n.v. Azië Zwitserland Technisch Bureau HENNEMAN worden de medicijnen over 't zieke lichaamsdeel gestreken. Als de Laïs zijn derde helper heeft gekozen kan hij weer zijn bewustzijn terugkrijgen. Maar voordien blaast hij in 't oor van zijn helpers, opdat deze weer genezen zijn. Nu zijn ze weer normaal en 't spel is afgelopen. Gedurende 't spel vraagt de Laïs soms geld als zijn loon. De toeschou wers houden dan een collecte en ge ven het verzamelde geld aan de koem- kandang, die 't verder aan de Laïs onder de stolp afgeeft. Als 't spel af gelopen is, kan men geen cent bij de Laïs vinden. De volgende morgen kan men soms 't geld onder de kussens van de Laïs vinden. Als eeri jongen als Laïs heeft ge speeld of een meisje als Sintrèn, dan is men dikwijls genoodzaakt om niet zomaar na de eerste avond op te hou den als Laïs of Sintrèn. Men moet ge durende minstens zeven avonden ach ter elkaar spelen, als men niet wil hebben, dat de jongen of het meisje half krankzinnig wordt. Gedurende de Lebaran van verle den jaar, dus in de maand december 1968 is een dochtertje van een betjak voerder in 't Tegalse (in de kampong Kemandung) een meisje van negen jaar, als Sintrèn gekozen. Drie avon den achter elkaar heeft zij al moeten spelen. Omdat het spel verboden werd door de regering, moest zij ermee op houden. De gevolgen hiervan zijn be droevend. Telkens valt het meisje flauw. Als zij bij haar zinnen is, huilt ze zonder ophouden en vraagt om verder te mogen spelen gedurende veertig avonden achtereen. Welke maatregelen verder genomen werden, is niet bekend. Eens gedurende het Chinese Nieuw jaar speelde een danseres tegen ta melijk hoge betaling als Sintrèn. In haar kinderjaren had ze meermalen dat spelletje gedaan. Het was ook in het stadje Tegal. Natuurlijk kwamen toeschouwers van heinde en ver om van de mooie dans en de heerlijke stem te kunnen genieten. De danseres droeg ook een kris in haar buikband. Dat was al niet ge woon. Onder het dansen en zingen trok ze haar kris uit de schede en doorboorde zich in de buik tot de rug met dat wapen. Maar zodra de kris uitgetrokken was, vertoonde haar li chaam geen wond. Geen druppel bloed K.eefde aan haar wapen tot verwon dering van alle aanwezigen. Het was wel een beetje griezelig ,maar omdat de voorstelling toch een goed einde had, wilde iedereen steeds nog meer weten. Dat ook oude mensen dit spelletje kunnen en willen spelen, is overal be kend. In het jaar 1918 liet de Javaanse sociëteit van Brebes een gezelschap uit de kampong komen om Laïs te laten spelen. Een dag tevoren kwam de koemkandang bij de voorzitter van de soos. Er werd afgesproken, dat het gezel schap gedurende het spel ook trak tatie aan de aanwezigen zou opdienen als zij het nodige geld kreeg om in kopen te doen. Een half uur voordat het spel begon, waren de gevulde borden en glazen in een kamer gezet. Alles was kant en klaar. Niemand mocht die kamer be treden. De deur en de ramen van die kamer werden goed gesloten en met lak gezegeld. De slèutel werd in de zak gestoken van de voorzitter. Om zeven uur werd met het spel begonnen. De droefgeestige gezangen werden begeleid door de gamelan, le der genoot van 't mooie spel. In de pauze zat de Laïs onder de stolp en schoof telkens weer een ge vuld bord uit de stolp. De koemlan- dang ontving de traktatie en diende ze bij de gasten op. Veertig borden waren er in 't geheel. Na 't eten werden de lege borden weer onder de stolp ge schoven. Als het spel weer hervat werd, werd de stolp weggehaald. Maar geen enkel bord zag men daar. Er was niets te bespeuren behalve de Laïs zelf, die met