Een Pasar-Malam Herinnering
Jos. van Arcken
r
Zo velen van ons hebben nog de
prettige herinneringen van een Pasar
Malam uit 't Oude-lndië. In mijn jeugd
kon ik ook zo intens genieten van een
op komst zijnde Pasar Malam. De
voorpret was voor ons even mooi en
opwindend! In kleinere steden was 't
meest geschikte terrein voor een P.M.
de "aloon-aloon", gunstig centraal ge
legen en voor haast een ieder te voet
of fiets bereikbaar. De voorbereidin
gen waren daar reeds wekenlang te
zien.
Vrachtladingen grobaks (ossenwa
gens) reden op en af met bamboe en
gedèk (bamboe vlechtwerk omwan-
ding) en atap bedekking. Welhaast ie
dere middag kwamen we een kijkje
nemen naar de vorderingen van de
talrijke koelies die er aan 't werk
waren.
Eerst werd de erepoort opgericht,
die elk jaar weer verschillend was.
Dan al de rijen tentjes die als een
ketting om 't terrein heen kronkelden.
Zo lang de poort nog open bleef,
waren wij trouwe bezoekers en geno
ten wij kinderen van die "opbouw". Ik
vond die "verse" bamboe- en gedèk-
luchtjes altijd zalig, ja, ik weet nog
precies "hoe 't ruikt" als ik even te
rugdenk! Ongeveer een week voor de
opening werd dan de poort gesloten
voor een ieder. Men hoorde wel ge
klop en gehamer tot laat in de namid
dag en nog steeds een op- en afrijden
van karladingen met allerlei soort ba-
rang. De diverse tenten werden "aan
gekleed" en voorzien van allerlei koop
waar en bezienswaardigheden. Onze
nieuwsgierigheid kende geen grenzen!
Op school was 't "het gesprek van
de dag". Er waren altijd wel kinderen
die brutaal naar binnen durfden te glip
pen om dan op school te kunnen ver
tellen wat ze alzo gezien hadden: "een
groot rad, de draaimolen, een grote
ijzeren bol met een motorfiets er in..."
En eindelijk kwam: de opening van
de Pasar Malam! We wilden allen pre
cies op tijd zijn op dat grote feest! We
kregen aardige jurkjes aan en een
mooi lintje in 't haar. Soms gingen we
met een sado, maar meestal wandel
den we er heen, want er was zo veel
volk op de been, dat de sado's toch
stapvoets moesten gaan. Van verre
konden we 't geroezemoes reeds ho
ren!
Allerlei geluiden kwamen hoe langer
hoe dichterbij: trompetjes-geschetter,
fluitjes, gamelan-muziek, gekraak en
gepiep van raderwerk en nog dichterbij
de ingang: 't gejoel en gejubel van
vrolijke kinderstemmen. Ik kreeg altijd
een kriebelmaag van de zenuwen als
ik de hoge, door tal van lampjes ver
lichte erepoort zag! Vader liep vast
vooruit om de kaartjes te kopen en
wij wachtten ongeduldig tot we met de
stroom van feestgangers naar binnen
konden.
"Blijf bij elkaar en sta niet te suffen
bij de tentjes", riep Vader, telkens om
kijkend of z'n kudde nog bij elkaar
was.
't Was de eerste dagen altijd een
vreselijk gedrang, maar wij kinderen
vonden dat juist leuk, dat hoorde er
zo bij. Alle Indonesiërs waren op z'n
best gekleed. Mooie fleurige sarongs
en kabaja's aan en een kleurige sjaal
luchtig over de schouders. En wat we
al niet te zien kregen! De inheemse
industrie alleen bood al zo veel varia
tie: houtsnijwerk van de diverse eilan
den, vooral 't Balisch en Japaraas hout
snijwerk vond ik "machtig". Snuiste
rijen van koperwerk, zilver, goud, tot
de fijnste bewerking toe, op kant ge
lijkend.
Schemerlampjes met kapjes van
"geslagen beenderen" (o.a. in Djocja
gemaakt) die ze als perkament zo fijn
bewerkt hadden en geverfd met fijne
kleuren en in goud. De waaiers van 't
zelfde materiaal waren ook beeldig.
