BOGOR (III) J. M. VAN EXEL's Bogor en omstreken kende ik heel goed en velen van de bevolking kenden mij heel goed. Zelfs op die ene dag in april 1948, toen ik daar heel kort was voor grafbezoek, ontmoette ik daar op mijn dwalingen in de kotta en des sa's nog oude vrienden, die me harte lijk begroetten en mij feliciteerden, nog in leven te zijn, want ook zij kenden het wrede juk van de japanners. Bogor was op die dag voor mij geen openbaring. Ik werd er weemoedig van. Deze plaats was niet meer als voor heen zonder de japanners. Er was niets mooi's meer aan deze plaats. Het lieve Bogor was zo verwaarloosd, bijna geen groen aan de bomen, alleen maar gele bladeren. De huizen waren totaal verwaarloosd. Je merkte duidelijk, dat het nette Soendanese volk verarmd was en niets meer had om fleur aan hun bezit te geven. 1) Binnen die korte tijd, dat ik daar ver toefde, bezocht ik Kedoeng Halang, toen de nieuwste buurt van Bogor, vandaar naar het lager gelegen Sem- poer en via de oversteek van de "Tjili- woeng" via lebak Kantian over de grote weg Pabaton naar gang Pebaton en omgeving. Ik zag daar de oude dokter Kramat 2) op zijn erfje op zijn luiaard stoel liggen. Alles één en al verwaarlozing. Van hier kwam ik in Pasar Anjar, waar je alleen maar vele kraampjes aantrof, waar verroeste onderdelen van afgebroken huizen, oude spijkers, scharnieren, etc. etc. aantrof. Ook de bekende heerlijke garodèk kon je niet meer krijgen. Pasar Anjar was voor de oude Bogo- rianen de snoepplaats van allerlei heer lijkheden, maar niets daarvan was meer te bespeuren. Daarna kerkhof-waarts, na vooraf mijn oude haarknippers Hassan en Amoed in hun kraampje opgezocht te hebben. Hassan is een fenomenale ketjapi-zanger en guitarist. Hebt U wei eens zo'n ketjapi-avond onder onsjes meegemaakt? Geef me deze maar dan een songfestival hier. De lieflijke ke- tjapimuziek, gevormd door de guitarist, violist, de ketjapi en de bamboefluitist met Hassan als zanger. Enige liederen zoals de "Liwoeng" en "Asmarandana" en nog vele andere, worden dan ge speeld en gezongen, vooral als er een goede zangeres bij was. Het waren verrukkelijke gelegenheden. Nu even over de door de schrijfster bedoelde helling. (TT No 17, voorplaat artikel). Van de grote postweg naar de brug over de "Tjisedane" heette de weg "de Bantammerweg". N,a de pas torie, de Zuidzijde van het Stations park, de gevangenis, de bioscoop, kom je op de "Rode Brug", waaronder de "Pekantjilan" stroomt en niet de Tjili- woeng of Tjisedane 3). Dan daartegen over rechts, gang Kebondjahe. Verder krijgen we Panaraganlebak en Penara- ganpeuntas. Hierna, aan het einde van de Bantammerweg krijgen we de brug over de "Tjisedane", waarna je de stij gende weg krijgt naar Tjiomas. Rechts afslaande gaat de weg verder naar Dramaga, waar het welbekende land van rubber en sawah's is van de fami lie van Motman, die een buiten had in Weltevreden (Batavia), gelegen aan de weg naar Tanah Abang, een groot huis met groot erf aan de voorkant, waar een grote volière was met slinger apen erin. Na Dramaga krijgen we het particu liere land Tjampea, welk later door het Gouvernement voor 5 miljoen gulden werd overgenomen. Eerder was Tjam pea beheerd door de gebroeders Kie- viets. Tjampea, met de goenoeng van die naam, en even verder aan de linker kant, onzichtbaar van de weg, de Elec- trische Centrale Kratjak en niet ver er vandaan de Rubbercnderneming Nang- goeng. Verdergaande krijgen we Leuwiliang en daarna de dessa Kalong. Hier wil ik even bij stilstaan, aangezien hier aan de kant van de weg, mijn hoofddrijver en andere drijvers woonden, die