de benen kruiselings op de vloer zat, met het hoofd naar beneden ge bogen. Na de voorstelling kwamen alle le den van de soos bij de gesloten deur en ramen om zich te overtuigen, dat ze nog goed gesloten waren en 't zegel onaangeroerd was. Nu werd de sleu tel uit de zak gehaald en de deur werd geopend. Men zag daar op tafel al leen lege borden en glazen plus res- tantjes van de traktatie. Nog iets over de Laïs met zijn on begrijpelijke voorstellingen. In 1945 was Indonesia in feestelijke stemming, omdat de Japanse bezetting het land verliet. Gedurende de bezet ting voelde men zich onderdrukt en mocht geen grote feesten vieren. Voor die tijd gaf de directie van de tuinen in Pematang Siantar altijd geld uit om de Lebaran te vieren. Dan liet men een wajanggezelschap of andere ge zelschappen komen, leder jaar weer een andere soort recreatie. En in 't jaar 1945 waren de gezel schappen nog niet bereid om voor stellingen te geven. Onder die mensen was een Javaan afkomstig van Kebu- men. Hij heette Soediwarna; hij wilde wel een Laïs voorstelling geven. Een stel gamelan werd uit de kam pong gehaald. Een jongensbediende van mijn zwager, Parli geheten, werd gekozen om de rol van Laïs te spelen. Soediwarna werd de koemlandang, de leider van 't spel. Toen het spel begon, zat Parli met bloot bovenlijf, alleen in een kort bin- nenbroekje, op de grond met een hou ten blad op de armen. Daarop lagen een gebatikte kain, een zwarte buik band, een "soerdjan" baadje in Jogja- se stijl, een hoofddoek, een kris en een sampoer. Een sampoer is een lange, smalle doek van dun goed of zijde, aan beide einden versierd met een franje. Deze doek wordt gebruikt bij 't dansen. Een lang stuk touw lag boven op de mooie kleren. Nu kon het spel beginnen. Honderden gezinnen waren aanwezig. Begeleid door de gamelan zong Soediwarno een droefgeestig lied on der 't branden van wierook. Toen de stolp vijf minuten later weggehaald werd, was Parli helemaal netjes ge kleed in de voor hem bestemde kleren. De hoofddoek was in Jogjase stijl op gemaakt. Hij was bijna niet te herken nen. De kris stak tussen zijn buikband achter op zijn rug. Maar zijn armen waren ook op zijn rug vastgebonden. Het touw liep nog om zijn bovenarmen heen. De meeste toeschouwers wisten wel, dat die jongen niets van het op maken van een hoofddoek afwist. Hij was een eenvoudige jongen uit de tui nen en toch was hij nu als een Jogjase edelman aangekleed. Wie dit gedaan had en hoe dit mogelijk was, bleef en blijft een raadsel. Het publiek keek met grote ogen naar 't toneel. Het was een nieuwigheid voor hen. Na de eerste dans van de Laïs ging deze weer onder de stolp. Vóór hem werd de gendang geplaatst. De koem landang staat nu op en danst de "ki- prah". Dit is een alom bekende dans, die erg levendig is. Vanuit de stolp hoorde men de gendang de gamelan leiden en tekende precies uit alle be wegingen van de danser. In gewone dagen kan de jongen niet eens op de gendang spelen en nu was 't gendang- spel onberispelijk mooi, zonder fouten. Alle kleine en grote bewegingen wer den uitgetekend. Na de dans werd de stolp wegge haald. En wat zag men? De jongen was nog net als te voren met de han den op de rug gebonden. Hij had nu Lees verder volgende pag. Handel Mij. Sinds 1916 ELECTRJSCHE-, CENTRALE VERWARMINGS- EN SANITAIRE INSTALLATIES, TEVENS GASFITTERS specialisten in onderhoud en vernieuwingen ven installaties in reeds bestaande huizen. Volledige garantie, prijs offerten. Atjefistraat 68-72 Den Haag Telefoon 55 03 00 (3 lijnen) 9

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1969 | | pagina 9