Schilderijen, pottebakkerskunst, snuis
terijen van cocosnootdoppen voor as
bakjes en knopen, allerlei vlechtwerk
van cocos, bamboe en rottan. Dan de
kantbewerking, mooie gebatikte sa
rongs en nog zoveel andere kunstwer
ken.
Natuurlijk moesten we ook stilstaan
bij de diverse goktentjes, en in de
draaimolen zitten. En als we wat moe
waren, zochten we een gezellig uit
ziend tentje op waar we ons te goed
deden aan een glas limonade prik-prik.
Een andere dag gingen we met ons
allen eten in een Chinees tentje, waar
ik eens een bord overheerlijke kepi-
ting-goreng kreeg. (Ik ben de naam
van dat standje vergeten, maar niet de
kepiting-goreng!). Er was veel game
lan-muziek en een echte wajang-orang
voorstelling heb ik er ook eens mee
gemaakt. Ach, 't is te veel om op te
noemen. In latere jaren kwamen er nog
veel meer nieuwigheden bij, vooral
toen de radio's en ijskoelkasten in de
mode kwamen.
Beladen met pakjes, snoepgoed en
balonnetjes kwamen we dan prettig-
moe thuis, met steeds dat heerlijke
gevoel: we mogen fijn over enkele
dagen nog een keer gaan, en dan nog
een keer...! Emelie Baumer
Voor Omega, Zenith en vele
andere goede merk-horloges
naar
Laan van Meerdervoort 520
Den Haag - Telef. 33 6441 j
OLYMPIADE
Denk je ook niet dat de Olympiade zijn
tijd heeft gehad en de Olympische
Spelen, die vierjaarlijkse verbroedering
der mensheid, spoedig definitief tot
het verleden zal behoren? De eerste
stap op deze weg is gezet door het
uitschakelen van Zuid-Afrika. En geen
mens zal daér om treuren. Wie dis
crimineert (dus de broederschap ver
loochent) wordt buiten de deur gezet.
Afgelopen!
En deze houding zullen wij voortaan
consequent handhaven!
We zullen Kenya uitsluiten omdat
Kenya de Indiërs discrimineert.
We zullen Nigeria uitsluiten omdat
de Nigerianen de lbo's discrimineren.
We zullen de Arabische volken uit
sluiten omdat zij de Israëliërs discri
mineren.
"And for that matter" de Israëliërs
uitsluiten omdat zij de Arabieren dis
crimineren.
De Cyprioten omdat zij de Turken
discrimineren.
De Amerikanen omdat ze de Negers
discrimineren.
De Rhodesianen zie boven.
En de Britten omdat zij de Rhode-
siërs discrimineren.
De West-Duitsers omdat zij de Oost
Duitsers discrimineren.
En omgekeerd.
Enz. enz. enz.
We zullen ter wille van de broeder
schap der mensen ALLEN mores leren
die discrimineren. Al houden we sap
perloot desnoods maar een Olympiade
over van vijf of zes nobele volken.
Met snikkende verliezers en pompeuze
gouden-plakken-dragers! En ter wille
van de morele discriminatie hier zullen
wij ook de plakken afschaffen en alle
deelnemers zonder onderscheid een
blikken herinneringsmedaille geven.
Dan is alles pas goed.
Want laten we wél wezen: Olympi
sche Spelen zijn even voorbij of zelfs
nóg voorbijer dan b.v. de koloniale tijd.
Stel je voor dat tweeduizend jaar ge
leden een paar blote Grieken zonder
uniformen en vlaggen met elkander
hardliepen en sprongen en wierpen om
alleen maar een doorgewone lauwer
tak te krijgen. Die de volgende dag
alweer verdord was.
Hiero! (vinger tegen het voorhoofd!).
Barbaars verleden.
Pas nu wordt alles mooi en goed.
MALAYSISCHE SPREEKWOORDEN
Kalau benèh yang baik, jatoh ka-laut menjadi
pnlau.
Als een zaad goed is, ook al valt het in
zee, het zal een eiland vormen.
Als wat gij doet goed is, het zal de
ondergang overleven en de bron wor
den van nieuw leven.
Berapa panjang lunjor, bagitu-lah selimut.
Laat een deken niet langer zijn dan Uw
volle lengte.
Neem nooit meer dan U nodig hebt.
Houd maat.
18