VAN HIER EN GUNDER BIJ DE VOORPLAAT ii'/S "NIETS" Als je dan zo'n verblekende foto be kijkt met in potlood er achter geschre ven: "Op wandeling langs de Kali van de Sitoe Goenoeng, Soekaboemi", zouden je bijna de tranen in de ogen schieten "om de armoe van het geval"! Is dat nou een kali! En is dat nou een gezellige ochtendwandeling! Langs de galangans van de sawahs, oneffen, scheef, kronkelend, met mis schien wel even de schrik om een plotseling wegschuifelende slang...óf voor de afwisseling een eindje over de enorme keien van de rivierbedding. Nergens en geen mijlen in de omtrek een stukje behoorlijk wandelpad, enig comfort, geen cafetaria of restaurant (zelf maar lemper meenemen in een bèsèk!) en het is altijd héél warm en héél ver. Pa en Ma en dochterlief zondags uit! Voorwaar geen foto om mee te snoeven bij je Europese vrienden over dat rijke, goede leven in Indië! Maar van de honderd Tong Tong lezers zouden honderd DIRECT weer klaar zijn om zo'n wandeling nü wéér te maken. Om naar het eindeloze, vriendelijke gebabbel te luisteren van het klare water tussen de kalistenen. Om geboeid naar allerlei kleine visjes en kepitinkjes en torretjes en spinne tjes in dat water te kijken. Om wonder baar gekleurde stenen te zoeken. Om naar het spel te kijken van de gekleur de tjapoengs en vlinders. Naar de zwermen vogels over de sawah, of naar het regelmatig overvliegen van een duif of een sperwer langs de in tens azuren lucht. En gek, die eentonige oetanrand ver veelde nooit. Nu eens was je getroffen door de gestyleerde, fijne pinangpal- men, dan weer door de wiegende top pen der klapperbomen, de veelsoortige en veelkleurige bloempjes van allerlei onkruid, het op een onverklaarbare wijze voortdurend wisselende en avon tuurlijke landschap, terwijl er toch "niets" was en bleef... En we realiseren ons dat juist dat "niets", dat nooit veranderde, het hele landschap een eeuwigheid gaf en rust, die onze jagende menselijke ziel ver oorloofde om echt "thuis" te zijn in de wereld. Je liep maar of je zat maar of je lag maar. Er was geen tijd. En elke tjapoeng die je zag, was misschien dezelfde van daarstraks. Of een nieu we. Of dezelfde van tien eeuwen te rug. En het deed er niets toe, want alle tjapoengs waren alle milliarden eeu wen door hetzelfde immers?...Je was gekristalliseerd mét de Tijd, de Ruimte en de Eeuwigheid. En het was goed zo. Dag Pa, dag Ma, dag Troelie! Wees nog maar een paar uurtjes gelukkig zo met niets. Want straks moet je weer 2 GESPREK OP EEN LADANG "...las ik tot mijn grote spijt dat je ziek was. Hoop dat je weer gauw helemaal zult opknappen. Want wij kunnen je nog lang niet missen, ouwe jonge doorzetter!" W. Morren In dat "jonge" zit helaas een fout, die door verreweg de meeste lezers wordt gemaakt. Men vergeet dat Tong Tong met zijn 12de jaargang ook twaalf jaren ouder geworden is. Men reali seert zich niet dat ik "tegen de zestig aan zit". En denk nu aan het beeld dat ik U al vaker voorgeschilderd heb in Tong Tong. Dit blad is 'n ladang, 'n arme kleine ladang, waarop inderdaad enorm veel geprobeerd is, maar zelden tot volle wasdom gekomen, omdat ladangs nu eenmaal zeer beperkte mogelijkhe den hebben. Wel eens op een auto tochtje hoog in de goenoeng een la dang gezien? Heb je daar die ladang- bouwer misschien ook gezien, leunend op zijn patjol? En bent U misschien wel eens twaalf jaren later langs die zelfde ladang gereden? Dan hebt U gezien dat die ladang niets veranderd is (is nooit een bloeiende rijke rijst- vlakte geworden). Ladangs zijn nu een maal zo. Ja zelfs die ladangbouwer is niets veranderd..zo op het oog. Pas als je langer kijkt, zie je dat hij nu vaak langer op zijn patjol rust. "Koe rang napas" komt nu gauwer. Zo is het nu eenmaal. Ik ben geen onpersoonlijke