TIEN TEGEN DE MASSA Het (naar wij denken) in alle on schuld geschreven stukje over "Assi milatie" in het nummer van 1 maart (pag. 5) heeft een onverwachte golf ingezonden brieven veroorzaakt, die wij om reden van plaatsings-zuinigheid ge reduceerd hebben tot tien soerats. En dan basta. (Afsluiting deze post 18 maart jl.). Allemaal samen zijn dit echter zulke eerlijke, veel onthullende, fijn-psycho logische en ook karaktervolle brieven geworden dat wij ze praktisch onver kort hebben geplaatst. En hierbij dan ken we voor de gulle medewerking aan het verlenen van uitstekend studie materiaal voor sociologen van de toe komst. Aangetekend dient te worden dat er geen één brief binnenkwam om de as similatie in welke vorm ook openlijk te verdedigen. Wat een verbijsterend verschil met 13 jaar geleden toen wij voor onze voorzichtige waarschuwing tegen al te radicale assimilatie, keer op keer heftig werden aangevallen en Tjalie af en toe geen raad wist met de kreten: "Ga terug naar Soekarno!" "Anti-Nederlands!" "Ga terug naar de kampong!" "Zet de klok niet terug!" "Communist!" "Koloniaal", enz. enz. welke stemmingen tot ver in 1965 ble ven aanhouden. Al is de "pro-assimila tie" sindsdien aanmerkelijk rustiger ge worden, verreweg de grootste massa's achten de assimilatie toch wel min of meer een voldongen feit, zodat de kop van dit artikel de verhouding vrij goed weergeeft: tien tegen de Massa. Thans de tien briefschrijvers(-sters) aan het woord: Aan Mary Brückel. Wij kwamen hier voor het eerst in Nederland vlak na de oorlog. Ik ken dat lopen in een gekregen jasje dus wonderwel. Maar ik heb me er nooit voor gegeneerd. Integendeel. Ook het nageroepen worden en met een blik vernederd worden, ja dat kan ik me ook nog heel goed herinneren. Want toen werden we hier ternauwernood verdragen. Alleen ik heb me er altijd boven verheven gevoeld. In de eerste plaats omdat ik vond dat ik het volste recht had hier te zijn, en in de tweede plaats omdat ik altijd dacht: Stakkers, jullie weten niet beter. Natuurlijk zijn er ook velen die naar andere landen verhuizen, maar het overgrote deel kan nergens anders de aardappelen zo goed vinden als in Ne land. Alhoewel de rijst wel steeds meer wordt genuttigd. Maar rijst met boter en suiker, daar gruw ik van. En ik zou als jij het ook niet lekker vindt, je moet het nergens en nooit willen eten. Dus het gewoon laten staan. Zover hoef je echt niet in te burgeren. Maar ik wil terug komen op het zijn hier na weer een vierjarig verblijf in Indonesië. Toen liepen we niet meer in gekregen kle ren. En trouwens toen kende ik het klappen van de zweep al. Maar geloof me: ik heb me wel aangepast. Tenslotte dat moesten we allemaal. En ik zou het ook liever aanpassen dan assimi leren noemen dus, maar ik was Indië en zijn opvoeding daar op zijn Indisch misschien bijzonder dankbaar met deze ruime blik meegegeven te hebben op alles hier. En geloof me, ik heb me nooit ge spiegeld aan de Nederlandse huis vrouw. Ik houd nooit grote schoon maak b.v. Vind ik niet belangrijk, en troosteloos voor man en kinderen. Ik schrob nooit mijn straatje, want dat vind ik ook niet belangrijk. Toch is mijn huis schoon hoor, je mag gerust komen kijken. En wanneer je wilt, de koffie staat klaar hoor! Ik loop ook net zoals toen in Indië. Ik vind trouwens dat de Indische da mes bijzonder elegant lopen. Ik hoop dat ze dat tot in het eind der tijden blijven doen. En wat de begroeting op straat betreft van twee Indische men sen die elkaar tegen komen, ooit zo iets spontaans en hartelijks