BEN IK DAN TE INDISCH GEWORDEN? Hollandse trekken bleven verre van mij En ik heb mij niet verweerd. E.S.v.K. N.B. Bij het lezen van al deze reacties is het goed te beseffen dat er ook bij zijn van Hol landse vrouwen (zoals E.S.v.K.) die tweemaal hebben moeten assimileren. Eerst van Holland naar lndië, toen weer terug. Bewonderens waardige vrouwen die wisten te aanvaarden, te buigen op haar tijd. En toch trots zichzelf bleven. -Red. Toen ik in '47 als dpi. maatje met de Tabinta naar lndië voer wist ik van dat land niet veel meer af dan dat het bestond uit een aantal grote eilanden en een hoeveelheid kleinere. Die ik ook nog al goed in een rijtje kon op dreunen net als wat plaatsnamen. In een spoedcursus had ik tot tien leren tellen in het maleis. Dat was alles. Totaal geen voorbereiding dus om ooit nog eens naar lndië te gaan. Nog geen drie jaar heb ik wat rond gezworven op midden Java en ik ben tot op de dag van vandaag met mijn gehele wezen nog aan dat land verbonden. Als manusje van alles was ik daar bij de L.T.D. werkplaatsen, meestal als "toekang goedang". Ik had het geluk in een semi-militaire werkplaats te wor den geplaatst met overwegend (90%) burger werkkrachten. Hierdoor had ik een intensief contact met alle lagen van de bevolking. Iets waar ik nog alle dagen dankbaar voor ben. Ik heb toen in een korte maar hevig beleefde periode lndië leren liefheb ben. Bij alles wat naar de tropen zweemt gaat mijn hart weer open. Ik ben er zelf kortgeleden nog toe over gegaan om één kamer in mijn flat hele maal met mijn dierbare herinneringen van die tijd in te richten. Van mijn vele Indische kennissen zijn er maar weini gen die niet meer geloven dat ik op Java geboren ben. Ik betrap mij er dan ook nog vaak op dat ik bij plotselinge reacties altijd indisch reageer. Zelfs mijn broodnuchtere hollandse vrienden vinden het gewoon als ik met een "awas" hen dwing om te wachten met oversteken van de straat. Maar hoe kan het ook anders als je net als ik bij een familie met zes kinderen een thuis hebt gehad, een vaste plaats aan tafel. Of waar "mams" zei: "Ger, wil je eten', neem maar achter, vandaag alleen maar kakap met sambal". Waar je dan heerlijk op de koele achter galerij ging zitten met het bord op je schoot en alle adeh's om je heen. Ze leerden me bikkelen en met klap pertorren spelen of gooiden je een kameleon op je blote rug zodat je gil lend de tuin in vloog. Of zondags met de auto naar boven naar Kopéng. Tikar mee en "mams" een hele tas vol heer lijkheden. Samen plonsden we in het koele water of liepen door de velden waar het vol stond met Kruidje roer me niet, dat bij elke stap wat je deed ineen zakte alsof het dood viel. Hoe kan het anders als de baboe je uitnodigde om hun huis in de kam pong te bezoeken en je daar kréték leerde roken en heerlijk rijstkoekjes uit stopflessen kreeg en bier werd in geschonken zonder schuim. Waar je leerde vliegeren met vliegers zonder een staart en waarmee je dan ging duelleren met vliegers uit de andere kampong. Als ik dan het artikel van mevrouw Mary Brückel-Beiten lees, dan kan ik me dat zo goed indenken hoe moeilijk het is iets aan te leren of iets af te leren. Je doet die dingen het liefste die je het meeste aanspreken. En hoe veel fijner zijn de Indische dingen ver geleken bij de Hollandse. En dat zegt dan een hollandse jongen die zich noemt Angin Afgaande op het feit, dat deze vraag gericht is tot "Tong Tong-ers" en dat zijn wij allemaal meen ik perti nent zeker te weten, dat de Redactie de hoop (of verwachting) op ook maar één enkele positieve reactie de prulle- mand in kan gooien! Want waarom zijn wij Tong Tong-ers? Omdat Tong Tong het ENIGE INDI SCHE BLAD is en wij ons daarbij THUIS voelen! Indisch, dat zijn wij en dat blijven wij en daar kan geen lieve vader of moeder wat aan veranderen. En dus kan er van assimilatie nooit sprake zijn! "BEN IK GEASSIMILEERD?"