Niet veel over Een Anak Betawie in hart en nie ren, die zijn lievelingsstad doorzwierf en doorvorste van de oudste wallen af tot de modernste vermaakcentra, bracht in 1968 nog een kort bezoek en schrijft wat hij van het oudste deel van de stad nog terugvond. Op 30 mei zal het 350 jaar geleden zijn, dat Batavia werd gesticht. Dit is misschien niet helemaal juist, want in het belegerde fort was dit reeds eer der "Batavia" gedoopt en ook bestond de vestiging Djakarta of beter gezegd Djajakarta reeds veel eerder. Niettemin werd 30 mei, de datum van de "verovering" van Djakarta, tien tallen jaren herdacht, het laatste nog bij het 250-jarig en 300-jarig be staan der stad. Men zal zich afvragen of er nog res tanten zijn uit de eerste jaren van de jonge stad. Helaas moet dit in ontken nende zin worden beantwoord. Slechts met grote en grondige kennis van za ken kan de plek worden gelocaliseerd, waar het eerste kasteel Batavia heeft gestaan en waar dit later werd uitge breid en verbouwd. Dan nog is de plek aanwezig, waar de Stichter der Stad is herbegraven. J. P. Coen stierf tij dens de 2e belegering van Batavia en werd begraven in het toenmalige stad huis. Bij de latere herbouw van de kerk werd zijn kist overgebracht naar het midden vierkant der kerk. Bij een volgende verbouwing der kerk werd dit middenvierkant onaangetast gelaten. Bij de afbraak der Holland- sche Kruiskerk werd bepaald, dat de in de kerk aanwezige grafkelders niet mochten worden opgeruimd. Aan de hand dezer gegevens en een nota van Pieter Boockestein (kerkmeester) kon wijlen Mr. P. C. Bloys van Treslong Prins de plek van het middenvierkant vaststellen. Hem komt dus alle eer toe de grafkelder van Coen en naaste om geving aan de vergetelheid te hebben ontrukt. Uit de latere jaren zijn nog enkele gebouwen c.q. overblijfselen aanwe zig. Allereerst de Westzijdse pakhuizen met de bastions Groningen, Zeeburg en het bastion Culemborg, waarop thans de Uitkijk staat en momenteel gebruikt wordt door de Indonesische militairen en vrij goed is onderhouden. Ook de Oostzijdse pakhuizen zijn nog, zij het in vervallen toestand aanwezig. De oude ophaalbrug aan de Noordkant van het kasteelterrein alsmede de oude stadsherberg (Kleine Boom) be staan niet meer. Op het kasteelster rein zijn vele kleine woningen ge bouwd, zodat de oriëntatie nog moei lijker wordt. De oude dispens aan het Kasteelsbuitenplein en grenzende aan de gedempte Zuiderkasteelsgracht is op moderne wijze verbouwd. De bekende poort van Batavia zoals wij die gekend hebben eigenlijk een armzalig restant van de oorspronke lijke Amsterdamse poort werd vrij wel onmiddellijk na de souvereiniteits- overdracht afgebroken. Het in het be gin der 18e eeuw verbouwde stadhuis is in vervallen staat aanwezig; op de binnenplaats is nogal wat verbouwd en vertimmerd. Aan de Kali Besar West staan nog de voormalige Toko Merah's Noord (Jacobson v.d. Berg) en Zuid. Ook de Hoenderpasarbrug, die wij kennen als de dubbele ophaalbrug over Kali Be- sar Noord is nog aanwezig. Ook het Land's Archief, vroeger bui tenhuis van G.G. Reinier de Klerk, is aanwezig en goed onderhouden. Het achtererf is ook vol gebouwd en bo ven de overlopen naar de slavenver- trekken zijn overdekte galerijen aan gebracht, hetgeen aan de statige al lure van dit mooie 18e eeuwse ge bouw, enigszins afbreuk doet. De mu ziekkoepel van G. F. Kircher, schuins tegenover het landsarchief, staande te midden van de ijzermassa van de vroegere constructie winkel, "Molen vliet", is half afgebroken en als slacht offer gevallen van de verbreding van Molenvliet Oost. Dit gebouw heeft zijn langste tijd gehad. "Last but not least", de Portugeesche Buitenkerk, die op 23 oktober 1695 werd ingewijd door Ds. Th. Zas. Blijk baar is deze kerk aan de Chineesche Christenen overgedragen. In de consistoriekamer is een Chin. Burgerlijke stand aanwezig, zeer rom melig. Bij mijn laatste bezoek waren de muren binnen de kerk keurig gewit, doch alle wapenborden waren van de muren afgehaald en in de N.O. hoek van de kerk op een hoop gesmeten. Voor zover ik kon beoordelen, waren vele wapenborden stuk en gebarsten. De prachtige kaarsenkronen zijn blijk- De Portugese Buitenkerk baar in tientallen jaren niet meer op gepoetst en bovendien op een vanda listische wijze "versierd" met witte en rode gloeilampjes. Van elk der beide manualen van het prachtige oude pneumatische orgel, dat in 1922 nog door de fa. Bekker- Lefeber is gerestaureerd, zijn twee toetsen zo goed als onbruikbaar. Volgens de oude djaga, diens zoon, denkt een ieder maar dit oude orgel te kunnen bespelen; het is jammerlijk verwaarloosd. In de N.West hoek van deze kerk, wordt een Chineesch schooltje gehouden. Men kan zich in denken, wat er overblijft van de stilte van deze gewijde ruimte. Is er dan geen enkele instantie, die zich het lot van deze meer dan 250 jaar oude Por tugeesche Buitenkerk, kan en wil aan trekken? W.R.F.B. Zie: Kleurig memoriaal van de Hollan ders op Oud-Java, Hoofdstuk 52, Angst in Batavia, Van Embden en Brandt. **J Uitgifte standaardwerk: Oud Batavia, F. de Haan. Een 19e eeuwse afbeelding van de "Uitkijk" (in het midden) en de Westzijde pakhuizen.

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1969 | | pagina 9