gezien? Zalig gewoon. Laat de hele wereld dan maar kijken, ze kunnen er alleen maar van leren weet je. Een ding moet me echter van het hart. Ik heb me dus ingeburgerd. Hele maal. Ik kan alleen er niet toe komen met de ellebogen te werken, probeer me wel niet opzij te laten duwen, maar het lukt me niet. Omdat ik in die geest niet ben groot gebracht. Ik wil hier alleen maar mee zeggen. Blijf zoals je bent, assimileer dan maar niet, want echt zoals jij bent en velen met jou, zo ben je goed. I. Elia-Schulze Ben ik geassimileerd? Hoe lang duurt dat proces? Na hoeveel tijd zou je daarover kun nen oordelen? Ik ben hier nauwelijks drie jaren "voor goed" na 12 jaren Ned. Nieuw Guinea en 5 jaren Singapore. Ik kook mijn eigen potje, houd de woning sumier schoon, heb de was "buiten", heb eens per week een hulp voor ramen zemen, stoep schrobben en verder poets- en schoonmaakwerk. Zodra ik zit, zit ik makkelijk: benen op een hoog voetenbankje of onder mij op de stoel behalve wanneer ik "deftig" bezoek heb! Ik loop op kou senvoeten ('s zomers op blote voeten) door het huis. Ik eet gevarieerd: rijst op z'n Indisch Hollandse pot Chinees Indi ase curry Europese tafel (zoals we in Indië gewend warenl) Ik heb graag "visite", aangekondigd of niet. Ik houd graag open tafel waren we toch gewend in de Oost! Bekenden die ik ontmoet, groet ik hartelijk, desnoods met een zoen, hoor! Daar trek ik me niets van aan. Ik let wel op mijn beurt in winkels en in een wachtende rij, maar werk niet met mijn ellebogen. Ik koop en geef niet aan de deur; niet aan/van mannen of vrouwen of kinderen, je wordt wel voorzichtig wanneer je al die krantenberichten leest... Ik denk niet, dat ik geassimileerd zal raken, al zou ik er de tijd voor krijgen ...Ik blijf liever mezelf, het risico lo pend, dat men mij "vreemd" zal blijven vinden. Amen. Corry van Rijn Wel geassimileerd: ik draag een schort, loop niet meer lèmbeng, ben ook al gierig gewor den, geef niet meer aan alle "goede doelen", ben niet meer lief. Ook niet zonder voorbehoud gastvrij: bibbe rend laat ik soms gasten uit die al door hebben zitten bestraffen hoe waar en wat ik voortaan beter moet schoonmaken (en dan te bedenken dat ik als kind een "wensmatje" had, daar kon ik maar één ding mee wen sen, bezoek. Spreidde het matje uit en als er dan geen schaduw op viel van mensen, (moest dus in de goe- dang) tanggoeng bezoek binnen het uur! ...nee, ik vrees soms bezoek van mensen die op alles en iedereen een venijnig commentaar hebben. Niet geassimileerd: ik hou nog steeds niet van schoenen, kousen, step-in, niet van zondags- mooi ik eet nog liefst rijst, en het allerliefst sober (dus niet in restau rant) ik kan genieten van niks doen zit altijd op de grond laat altijd in winkels mijn beurt voorbij gaan nog niet gewend aan koffie- met-1 koekje, thee met 1 chocolaad- je. LIN GEASSIMILEERD? JA. Als kind van weinig jaren Zette ik voet op Indië's land, Blank van huid en blond van haren, Ging ik bij Ouders aan de hand. Leefde het Leven als zovelen, Deelde in leed en in veel lief. Ook bij mij 'n brok als in andere kelen, Toen ik 't land verliet, zonder grief. En in Holland, met uit Ataka Een doekje om mijn hoofd, Riepen ook mij de mensen na, Werd ik weer van iets beroofd. Nu, huisvrouw, heb ik koffie altijd. Maar rijsttafel? Dat is me te veel. Stof en vuil winnen bij mij de strijd, Daar ik liever met geestelijke waarden speel. In eigen kring sta ik terzij, Want ergens ben ik geassimileerd. 6

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1970 | | pagina 6