'S AVONDS VERMOEID NAAR BED?
GEEN ENERGIE?
Aktief
VITALE POSITIEVE GEZONDHEID
VOOR MAN EN VROUW
Dit nieuwe, natuurlijke antwoord kanvoor u de oplossing zijn.
Nogmaals: Diëng
CAPSULES
Als u 's avonds oververmoeid bent,
geen energie meer bezit, kan dat be
tekenen, dat u de natuurlijke vitaminen
nodig hebt, zo noodzakelijk voor de
juiste bloedtoevoer naar de spieren
van het lichaam en naar de hersenen.
Neem daarom Aktief Capsules. Deze
combineren hoge concentraties van
tarwekiemen (de rijkste bron van
„groei"- en ,,energie"-vitaminen) met
andere natuurlijke vitaminerijke con
centraties. Aktief Capsules zijn smaak
loos, werken niet gewoontevormend.
U zult verbaasd staan over de invloed
van Aktief Capsules op uw energie
en welzijn. Begin vandaag nog met
Aktief Capsule®, Verkrijgbaar bij apo
theker en drogist, 3,90 per kuur.
TANTE ROOS MONOD
De figuur "Tante Roos Monod", door
mevr. Blomberg in haar artikel in Tong
Tong van 15 aug. j.l. genoemd (blz. 8),
lijkt mij uitermate geschikt voor een
aparte Deschrijving.
Zij toch is een nazaat van Indische
grootgrondbezitters die op Balemba en
te Mr. Cornelis woonden en die Rob
Breton de Nijs" beschreven heeft in
zijn plaatwerk "Tempo Doeloe". Hij
geeft bovendien een groepsfoto van
een van deze families, n.m. de Fam.
Jan Bik (bldz. 123j. Hier treft men de
aanverwante familienamen aan van
Arnold Bik, Van Berkel Bik, Butin Bik,
De Nijs Bik, de Perez Bik, Vreede Bik,
etc. hn waarvan wijlen Eddy du Peron
ook deel uit maakt (zie de fam. foto
in Tong Tong van 13 aug. 1959).
Tante Roos Monod was een Butin
Schaap en mijn vrouw een Butin Bik.
Door de familienaam Butin zijn ze op
de een of andere wijze aan elkaar ver
want. Door toeval dus heb ik ook een
kijkje mogen nemen in het familieleven
van een dezer Indische nabobs.
Het waren niet alleen gefortuneerde
lieden, maar vaak en vooral in het
geval Tante Monod deden ze ook veel
goeds en steunden de arme families
van hun woonplaats. In ons geval dus
Oengaran. Kleding, eten, medicijnen
alles werd dan op bescheiden manier
bezorgd.
Zo was "Villa Rosa" in Semarang en
omstreken bekend. Wij, m'n vrouw en
Ik hebben er menigmaal gelogeerd en
genoten er de wonderlijke grote gast
vrijheid die men toendertijd voor el
kaar over had.
Nu is dat alles "Habis perkara" dat
schreef mevr. Blomberg ook in haar
reisverslag. Niets is er meer over van
het grote Indische landhuis dat zove-
len heeft verwelkomd...
J. H. v. d. Schalk
LIEFDE VOOR ZIJN LAND
We hebben nog steeds niet het ver
leden, de achtergrond uit de tropen,
losgelaten. Soms omongen en ngobrol-
len we er weer over, soms hebben we
het er met elkaar over in Tong Tong,
en dan is het alsof de wereld om ons
heen terugwijkt en plaats maakt voor
die andere wereld, waarvan velen zeg
gen dat ze voorgoed voorbij is, maar
waarvan sommigen weten dat ze diep
in hun ziel is blijven leven en zo een
realiteit is.
Het is een heimwee naar een ver
loren tijd, zeggen velen.
Het is een andere levensconceptie,
zeggen enkelen. F. Chrisy
EHHEBEUR
Voddeman aan de deur: "Heppu nog-
ouwe spulle, zoals Djokjaas zilver en
zo?..."
"Nee voddenman, die waardeloze
rommel hebben we al lang weggedaan.
In ruil voor Hollandse guldens. En die
zijn nou van blik..."
Bij een eerste blik op de voorplaat
van de Tong Tong van 30 aug. dacht ik
even een onbekende "Spies" te zien.
Vooral de bergen op de achtergrond
echter pasten slecht bij zijn schilders
stijl. Zo begreep ik wat het dan wel
voorstelde en toen ik even later las
dat het niet zomaar een ochtendstem
ming was, maar een op het Diëng-pla-
teau zelf, deed dat mijn pen over
vloeien.
Ik behoor n.l. tot hen die enkele da
gen op de Diëng doorbrachten. Met
een vriendje van de lagere school die
ik in militaire dienst ineens terugvond.
Samen genoten we "IEV-verlof" d.w.z.
moesten we ons europees verlof door
de bezetting van Nederland, in Indië
doorbrengen. Voor dat doel kochten
we een oude seatooter (2-zits cabrio
let), maar ook het hulpie van een
garage in Salatiga vond het zo'n leuk
karretje dat hij op avond mèt vriendin
netje, maar zónder rijbewijs ermee
naar de Rawah Pening reed en doordat
er net één boom teveel langs de weg
stond, betekende dat het einde van
ons tufje.
De verzekeringspenningen werden
vlot uitbetaald, maar in onze prijsklas
se konden we niets passends vinden
om de reis in te vervolgen. Of onbe
reikbaar ver er boven, óf een heel
eind eronder, was al wat de automarkt
in Semarang en omgeving te bieden
had. Gezien de toestand onzer schat
kist - je bent tenslotte 'n koloniale uit
buiter of je bent 't niet! - werd het ten
slotte iets van f. 225.een oude
brik waarvan we misschien wel de
25ste bezitters waren. (Toen we in
Kloengkoeng, Bali, op de passar aan
een taxichauffeur de weg vroegen,
stelde hij eerst blij verrast vast dat
we precies eenzelfde auto hadden als
hij, en natuurlijk moest hij eerst weten
hoeveel de onze liep en zo, eer hij er
toe kon komen de weg te wijzen!)
De Diëng op met dat ding leek niet
wel mogelijk. Maar het was onze enige
kans en dus deden we het toch. On
derweg moesten we x maal water in
de radiator doen (gelukkig was er op
de meeste plaatsen water!) en hier en
daar moest de plaatselijke bevolking
eraan te pas komen om te duwen,
maar we haalden het en laat in de
middag bereikten we de pasanggrahan
op de hoogvlakte waar de mandoer
ons al spoedig vergastte op verse
tuinbonen! En dat stempelde meteen
het hele bezoek aan de Diëng. Het
onverwachte en vertrouwde.
Het haast beklemmende van de zo
geheel eigen sfeer deed ergens ver
trouwd aan. Was het de binding tussen
het verleden en het heden als zodanig,
dat ons trof? De serene rust plus de
koelte plus de ijlte? Het was ènders,
het was onverwacht, onbekend en on
gekend ook, en toch.... had het alle
maal iets vertrouwds, iets waar je ge
woon bijhoorde, omdat je er iets van
jezelf terugvond zonder precies te
weten wat.
Dat was de Diëng voor ons.... eind
1941, toen over een groot deel van de
wereld de oorlog al woedde....
Herman Sijthoff
21