1001 avonturen met de soetil JARIG IN DE MAAND NOV. Aan de heg hingen de kembangse- patoes nat en zwaar van de dauw en mijn zusje ging in haar zakdoek een bij vangen. Geurige bijen" noemden wij ze en wij namen ze, zoemende in onze zakdoeken mee naar school. De boen- goerbomen hadden in de nacht een kring van lila bloemetjes op het grijze, vochtige grind laten vallen en alles zag er uit alsof er nooit een nacht en nooit spoken waren geweest! Is er iets, dat meer aan het paradijs doet denken, dan een Indische morgen? Dan kwam het ogenblik, dat we naar school moesten, gebaad en gekamd, en ieder met een geurige bij in onze zakdoek. En dan begonnen ook de ge varen. We moesten n.l. iedere dag een klein straatje door, dat tussen de ach tertuinen van huizen liep met links en rechts een hoge muur en hier en daar een poortje. En wanneer we eenmaal in dat gangetje waren, dan kón het ge beuren, dat plotseling achter ons de grote gestalte van de „gekke man" opdook en het licht verduisterde. Altijd stond hij daar plotseling, een werkelijk geweldige grote Javaan met zwart krul lend haar tot op de schouders en niets dan een klein saronkje om de lende nen. En altijd was zijn verschijning het teken tot een radeloze vlucht. Mijn kleine zusje tussen ons in sleurend, renden we ademloos tussen de blinde muren voort, waarin een enkele keer een poortje open ging om haastig weer dicht gesmeten te worden. We renden en renden zonder om te durven kijken en ik zal nooit vergeten de eindeloze opluchting, als aan het einde van het straatje een kleine groene poort ver telde, dat daar de uitgang was, waar het steegje uitkwam op de boulevard langs de Brantas. De brede zonnige boulevard, die vrolijk was van bellende sado'tjes en gezellig winkelende kok kies onder de zware, oeroude bomen. En dan was het doorstane gevaar ook meteen vergeten. Natuurlijk stonden we lang stil op de brug om naar het kolkende water te kijken, dat in ban- djirtijd bomen en struiken tussen de pijlers door dreef en de brug soms deed trillen en beven. Aan de andere kant van de rivier lag onze school. Op weg daarheen pas seerden we altijd 'n Javaanse vrouw, die op haar matje zat, vlak bij het einde van de grote brug. Meestal zat ze daar rustig, omringd door haar bloemen, die ze te koop aanbood. Maar soms was ze wild en stond rechtop te dansen met kronkelende bewegingen onder haar strak gespannen sarong en strooide gillend en zingend de bloemen in het rond, terwijl het losse haar om haar schouders fladderde. „Gila!" lachten de mannen dan en de vrouwen liepen met neergeslagen ogen vlug door. Voor ons waren dat natuurlijk ver toningen, waarnaar we bleven staan kijken, totdat een Indisch echtpaar, dat in een open voorgalerij het schouw spel gade zat te slaan ons toeriep: "Ajoh, gauw doorlopen naar school"! Slot volgt) SAMBEL GORENG IS GEEN SAMBEL De woorden zeggen het trouwens al: de 1ste is lombok en ingrediënten ge bakken in olie, bij sambel alleen blijven lombok en ingrediënten na fijngewre ven te zijn rauw. Zo kreeg ik dus van vele dames heerlijke sambel gorengs binnen, maar tot nog toe maar 4 sambels. Mevrouw Remy, van wie U al een paar goede recepten heeft gehad, kwam natuurlijk ook dit keer weer met een paar uitschieters die de liefheb- (st)bers van heet maar direct eens moeten proberen. Sambel djengot. 1 teentje knoflook, 2 groene, 2 rode lomboks, trassi bakar, 1 volle eetlepel geraspte klapper. Knoflook, lomboks en geraspte klapper stomen en daarna met de trassi en wat zout fijn oeleken. Mevr. Remy. Sambel djambrèt Betawie. Rode lombok en tjabé rawit (sepa- ro-separo), geroosterde trassi djam brèt van Betawie, wat zout en als er is gandaria (jonge natuurlijk, je kunt ze ingezouten in flesjes krijgen. Ook per ons, mooi vers en hard! L.), dje roek limo of jonge mangga (mangga ketjipet, weet U die?) zo niet dan in hemelsnaam maar jonge appel of an ders maar een druppeltje azijn. Dat is alles, maar voornamelijk de echte trassie djambret van oedang en niet al te zuinig, hoe meer hoe lekkerder en voor degenen die van een beetje zoet houden, wat suiker. Alles fijn oelek en dan maar poekoel teroes met witte rijst, goede gereh en wat lalap, kom kommers, sla of seupan andijvie boleh djoega. H. Remezond. Als slotapotheose van deze sambel- opera nog een gigantisch recept van mevrouw Remy. Ik kon mijn ogen niet geloven toen ik het las, heb het zelf nog niet geprobeerd, voor zoiets neem je een snipperdag! Sambel pitu (7 soorten). We oeleken 7 aparte soorten sam bel n.l. 1. sambel kelappa (sambel oelek met geraspte klapper) 2. sambel kemiri sambel oelek met kemiri 3. sambel djeroek sambel met dj.nipis (citroen) 4. sambel ganderia sambel met ganderia 5. sambel tempé sambel met tem- pé 6. sambe. bawang sambel met knoflook Mevr. E. E. Marlisa-Van Drongelen, Den Haag. Mevr. M. A. Pierie-Scheffer, Wijk aan Zee en mevr. M. P. van Berkum-Mon- fils, Apeldoorn. Een vergeet-me-nietje voor dierbare ja rigen. Zend ons de namen van dierbare vrienden, familieleden die U niet graag vergeten ziet. Vergeet niet volledige naam en adres voor doorzenden van eventuele brieven of kaarten. 7. sambel ketjap sambel met ket jap. Deze 7 soorten met wat zout en trassi samen nog eens oeleken tot een smeuige massa. UITSLAG PRIJSVRAAG „VAN MOND TOT MOND" De moderne jongelui zijn door hun lange haren en wilde jasjes vaak moei lijk van meisjes te onderscheiden, als het op koken aankomt kun je de heren ook niet van de dames houden! Dat bleek hier. Uit de inzendingen op de prijsvraag van ons kookboekje om de „manne lijke" recepten er uit te halen, kwamen maar twee goede binnen. U hoefde maar 5 namen te noemen van de 7. Mevr. I. X. de Graaff-v. d. Geugten peuterde ze er allemaal uit, mevr. Noordam-Weygers hield zich aan 5. De prijsjes zijn onderweg dames, ge feliciteerd! En willen de andere dames nu de namen ook weten? Dit zijn ze: G. J. van Lonkhuyzen, W. Tingga, V. N. Moens, Chr. Wolff, R. Westerkamp, R. Jonker, Chr. Simons. Nu weet ik eigenlijk nog niet zeker of er toch wel een vrouw échter de man vóór het fornuis staat, maar hier hou ik het toch maar op! L.D. 13

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1967 | | pagina 13