H. A. VAN HIEN I J. M. VAN EXEL's Wij blijven nog steeds op zoek naar verdere gegevens over die wonderlijke schrijver en onderzoeker H. A. van Hien, wiens "De Javaanse Geestenwereld" eens één der meest gelezen boeken van Indië was. Dezer dagen hielp Emilie van Hout - Intveld ons weer een stapje verder met enkele familie-personalia. Wie helpt verder? Hendrik Alexander van Hien, de schrijver van het boek "De Javaanse Geestenwereld" kwam uit Zuid-Ameri- ka naar Java (jaartallen en naam van echtgenote onbekend). Zijn zoon Hen drik Alexander (geboren 27 maart 1886, overleden in het Ambarawa kamp 5 augustus 1945) was getrouwd met Wil- helmina Maria Rademaker (geboren 27 maart, 1886, overleden te Bandoeng 27 juli 1946). Deze Wilhelmina Rademaker was een dochter van Leendert Alex ander Rademaker (totok, officier KNIL) en mej. Heijtinger (Indische). De broer van Leendert A. Rademaker was offi cier bij de Genie, maar trad later in dienst bij de Soesoehoenan van Solo, met wie hij grote vrienden werd, ze gingen zeifs als broers met elkaar om. Hendrik Alexander van Hien Sr. had veel interesse voor de Javaanse Gees tenwereld. Toen hij hoorde dat de oom van zijn schoondochter zo bevriend was met de Soesoehoenan ging hij bij deze oom Rademaker logeren. Zodoen de kreeg hij rechtstreeks van de Soe soehoenan alles over dit onderwerp te horen. Hendrik Alexander van Hien heeft alles wat hij hoorde opgetekend, en zo kwam het boek "De Javaanse Geestenwereld" tot stand. De lezer heeft er geen idee van hoe veel vraag er nog steeds is naar Van Hien's "Geestenwereld". In de twaalf jaren dat wij bestaan is dit boek dat het meest te koop of ter leen is ge vraagd. Ontelbare keren is er op aan gedrongen dit boek weer uit te geven. Een technische onmogelijkheid helaas. Daarvoor is het boek te omvangrijk, dus té duur om op stapel te zetten, en after all is de afname door een klein deel van de Indische samenleving té klein, zodat het boek vele tientallen guldens zou kosten. In kringen van Javanici heeft men overigens zo'n hoge dunk niet van het boek, dat lang niet wetenschappelijk genoeg is opgezet. Anderen weer blij ven er toch dankbaar voor omdat zij menen dat de totale wetenschap van "De Javaanse Geestenwereld" zó enorm groot is, dat een hele staf on derzoekers er een complete encyclo- paedie van hadden moeten samenstel len. Als wij bedenken dat één man in zijn eentje dit ontzaglijke werk heeft aangedurfd en er vele jaren van zijn leven naarstig onderzoekingswerk voor heeft verricht, worden wij aangegrepen door een groot respect. Niemand an ders heeft Van Hien in zijn werk bijge staan. In tegendeel, men heeft hem vaak bespot om zijn "vreemde studie van bijgeloof en heidense gebruiken". Zij echter, die met Shakespeare's woord in gedachten ("There are more things in heaven and on earth, Horatio, than you dreamt of in your philosop hy") Van Hien's studieën aangedurfd hebben, zijn altijd dankbaar gebleven voor wat ze eruit leerden op velerlei terrein. We moeten ook nooit vergeten dat ontelbaar veel Indo's met Van Hien zijn opgegroeid. Ikzelf heb zijn werken "mijn leven lang" in mijn kast gehad naast alle belangrijke Europese wer ken. En als ik in mijn ideeën "onge woon" ben, bedenk dat deze onge woonheid voor groter deel dan men beseft gegroeid is uit het Javaanse (mystieke) denken. "De Javaanse Geestenwereld" is ge compliceerd en "berat", maar heeft aan de andere kant veel folkloristische ele menten die even wonderlijk