OLEH-OLEH VAN OVERAL al wordt je in Nederland elke discussie de mond gesnoerd met "Als Amerika ons niet geholpen had..." Terwijl men toch moeten weten dat elke Ameri kaanse hulp alleen een politiek-econo- mische transactie is waarin geld en goed in ruil komen voor een anti-com munistische en pro-westerse houding. For now and for ever. Ach, laat me dit afscheid aan de Olifant niet eindigen met een politiek rekensommetje. Er is zoveel menselijks en overgetelijks aan deze Olifant, die misschien de laatste decennia teveel kunstjes heeft geleerd. Laat me voor altijd herinneren het bij Europa vergeleken verrukkelijke kli maat van California. De gastvrijheid, de ruimte, het licht van winkels, gebou wen, straten en het land daarbuiten. De bloemen, de tuinen, de schitterende wegen en de grandioze lichtfestijnen van stadjes en steden in de avond. Laat me ook niet vergeten de manier van leven die me ontzettend meer ligt dan deze Hollandse bedoening. Hoewel ik wel meteen voor stapelgek verklaard zal worden: ik miste de Hollandse ge zelligheid niet, omdat ik die hier niet heb kunnen vinden. Amerika vond ik gezellig omdat ruim bewegen voor mij gezellig is. Als Tong Tong niet belangrijker was geweest, zat ik misschien nóg in mijn gerieflijke en dierbare huisje in Whit- tier. Met de geraniums en de bougain ville, de zelfgebouwde visvijver en pergola. Met de onvergetelijke uren van slenteren door de kostelijke shop ping-centers, het urenlange autorijden naar nieuwere, mooiere streken. Op een dag zal ik ze weer ontmoe ten: de Steevensz's, de Klinkerts, de Creutzburgs, de Monods, de Dopperts, de van Lommels, de Oens, de Schenk- huizens, de van Ligtens, de Hartevelts en die honderden andere vrienden en families die gebleven zijn om stug door te blijven zoeken naar een goede toe komst. Zij hebben hun huis en hun ver trouwen in de toekomst gebouwd aan de overkant en zij maken 't een Home voor de kinderen. Naar eer en gewe ten. LILIAN DUCELLE Laten ouders hun kinderen geen rijk dom nalaten, maar het besef van eerbied Plato fS 16 Wat hebben we gesmuld van de oleh-oleh van de Heer Maas. En natuur lijk, 't kón niet uitblijven, we sloegen gewoon aan 't mijmeren over die goe de oude tijd, toen er zo maar opeens een oom of tante, een oma of goede kennissen kwamen logeren en de tra ditionele oleh-oleh bij zich hadden. Wat een sympathieke goede Indi sche gewoonte was dat toch! En wat 'n oleh-oleh Zo is de herinnering aan tante Titi uit Djokja voor ons onafscheidelijk ver bonden aan „koewéh kokis" en „kra- sih-an". En als oom Jo uit Madioen kwam mampirren had hij steevast de op-de- tong-smeltende ,,saté boentel" uit Po- norogo bij zich, of zalige zuurzoete „santok Magetan" of „djeroek Nam- bangan". Kennissen uit datzelfde onvolprezen Madioen hadden de enige gewoonte om een grote tennong mee te torsen als ze kwamen en wat daar al niet uit te voorschijn kwam! Ik herinner me als de dag van gisteren de smaak van de „nasi petjel Madioen", de „poetoe boemboeng" en de „roti ketjik". Daar ruil ik met genoegen „Haagse hopjes" of „Zeeuwse babbelaartjes" voor. „Zeg weet je nog, als Pap van toer- née thuiskwam met „gempol plèrèt" of „rondo royal" of „madoe mongso"? zei m'n zus. „Nergens zo lekker als in de Vorstenlanden!" dongèngde mijn moe der verder, „vergeet de „siwalan" uit Madoera en de „semar mendem" uit Magelang niet!" En toen kwam die goede oude babah Setoe uit Solo op de proppen met z'n beroemde „roti ponggéh". En dan die schat van een baboe Troeno, die ons verblijf in 't extremistenkamp heel wat lichter maakte door zeker eens in de maand met allerlei heerlijkheden langs te komen als „semanggi met sambal widjèn Salatiga", „limpang limpoeng" of „kwee loempoer", waar vandaan weet ik niet meer. Zo kwamen onze mijmeringen van zelf op Makassar, waar we na de eva cuatie uit het kamp terecht waren ge komen en kennis maakten met nieuwe culinaire oleh-oleh als „kepala boetoe een zaligheid bestaande uit stukjes agar-agarpudding met vruchtencompo te en dikke zoete melk en ijs-pasrah; met de frisse limoen tjina (een djeroek soort) en de overheerlijke markiessa uit Malino, boven Makassar. Om de hartige „bakéah" uit Tondano niet te vergeten. Tot opeens de bel overgingolie man!!"... en wij weer midden in de Haaqse werkelijkheid zaten. F. A. REMY Net of het zo moest kreeg ik dezer dagen een Indische atlas- atlas In donesia moet ik zeggen in handen. Het is dezelfde atlas die ik gedurende vele jaren op de lagere school in mijn canvas-tas propte. Elke kaart nog pre cies zo, het groen van de laagvlakte, het geel-bruin van de vulkanen, het blauw van de Java zee en de Indische oceaan. Weet u nog waar Martapoera ligt en Ende en Bukitasem en waar de goenoeg Kerintji? Neen, niet raden me vrouw, precies aanwijzen. Ja, alles ligt er nog precies op de zelfde plaats volgens deze nieuwe at las. De wereld kan dan wel op zijn kop staan, de mensen half gek en he lemaal gek van de nieuwe cultuur, on ze kalies en goenoengs en plaatsjes trekken zich daar niets van aan. Alleen zijn alle oe's in u's veranderd want deze atlas is herdrukt door de Indone sische regering: oleh Soekarno c.s. Mocht u om die naam al meteen heftig protesteren, het is niet president Soe karno maar een Soekarno want die naam is in Indonesië evenveel voorko mend als hier de naam Hendriks. Toen ik dat „oleh" zag, wat alleen „door" betekent natuurlijk, moest ik toch denken aan onze oleh-oleh ru briek. Bij elke oleh-oleh inzending kan ik nu de plaatsen opzoeken en voor zover ze er niet allemaal op staan bij tekenen. Wegduiken in Fort de Koek, Pasoe- roean, Tebingtinggi en Madioen en al snoepend van de verrukkelijke oleh- oleh die u mij toegezonden heeft. Dank u schrijvers en schrijfsters, dank u uit gever van deze mooie atlas, dank u zeer LILIAN OOK NODIG De mijne heb ik nu al 33 jaar. Van mijn moeder gekregen, echt zilver, dat glanzend wit blijft door geregeld ge bruik. Voor geen goud zou ik dit zil veren staafje willen missen. Niet omdat het een tanda mata is alleen, maar om dat het een van de onmisbare attribu ten is in een Indisch gezin: de sendok koeping. Ook de kinderen zijn er zo aan gewend dat ze niets anders wil len gebruiken. Via een kennis kon ik een klein aan tal uit Indonesië krijgen. Heb er direct meer besteld, hoop dat ze er tegen de Pasar Malam zullen zijn. Voor wie er nu al eentje wil, ze kosten 4,per stuk. Niet van massief zilver, maar verzilverd. Klein, handig vertrouwd. L. D.

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1968 | | pagina 16