met de rottan
op als hem dat zinde. Zou hij hier ook wel
willen, maar durft dat niet... Je hebt hier
zo'n heel stel van dat soort "tempo-doeloe-
ers", hun prestaties ginds waren in werke
lijkheid maar zeer matig, doch worden hier
op waar gehalte gewaardeerd en dus gene
geerd. Ze plegen elke dag e.o.a. ingezon
den stuk dat soms nog wordt opgenomen
ook. Ze zijn hier net als daar, ongenietbaar!
En dat terwijl er nog zoveel te genieten
overblijft als je maar bereid bent.
Dag Tjalie, t.z.t. hoor ik nog weieens
van je. Tot dan en nog verder
je sobat kentel
(ook zónder kabar kombali)
PIENEMAN
INDISCHE PEPERTJES
In 1617 bestond in de V.O.C. een verbods
bepaling tegen het repatriëren van burgers,
die met een inheemse vrouw waren gehuwd.
Jan Peterszoon Coen (1587-1629) vroeg aan
de Heeren XVII (Gezaghebbers V.O.C.) niet
na te laten minderjarige jonge meisjes te
zenden, waarvan de weeshuizen ontlast
kunnen worden.
SAMUDRADATTA
Het verhaal van Majnun,
de bezetene van Allah.
Majnun, die vergeefs getracht had bij
Laila's tent te komen, was bezeten van lief
de voor haar. Om toch in haar buurt te
komen leende hij een schaapsvacht van een
herder die niet ver van Laila's tent zijn
schapen hoedde. Toen boog hij zich ter
aarde, trok de schaapsvacht aan en sprak
tot de herder: "Laat mij nu onder uw scha
pen gaan en leid hen langs Laila's tent
opdat ik misschien haar zoete parfum moge
gewaarworden en opdat ik, gehuld in deze
vacht, iets moge bereiken."
De herder willigde dit verzoek gaarne in.
Toen zij nu bij de tent van Lailla kwamen
werd Majnun haar gewaar en, door haar
schoonheid getroffen, verloor hij het be
wustzijn. Hierop droeg de herder hem de
woestijn in en sproeide water over zijn
gelaat om zijn brandende liefde te koelen.
Terwijl Majnun nu in de woestijn was
ontmoette hij enige kennissen, die hem
vroegen: "Maar Majnun, hoe kunt u als edel
mens zo rondlopen? Laat ons naar de stad
gaan en u kleren halen van zijde en goud
brokaat." Majnun antwoordde: "Indien mijn
Geliefde het wenste dat ik mij zo zou kle
den, dan had ik dat zeker gedaan. Het is
echter deze schaapsvacht die het mij mo
gelijk heeft gemaakt Laila te zien."
O gij, die er naar hunkert het Gelaat van
de Geliefde (Allah) te aanschouwen, leg af
de zijde van hoogmoed en het goud van
egoïsme. Wees als Majnun, en hul u in
de schaapsvacht van nederigheid en oot
moed, want hoe kunt gij Allah zien als uw
eigen "ik" u in de weg staat?
(Uit de Islamietische mystiek)
N.A.
IK BEN EUROPEAAN
1. "Ik ben Europeaan" zal je NOOIT een
Europeaan horen zeggen, ongeacht waar je
ook komt in Duitsland, Frankrijk, België of
waar ook op dit continent. Hier is het na
melijk zó'n "aardrijkskundige verzamel
naam", dat er gewoon geen inhoud in zit.
2. In het oude Indië hoorde je "Ik ben
Europeaan" alleen maar zeggen door men
sen die door hun uiterlijk of gedrag duide
lijk onderscheiden wensten te worden van
de mantri's, mandoers of koelies. (Want een
regent b.v. straalde zó'n distinctie uit, daar
had je geen behoefte te koop te lopen met
je Europeaanschap...!) Of als duidelijk ge
maakt moest worden aan een lompe Hollan
der dat hij zich een beetje netter hoorde te
gedragen tegenover een Indo.
