restaurant wijnands v/h cecü J. M. VAN EXEL's pré watra' van. Ik leidde daaruit af: gepeperde soep. Want pépré is peper en watra is water. Er komt nl. één tot meerdere madam sjenèt in het gerecht. De kwi-kwi is geen rivier- maar swamp- vis. Het vlees dat naar kip smaakt, is een zeer geliefkoosde lekkernij en vrij duur als het visseizoen hiervoor open is. Overtreding van het verbod bete kent honderd gulden boete plus zes maanden nor. Toch laat m.i. de be scherming van deze bijzondere vis door de overheid veel te wensen over. Via illegale relaties is het hele jaar door aan deze vis zowel als de kuit te komen. Om nog even verder over vis te praten: de koebi-vis levert de hier zo zeer gezochte 'koebi-steentjes'; twee uit elke vis. Het zijn de evenwichts- steentjes van het beest en ze zitten in de kop. De steentjes zijn bizar ge vormd en hebben een melkwitte kleur. Men maakt er al dan niet in goud ge zet, manchetknopen uit of oorclips, ringsteen of medaillon. Een andere vis die al indruk op me maakte sinds ik er op mijn twaalfde jaar over las in de boeken van Brehm, is de zozeer gevreesde en beruchte piranha (spr.uit piranja) of zoals ze hier heten de piring. (Sommigen zeggen pirèng). Alles wat Brehm vertelde over deze vis, wordt hier gestaafd door lui die ze van nabij of aan de lijve mee maakten. De piring is qua bloeddorst erger dan de tijgerhaai. Ze worden be slist niet groter dan een centimeter of twintig, vijfentwintig. Maar door hun taktiek om in scholen te opereren zo wel door de bouw van hun gebit, kre gen ze de beruchte faam. Het rrioet waar zijn dat een ruiter binnen tien minuten tot op 't bot wordt schoongevreten door een school pi- rings (dus man én paard). Het moet waar zijn dat degeen die zo achteloos zijn hand buiten boord op de rivier of zelfs zittend aan de waterkant in het water steekt, een paar vingers moet missen, zo niet de hele hand. Er lopen genoeg dieren in de nabijheid van de rivieren, uit wiens snoet een stuk is gehapt tijdens het lessen van hun dorst. Mijn man was met onze schoonzoon en enkele vrienden naar de Brokopon- do gegaan, het stuwmeer van Prof.Dr. van Blommestein. Ze zoqden er gaan vissen. Na een hele dag te zijn wegge weest, kwamen ze tegen half tien 's avonds thuis met zegge en schrijve één vis de piring. Het diertje was niet groter dan 18'/2 cm, gemeten van het uiterste puntje van de staart en dito kop. Zij en haar soortgenoten hadden er schuld aan dat de mannen niet met vis, veel vis thuiskwamen. Want waar een school pirings is, hoef je beslist niet meer te vissen daar alle water bewoners op de vlucht zijn geslagen. Iets wat de heren eerst die dag had den geleerd. Het diertje heb ik zo nauwkeurig mogelijk nagetekend. Met het voorbeeld vlak voor mijn neus en de liniaal erbij. Later heb ik de kop uitgekookt en het gebit eruit gelicht. De bovenkaak met de rij zaagtanden, bestaat uit twee delen en is even klei ner dan de onderkaak die wel uit één stuk bestaat. De bovenkaak past pre cies in de onderkaak, waarbij de naar achteren hellende tanden vlak langs elkaar gaan als de benen van een schaar. Elk paar boven- en ondertand vormt a.h.w. een schaar op zichzelf; ze zijn vlijmscherp. Het vlees van de piring is wel eetbaar maar niet gelust wegens erg veel en zeer fijne graten. Tot zover over vissen. GOLF VAN BISCAYE, MAART 1947 Het ms. "Oranje" van de Stoomvaart Mij: "Nederland" is met een 800 pas sagiers op weg van ons voormalig Ned. Indië naar Holland. Nog enkele dagen en voor velen zal het wederzien in Holland nè de oorlogsjaren van fa milieleden en bekenden uiterst belang rijk zijn. Leemten door overlijden, ge boorten en wat al niet meer zal dit weerzien in zekere banen leiden. We naderen de Golf van Biscaye. De voorzorgsmaatregelen van het schip hebben er reeds op gewezen, dat men (en daar bedoel ik mede de scheeps- leiding) slecht weer verwacht. Wie trekt er zich wat van aan? Over enkele dagen en nog wel de dag voor Pasen zijn we in Amsterdam, zijn we bij fami lie en vrienden die wij in zo vele jaren niet meer hebben gezien. Laat het slechte weer maar komen, we lusten het "rauw". 