nooit mankeerden, wanneer we 's zondags daar op varkensjacht gingen, want even na deze dessa Kalong hadden we de Rubber- en Theeonderneming "Bo- lang", in welk gebied we ettelijke babis hadden geschoten. Zo, en verdergaande krijgen we de Rubberonderneming "Djasinga", hier reeds de grens Bogor/Bantam. In Ban tam was ik ook op verscheidene plaat sen geweest. De werking van de Anak Krakatau had ik nog vanaf de pasang- grahan "Pasaoeran" mogen aanschou wen. Tot slot nog even dit. Bogor (blz. 6) heeft nog een tweede viersprong. Deze is de viersprong Bantammerweg, Bios- coopweg, Pledang. De glanskever wordt in Midden-Java eveneens genoemd "Samber lilèr" 4). Voor de Bogoriaan draagt dit beestje Schoenhandel alleen Reink mstraat 29 Den Haag - Tel. 33 21 17 Specialist in exclusieve dames schoenen met hoge of lage hak in de allerkleinste maten, vanaf maat 32 Het is nu de hoogste tijd voor kleine maten iiii>iiiiiiiiiiiiiiiiiiuiiiiiuiiiiiUHiiiiuiiiiiiiiiiiiiuii)üiuiimtiDiiiw«fflMi0»BBnBMUimuni de naam "Katteka". Wat deze naam betekent, weet ik echter niet. Abonnee Als oud inwoner van Bogor ik woonde er 33 jaar meen ik wel ze ker te weten, dat de kali onder de "Rode Brug" niet de Tjisedane is, maar een gegraven aftakking daarvan 3). De Tjisedane is een brede, grote kali, die stroomt onder de brug bij Paneragan, vóór men de grote helling naar Tjiomas opgaat. Evenals in de Tji-Liwoeng liggen daar veel grote stenen, die niet te vinden zijn in het "Kanaal" onder de Djem- batan Merah. Dit "kanaal" stroomde langs onze achtertuin op Pledang en kwam verderop bij het Arabische Kamp in de Tjisedane. Ook het onderschrift bij de foto van Hotel Du Chemin de fer is niet goed. Dit hotel lag aan de Bantammerweg en niet aan de Grote Postweg. Aan de Grote Postweg lag Hotel Bellevue. Tj. Wolff von Wülfing-v. d. Brug 1) Helaas is dit na-oorlogse beeld van Indonesië door vele Indischgasten ont houden als een blijvend welvaarts- en zelfs waarde-verschil tussen "ons In- dië" van vóór de oorlog en het na oorlogse Indonesië. Met vele denigre rende opmerkingen aan het Indonesi sche volk. De oplettende toeschouwer weet ech ter ook wel dat de enorme verarming (als oorlogsverschijnsel van elke oor log) Indonesië veel erger trof dan b.v. Nederland dat al direct kon be schikken over rijke Marshall hulp. Tweede verschijnsel: door de algeme ne armoede was veel volk toege stroomd naar de steden en werd het zelfde verschijnsel merkbaar als ook vóór de oorlog (toen alles zo mooi was!) te zien was in zwaar overbevolk te stadskampongs in Djakarta en Soe- rabaja. De gemiddelde Europeaan zag het nooit, want kwam nooit in die kam pongs. Maar b.v. Tjalie als zwerver wél. Ook toen (in ónze rijke tijd) heers ten in ettelijke kampongs schandelijke toestanden. Dit heeft mijn respect voor de arme Indonesiër verhoogd, die kans zag in zulke kampongs schoon en zin delijk te blijven! In het moderne Europa leidt overbevol king al sinds lang in vele wijken tot toenemende vervuiling en verwaarlo zing. En er zijn buurtjes in Amsterdam en Den Haag die mij doen denken aan het oude Semoet in Soerabaja of Pe- todjo in Betawie. En de vervuiling wordt steeds erger. Onze spot op In donesië slaat terug... 2) Wij weten niet wie of wat met deze figuur bedoeld wordt; ook is de ano nieme schrijver van dit artikel niet te bereiken om informatie. Was het een bekende doekoen?... 3) Beide inzenders protesteren tegen de naam Tjisedané onder de Rode Brug (terecht!) en op slag herinneren we ons de naam Pekantjilan weer. Echter kan 14

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1970 | | pagina 14