zijn als de schilderwerken van Jeroen Bosch. Je hoeft ze niet te begrijpen of te accep teren, maar je kan er ongewoon door geboeid en geamuseerd zijn. Zo b.v. door de betekenissen van de "kedoetans", die merkwaardige lichte trillingen van een ooglid, een oorlel, wang of ander plekje van de huid, die iets bijzonders te zeggen hebben van de persoon die ze ondervindt. We hebben speciaal voor de lezers, die deze "kedoetans" toch wel interes sant vinden, op losse vellen hier repro ducties van gemaakt, per vel van vier pagina's (de complete kedoetans) voor f 1,Sluit bij de bestelling een post zegel van een gulden in of gireer. De kedoetans zijn geheel opgeschreven in het Maleis, door ons niet vertaald, maar vrij goed te volgen. miiiiHiiiiuiiiiiiimwDmiiHitiiiiniiiuiiiiuiiiiiiimiiiumiiiuwiiiiiittHiiiiiiiMHUtmuHmiMiiinmwwtiiHt Schoenhandel alleen Reinkenstraat 29 Den Haag - Tel. 33 21 17 j j Specialist in exclusieve dames- schoenen met hoge of lage hak in de allerkleinste maten. 1 vanaf maat 32 1 Vele aantrekkelijke koopjes in de winteropruiming. irri)llllllllilllll!llllllillillllllll!lllllllillllll!llllllllll|IIK|HllllinHIIIHIIIIIIIIllllllllll!llllllllllllllllllllll!lllllllI "HIDEUNG SANTEN" Een verder onbekend blijvende abon nee stuurde ons n.a.v. wat wij schreven over Hideung Santen de volgende briefkaart: Djuragan, Hatur uninga, kahartosna "Hide- ung-Santèn" (T.T. 30-1 O-No. 8), nu- mutkeun basa walanda "Licht bruin van kleur en er lief uitzien"; Tjahajana (glans op het gelaat) sap- èrtos "slappe thee", kitu kenneh "tji- koppi entjer sarèng gula-pasir beur- eum-ngora" (lichtbruin). "Santèn", lijan ti kokosmelk en schoon, kitu deui "Imut-santèn", "mesèm-manis" vriendelijk glim lachen. Mugi tjèkap tèrang sareng teu kalépatan. Salam baktos, Abonné Op dit bericht hebben we eigenlijk gewacht. Vrij vertaald staat er: Mijnheer, Geeft te kennen, dat het begrip Hi deung Santen, omgezet in het Neder lands, is: lichtbruin van kleur en er lief uitzien, glanzend als dunne thee of koffie, met lichtbruine suiker. Santen moet niet letterlijk genomen worden als cocosmelk, maar ook met de innemen de, vriendelijke betekenis ervan als in "een innemende glimlach". Ik hoop dat U 't goed begrijpt en er geen fouten zijn. Groeten van een abonnee. "Hatoer noehoen, djoeragan!" Veel dank, zelfs waar wij weten dat de brief kaart niet honderd procent vertaald is. Maar het is inderdaad zo, dat het ef fect van hideung santen niet het effect is van koffie-met-melk, maar van dunne koffie (of thee) puur, die ons "vrien delijk toeglanst", ook al is er géén melk bij. OUI Een Frans toerist wilde de krater van de Tangkoeban Prahoe zien, dankte onderweg z'n auto af en ging, aange trokken door de mooie natuur, 't laat ste eind liever te voet. Hij ontmoette onderweg een dessavrouw met een grote mand vol oebi op haar hoofd. Hij vraagt haar, met z'n vinger naar de steile weg naar boven wijzend in 't frans: "Loop ik zo goed? Is dit de weg naar de krater?" De vrouw niets verstaand van 't frans, denkt dat hij op haar mand wijst, en vraagt wat dat is, wat ze draagt, en ze antwoordt "Oewi." (In 't Soendanees is Oebi, Oewi") Hij dankt en gaat verder. In Frankrijk terug, schrijft hij in een krant: "Wat zijn de Nederlanders pracht kolonisten. Tot zelfs diep in 't binnenland leren ze 't volk de franse taal ten behoeve van de toeristen!" Mevr. J. Oostwald-Stada 17

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1968 | | pagina 17