... Wil Tong Tong deze vraag eens aan zich zelf stellen?... En wat is dan het ant woord?... NOOIT VAN Z'n LEVEN! Of niet?... Nah, itoe! Want anders zou Tong Tong immers nooit in het leven zijn geroepen, toch? En nu zijn er dui zenden Tong Tong-ers, waarom? Waar om gaan ze naar dat niet-geassimileer- de-blad? Is het omdat ze willen tonen hoe honderd procent HOLLANDS ze denken, voelen en leven?... Of juist om aan de hele vermaledijde wereld te tonen hoe honderd en één procent Indisch ze denken, en voelen, en leven, en zijn? Ja, toch? Maar "BEN IK GEASSIMILEERD?"... Kom nou H. van den Brink Nemen jullie mij niet kwalijk, dat ik hier schrijf, dat in mijn eigen woorden boek (misschien omdat ik 'n Sinjo Sa- wah Basaar van Betawi ben) dat woord Assimileren niet voorkomt. Mevrouw Mary Brückel-Beiten, over boenen en schuren gesproken, U als dame en de andere Indische dames kennen dat soort karwei niet. Dat soort karwei laat dat aan anderen over, die dat van hun voorouders meegekregen hebben. Dat soort karwei is die vrouwen niet vreemd. Ook ik, wat ik van mijn ouders en de mensen uit mijn land heb meege kregen, houd ik hier in stand. De ba boes en djongossen van de dames in lndië hoeven voor hun doendoengans ook geen halsbrekende werkjes te doen om als apen aan raam of deur kozijnen te gaan slingeren. Ik weet, dat onze dames, zoals zij in lndië als het moet ook wel de, ik meen dat het heet de plumo (boeloe ajam) en de sapoe wel behoorlijk kunnen hanteren, bij hun thuis hier en het interieur schoon, netjes en zindelijk blijft. De Indische dames hoeven toch geen sla vinnen te zijn van hun huis. Ik doe en blijf, zoals ik ben. Ik ga geen autobussen, trams, noch treinen narennen. Doe dat nooit, veel kans om een hartklopping, een hartkwaal of wel hartaanval te krijgen. Bij mij past geen enkel masker (kedok); zij zijn mij te klein of te groot. Daarom blijf ik mij zelf. Ik doe niet mee met topeng mon- jet spelen (of ketèh oglèh, ik weet niet of dit goed geschreven is). Dat had ik in 1924 in Djokja gezien. Ik, ik blijf zoals ik in lndië en ook in Nieuw-Guinea gewend bent te leven. In de Oost hadden wij ook niemand scheel of scheef aangekeken, hoe ze leven willen, dat is aan hun gelegen. Ook hadden wij in lndië of Nieuw Gui nea niemand laten proberen bij onze levenswijze aan te passen. Laat ieder z'n eigen leven leiden. Mevrouw Mary Brückel-Beiten zegt nog altijd adoe, schreef zij. Maar ik zeg na 15 jaar hier te zitten, eh, loe djangan koerang adjar dong, nanti goea hadjar loe. Djangan maen topeng monjet, tengal! Asal Indo tetap Indo! Een oude sinjo van Sawah Basaar vertaling onnodig: typische kwade aan spraak van straatvolk. Als assimileren betekent: opgaan in de andere samenleving en je eigen identiteit verliezen, dan...nooit! Maar als het betekent: van beide culturen het goede bewaren en probe ren daar een acceptabel geheel van te maken, dan ben ik druk doende. Ik hoef rijst met boter en suiker niet lekker te vinden, maar...erwtensoep op een barre winteravond? Of Groningse kraantjeskoffie met een plak Drentse bol? (Ja juist, 5 jaar Drente en 5 jaar Groningen hebben ook hun pluspunten opgeleverd!) Ik wen nooit aan dit Hollandse kli maat. Maar ik kan intens genieten (EN dankbaar zijn) als het eerste prille groen weer aan de takken komt en (daarvóór nog) als de lammetjes als witte, dartele pluizebollen in 't weiland de winter staan uit te lachen. Ik zal nooit een degelijke Hollandse huisvrouw worden, die niet aflaat te poetsen en te boenen en te wrijven. Maar ik heb wél geleerd, hoe je groen ten moet "wekken". Gewoon, omdat 't 7

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1970 | | pagina 7