redac teur van een onpersoonlijk tijdschrift; ik ben Uw adik. Samen met U ben ik ouder geworden. Niet langer pienter praten over dit beeld en over ons la- dangwerk. Gaat U er allemaal rustiger en dieper over nadenken. Het zal ons allen goed doen. T.R. DE ZADEN Zo vaak schreef ik brieven, ge troffen door een enkel zinnetje in jouw artikelen, Tjalie, maar verzond ze nooit. Jij krijgt al genoeg, zo niet teveel, van dit soort ontboezemin gen. Als oude vrouw al lukt dit oud- worden niet zo best ver van soortgenoten, kinderen en kleinkin deren, heb je vaak buien die iets met je innerlijke te maken hebben. Je moet je uiten en dan is een stuk papier zo nuttig. Wies Deketh (Caracas) MAAR NATUURLIJK moet je me AL TIJD schrijven, hoe weinig ook, hoe naar huis. Dan moet het bèrèsen weer beginnen, de wekker wordt gelijkgezet, het huiswerk klaargelegd, de djongos geadjakt om op te schieten, enz. enz. enz. Je bent weer klein slaafje gewor den. En de eeuwigheid is weer voor bij... T.R. impulsief of mijmerend ook. Vergeet de connectie die bestaat tussen een redacteur en een lezer(es); denk al tijd aan het onmetelijke geestester- rein van ons, Indischgasten, en onze PLICHT om erover te schrijven TOT VER VOORBIJ ONZE TIJD, omdat wij daardoor immers MENS zijn (dieren laten geen historische "littekens" na; mensen wel!). Inderdaad gebiedt ons besef van nietigheid dat we niet ver wachten dat alles wat wij schrijven, geschreven is voor de eeuwigheid, maar er zijn flarden van gedachten met een wonderlijke voorbestemming, die als NU uitgestrooide zaden veel later bloemen voort MOETEN brengen. En de vegetatie kunnen vormen voor la tere paradijzen. Voor onze kinderen en kindskinderen. Hier speelt onze nietigheid weer een grote rol; wij weten niet wat bewaard blijft en VOOR LATER waardevol is. Misschien worden later b.v. alle "Van Tijd en Ruimte-opstellen" waardeloos, al SCHIJNEN ze NU van grote waarde. En misschien is het een onnozele ge dachte van Tante Stien of Si Klaas, die decennia of zelfs eeuwen over brugt. Denk aan de natuur, die alle mensenwerken overleeft. Denk aan de eenvoudige bloem, die de mens over het hoofd ziet. Die onopgemerkt sterft. Maar de Wind des Tijds neemt de droge zaadjes mee en voert ze soms over zeeën naar verre landen. Van de tientallen, misschien wel honderden zaadjes, krijgen misschien juist de mooiste hun kans niet. En misschien juist de magerste en zwakste komen op een goede bodem in een goed kli maat. En daar groeien ze op en vor men de eerste pioniers van straks uit- qestrekte kleurige tuinen of voedzame gewassen. 0uien sabe? Maar produceer, produceer! Maak geen ruzie met Tjalie om wat niet ge- lees verder pag. 11 ONAFH. IND. TIJDSCHR. 12e JAARG. No. 19 Pr. Mauritsl. 36, Den Haag - Telegramadres: Tong Tong DenHaag - Tel. 070-54.55.00/54.55.01 - Giro 6685 Uitgave: Publ. en Handel Mij Tong Tong N.V. Directie en Hoofdredactie: Tjalie Robinson. Verschijnt de 15de en 30ste van iedere maand. Prijs per nummer f 0,90. Abt. Nederl.: kwart, f 4,50; halfj. f 9,jaar f 18,Abt. Europa: jaar f 23. Abt. buitenl. (p. jaar en p. luchtp.): Australië en Nw. Zeeland f 63,Indonesië f 58.Z.-Afrika en Z.-Amerika f 48,Canada en V.S. f 39. Suriname en Antillen f 33,Abt. buitenl. (p. jaar en p. zeepost): voor alle landen f 28. ZOEKT OP BASIS VAN DE NUTTIGE ERVARIN GEN IN DE GORDEL VAN SMARAGD NIEUWE INTERESSEN IN NEDERLAND TE WEKKEN VOOR DE TROPENGORDEL. De directie behoudt zich het recht voor hen die schadelijk geacht worden voor het welzijn van Tong Tong als abonnee te weigeren of af te voeren. ALLE ABONNEMENTSGELDEN ZIJN BIJ VOORUITBETALING VERSCHULDIGD. ADVERTENTIES KUNNEN ZONDER OPGAAF VAN REDENEN GEWEIGERD WORDEN.

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1968 | | pagina 2