3. Hier in Holland hoor je het nog zeggen
door mensen die zich onder het aanvoeren
van imposante of academische "argumenten
wensen te onderscheiden van "Indischen"
of ("nog erger") Indonesiërs. En wie je het
eigenlijk niet kan aanzien dat ze door en
door Europees zijn (anders zou zo'n presen
tering toch niet nodig zijn)?
Kortom: de uitspraak: "Ik ben Europe
aan" dient nergens toe, is uit de tijd en is
inhoudloos. Laten we maar "hawoon" zijn...
T.R.
BRANIE EN ONDERNEMEND!
Vrijwel de meeste El Atabal-bewoners zijn
hier* gekomen om het 3de deel van de tri
logie van hun levensgeschiedenis in rust
te genieten.
Daar is geen duimdraaien bij! Er is in de
laatste paar jaren min of meer hard gewerkt
om de barre grond een lieflijke aanblik te
geven. Al heel veel tuinen is dat dan ook
aan te zien. De eigenaar èn de wandelaar
kan er zich in vermeien.
Maar er kwam een man - "slechts" een
vacantieganger - ii> ons Nederlandse dorp
je, die vérder keek dan de verkochte plots.
Daar zijn de steile ravijnwanden, waar zeer
moeilijk of onmogelijk op gebouwd kan
worden. Hij keek vérder dan ons leventje
hier (nog) lang is; verder dan El Atabal
lang en breed is.
Hij schreef in ons plaatselijk krantje een
stukje over BOMEN EN BOSSEN, de nood
zaak daarvan om El Atabal tot een groene
oase te maken, als een stukje van de Gor
del van Smaragd en al doende het sterven
de land, dat Andalusië is geworden, weer
tot "de tuin van Europa" te maken.
Dan volgt een oproep, om mee te doen aan
de reboisatie; en de voorschriften, inlich
tingen en een stimulans daartoe.
Een sprankelijk stukje, dat U moet trach
ten te lezen te krijgen (El Atabal Koerier
nr. 9 van mei 1967)
Geheel belangeloos schreef hij vorig jaar
reeds naar de Minister van Landbouw te
Madrid, om, vanuit zijn ervaring van 14
dienstjaren bij het boswezen op Java, sug
gesties aan de hand te doen voor snelle en
goedkope reboisatie. Een belangrijke zen
ding acacia-zaden, die hij uit Afrika liet
komen, vond ook reeds J. ,ar weg naar b.g.
Ministerie.
Dcor zijn persoonlijk contact met een
Spaanse hereboer, niet ver hier vandaan,
ontving deze eveneens zaden, die hij reeds
ijverig aan het uitzaaien is.
Waarom ik dit vertel?
Alleen om met bewondering bekend te ma
ken, dat deze man, de heer A. KORTZ') 77
jaar oud, het zoveelste levende bewijs is
van de onverflauwde pioniers-energie, die
ons Indië groot maakte.
El Atabal QUIBUS
VORSTELIJK
Op de grote markt bij het Hobbemaplein
in Den Haag gaan hartige hapjes er goed
in, tussen de boodschappen door. En ver
kopers van hartige hapjes zijn 'dus echt
wat je noemt kandjeng besars. Dat kan je
van de namen aflezen. In één van de hoe
ken van die markt heb je een compleet
vorstenhuis: de Haringprins, de Worstko
ning en zelfs een Haringkeizerl
Dan begrijp je waarom zovelen het Oran
jehuis willen afschaffen. Keuze genoeg uit
andere vorstenhuizen. En mét hartige hap
jes!
Moet U hierom lachen? Weet dan, dat
dat het op dat zelfde marktterrein ook ge
beurt: de tent met Indische ingrediënten
op die zelfde markt heet... "Waroeng Ke-
tawai"...
7