PTeerzaaivTi
1924: Aankomst op Andir
11e Pasar Malam
Tong Tong
S>acl raóa'
de *^eó ómaken
Zelfs de Nederlandse bladen be
steedden er betrekkelijk weinig aan
dacht aan, maar de vorige maand over
leed vrijwel onopgemerkt "Van der
Hoop van de HNACC", zoals hij aan
heel oud-lndië bekend is geweest. De
man die met van Weerden Poelman
en v. d. Broecke de eerste Nederland-
Indië vlucht maakte met de Fokker
HNACC, hiermee het later zo normale
vaste luchtverkeer tussen vaderland
en de tropen openend. V. d. Hoop was
natuurlijk geen vlieger "sadja"; hij was
oudheidkundige en heeft als conserva
tor van het Museum in Batavia veel
nuttig werk gedaan. Ook voor opgra
vingen in Z. Sumatra van waar ik hem
ken. Het is een goede vriendschap
geworden van v. d. Hoop en mij. Later
was hij ook direct bereid om mede
oprichter te zijn van de Stichting Tong
Tong.
Maar al die nevenkwaliteiten van
deze kalme "Grunninger" van hoog
karaat zijn voor de doorsnee Indisch
man even onbekend gebleven als
's mans volledige naam: Thomassen
a Thuessink v. d. Hoop van Slogteren.
Duizenden Batavianen herinneren zich
hem in hoofdzaak door het lange wach
ten op Tjililitan, toen de HNACC (te
laat) over kwam uit Medan; drie uur
's middags en alle bezoekers in enorme
trossen onder en in de djamboe mètè
tuinen rondom het blakerende vlieg
veld. Al van half elf 's morgens af, dus
met een schrikbarende honger en
dorst. Zodat alle wandelende etens- en
drank-kraampjes van heinde en verre
naar Tjililitan toe kwamen en meteen
leeggeplunderd werden.
Alles, alles aten en dronken we,
want we gingen niet naar huis vóór we
Van der Hoop gezien hadden. Toen
het vliegtuig eindelijk landde, ontstond
een bandjir van mensen naar de
HNACC, waarbij politie- en cavalerie
cordons letterlijk werden weggemaaid!
Weet je nog!?!
En deze man midden op de foto za
gen we toen: Van der Hoop, een ten
gere en jongensachtige, verlegen en
zwijgzame meneer, met een kalme vast
beradenheid en zelfbewustheid, die we
niet gauw vergeten zullen. Dat was Van
der Hoop voor ons, en hij is het voor
ons gebleven. Een brok Trouw, Branie
en Ondernemingslust. Saluut - saluut!
'T f/Oll êEN
VOOR UW FAMILIE EN
VRIENDEN DIE NOOIT
"DAAR" GEWEEST ZIJN IS
DE TROPISCHE TUIN OP DE
HOUTRUST DEN HAAG
24 t/m 28 JUNI 1969
De oude Hindu-Javanen kenden,
evenals de latere Hindu-Baliërs, de zes
smaken, die zij "sad rasa" noemden.
De herinnering aan deze oude woor
den is tot nu toe bewaard gebleven
als mythisch woordcomplex, o.a. in de
chronogrammen of gandra sengkala,
want daarin vindt men rasa als een
woord voor het getal zes. Men zie
daarvoor de oud-Javaanse kroniek Pa-
raraton en ook het oud-Javaanse lof
dicht Nagarakertagama.
En in het oud-Javaanse gedicht Ar-
juna Wiwaha, de bruiloft van de schone
held Arjuna, vindt men over deze be
kende god, incarnatie van god Vishnu,
o.a. vermeld: "Zo werd de prins ont
haald met de voornaamste van de on
berispelijke zes smaken". Helaas wor
den deze door de auteur niet met name
genoemd.
Om Uw nieuwsgierigheid nu aan
stonds te bevredigen, noem ik deze
zes: 1 zoet (manis), 2 zuur (asem), 3
zout (asin), 4 bitter (pahit), 5 bijtend
(pedes) en 6 wrang (sepet), die zij
waarnemen met een der vijf waarne
mingszintuigen, volgens Dr. Roelof
Goris (overl.).
De Europeaan kent slechts de eerste
vier van deze smaken uitdrukkelijk ver
meld, maar hierop maakt de bekende
Nederlandse schrijver Simon Carmig-
gelt een typische uitzondering. Heeft
hij in zijn "Kronkels" misschien nog
een andere hersenkronkel dan wij?
In 1962 schreef hij in zijn boek
"Oude mensen", een verzameling van
enige "Kronkels": "Het bestaan is niet
zoet, niet zuur niet zout. De ondefini
eerbare smaak van olijven komt er
dichter bij en die wil ik morgen proe
ven?"
Wel grappig dus, dat hij er onbewust
behoefte aan heeft er nog een vijfde
smaak (vet) bij te differentiëren, al is
het bij hem min of meer geestig en
geestelijk bedoeld... Dus hij nadert de
Hindusmaken, want de Hindu's kennen
behalve de "sad rasa" ook de "sapte
rasa" of zeven smaken, waarvan als
zevende smaak "vettig zoet" (agurih)
wordt genoemd.
Moge ik eindigen met aanhalingen
van een op Bali zeer bekende oude,
historische Shiva-priester uit de 15 de
eeuw, een der eersten, die van Bali
naar Java kwam, Pedanda Bau Rauh of
Nirartha geheten:
"Het is er verre van, dat ik de "rasa"
van de leerboeken weet te beheersen."
Hulde zij aan Ganesha, de god der
wijsheid."
"Aldus eindigt mijn geschrift, geschre
ven door een leerling-heilige, die zeer
dom is. Daar ik bang ben herkend te
worden, onderteken ik dit niet met mijn
ware naam" (Nirartha), doch met mijn
schuilnaam", i.e.
Samudradatta
16