's Morgens 11 uur Rooksalon. Het schip gaat geweldig te keer. Op het promonadedek staande kijk je door de ruiten tegen geweldig hoge golven op. De spanning houdt je vast, neemt de boeg de golf of snijdt de boeg er door heen? In het laatste geval stort zich een geweldige massa water over het voorschip. In de rooksalon hebben zich enkele passagiers genesteld, ik zou haast zeg gen verschanst, want je moet van goe den huize komen om bij al die slinge ringen en steigeringen van het schip, vaak tegelijk in je stoel te blijven zit ten. Bang? Nee, niemand is bang, of nie mand wil het weten. "Zullen we een kaartje leggen", zegt er één. "Okay!" Het kaartje wordt gelegd, d.w.z. dat kaartje leggen duurt niet lang, want de kaarten blijven niet op tafel liggen. HOLLANDSE en INDISCHE KEUKEN Hoogstr. 12 - Den Haag - Tel. 600712 Dir. M. W IJ N A N D S v/h Grand Hotel, Makassar Schoenhandel alleen Reinkenstraat 29 Den Haag - Tel. 33 21 17 Specialist in exclusieve dames schoenen met hoge of lage hak in de allerkleinste maten. vanaf maat 32 Stevige kinderschoenen voor het nieuwe schooljaar. j lllllllllllimilllHUMIIIIU Dan maar naar buiten kijken. Machtig gezicht dat golvengeweld. Plotseling een ontzettende "haal". Slingering en stampen tegelijk, maar zo erg dat je denkt: "Komt het schip nog wel overeind?" Het kwam overeind, maar een zware tol moest hiervoor worden betaald. Wat was er gebeurd? Een hofmeesteres was door de dienst gang van het middenschip naar achter gelopen. Zij moest daarbij een kleine opening passeren van circa 2 meter lang en in gebogen vorm 11/2 meter hoog. Net toen zij passeerde "spoeg" een zeetje binnen tussen scheepswand en een waterleiding. Op haar geroep kwam een hofmeester te hulp, die ech ter geen kans zag haar te bevrijden. Ter vermindering van de pijn die de hofmeesteres leed haalde hij de ver pleegster erbij. Deze kwam onmiddel lijk ter assistentie. Inmiddels was, waarschijnlijk (want dat weet ik na tuurlijk niet) ook het gezag gewaar schuwd, die de 4e officier naar bene den stuurde. Met z'n vieren op de onheilsplaats zijnde slaat wederom een zeetje naar binnen en het gordijn valt, hofmeeste res, hofmeester en verpleegster weg, dood, gewoon weg in zee, de 4e of ficier met verpletterde schedel dood tegen de scheepswand. Zo kan de golf van Biscaye zijn, wreed, onnoemelijk wreed. Deze Golf is net als een roofdier dat loert op zijn prooi. Ik ben net terug van enkele reizen waarbij ik de Golf passeerde. Drie malen was het gelijk een spiegel zo glad, de laatste maal kwamen wij van af de Middellandse Zee de Golf bin nen en daar begon het, echter voor het roofdier net te laat, want bij kaap Finisterre passeerden we een gesleep te boortoren die de Golf juist gepas seerd had. Wat een wanbof voor de beruchte golf! Klaasje Sevenster ALLEEN DEZE DRIE. Er is een heel oude Oosterse wijs heid die zegt: "Alleen deze drie haas ten zich niet: God, de Natuur en oude mensen." Misschien daarom leven deze drie niet in een cultuur, die als maar haast heeft, haast, haast. Omdat "Time is money!"... 10

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1968 | | pagina 10