Fonteijn Co - ,»,,w
mm
NOOIT TE LAAT
Ned.-lndië in oude Ansichten
Vlamingstraat 5, Den Haag, Tel. 11 66 67
GOUDEN
schakelarmbanden
krintjing
slangen
colliers
(6 tot 100 gr.)
toesoek konde
peniti kabaja
van 22 karaats goud
BRILJANTEN
markiesringen
hangers
oorknoppen
gezet in
22 karaats goud
MIDO
22 Karaats verlovingsringen polshorloges
SEBELAH ROTAN ARMBANDEN VAN 24 KRTS GOUD (mas kertas)
Komt U van BUITEN Den Haag?
Wij betalen, bij aankoop vanaf 200,de reiskosten voor één persoon
geheel terug I I
krachtige figuren waren. Ik denk daar
bij aan de vele regenten en andere in
heemse ambtenaren die ik persoonlijk
gekend heb en die ongetwijfeld tot de
uitgelezen krachten behoorden waar
over Indië beschikte. Wellicht hebben
wij daarvan te weinig gebruik gemaakt,
tot schade van land en volk en van
onszelf.
Tong Tong
Hoe ziet U de toekomst van de
sedert enige jaren weer op gang ge
komen Nederlands-Indonesische be
trekkingen?
De Heer Weiter:
Men praat tegenwoordig veel over
de hernieuwing van de vriendschaps
betrekkingen tussen Nederland en In
donesië. Naar mijn mening zijn die
nooit onderbroken geweest, behou
dens voor een korte periode na de
oorlog.
Toen ik in 1941 met mijn ambtgenoot
van Kleffens een reis door Indië maak
te, wilde ik ook de regent van Ban
doeng, R. A. A. Wiranata Koesoema,
een bezoek brengen. Deze maakte van
de gelegenheid gebruik om alle regen
ten van de Soendalanden uit te nodi
gen naar Bandoeng te komen met hun
echtgenoten en dochters. Waarlijk de
bloem van de Soendalanden! Een zeer
hartelijk welkom werd ons bereid. Men
bedenke dat in die tijd het moederland
reeds bezet was en men kan deze
ontvangst, de vertegenwoordigers van
Nederland bereid, niet anders opvatten
dan als een uiting van genegenheid en
vriendschap. Deze gevoelens van
vriendschap zijn mijns inziens nooit te
loor gegaan.
Tot mijn genoegen heb ik in de krant
gelezen dat 't bezoek van Prins Bern-
hard aan Indonesië die oude banden
weer nauwer aangehaald heeft. De toe
komst van de relaties tussen Nederland
en Indonesië zie ik, dan ook met op
timisme tegemoet. Het is goed er nu
een streep onder het verleden gezet
is en aan oude rancunes geen plaats
meer gegund wordt. Een Frans spreek
woord zegt terecht: "On ne peut pas
faire de bonne politique avec des ran
cunes".
Een van de mooiste middelen om de
betrekkingen tussen onze beide landen
te verstevigen is de toeneming van het
toerisme. Geen betere vacantiebeste-
ding kan men bedenken dan een ver
blijf in dat bijzonder mooie land, waar
mede zovele banden, ook des bloeds,
ons verbinden en waar ieder onder de
indruk zal komen van de grootsheid en
tegelijk de liefelijkheid van de natuur.
Ch. Manders
Ik las Uw artikel "Laat, maar niet
te laat" in T.T. 10 (1 dec. 1969), waarin
staat, dat "Soerabajaan" overleden
was. Ook voor mij was het een schok,
toen ik merkte, dat het Jan den Outer
was, die onder dat pseudoniem die ar
tikelen schreef. Ik meende in die ar
tikelen een oude kontjo te ontdekken,
want hij beschreef dingen en perso
nen, die ik ook kende. Ik leerde hem
kennen, toen ik in 1928 naast hem
kwam wonen in de Embong Sonokem-
bang te Soerabaja. Hij was groot voor
zijn leeftijd en ik keek altijd jaloers
naar zijn stevige gespierde body, ter
wijl ik dacht: "Haweldih zijn bouw, ik
ga ook trainen. Laat maar ik krijg ook
zo'n bouw als Jan den Outer".
Op zijn erf stond een mangga aroe-
manisboom, waarvan de takken ook
over ons erf hingen met daaraan prach
tige vruchten. Ik kende Jan nog niet
en kon hem dus ook niet vragen, of ik
één van die vruchten mocht plukken.
Ik durfde ze ook niet te stelen, want
"als gedjitak door J.d.O., tanggoeng ik
krijg platvoeten". Maar die mooie
vruchten waren te verleidelijk en op
een avond klom ik via de bijgebouwen
op het dak en met een genter plukte
ik 2 mangga's. Waarom smaken de
mangga's van de buren toch altijd be
ter dan van'de passer? Toen ik merkte,
dat ik niet verdacht werd, heb ik vaker
via het dak vruchten geplukt (gestolen).
Jan werd een uitstekend zwemmer en
samen hebben wij ook vaak in de
Brantas bij Kajoon gezwommen. Hij
was dan ook lid van de zwemclub. Als
ik me niet vergis de "Krokodillen".
Toen ik met hem in de militie zat
op Malang, heb ik hem over mijn nach
telijke "dakavonturen" verteld. Hij
lachte er hartelijk om en zei: "Verrek
zeg en we dachten, dat die boom door
de tjodots geplunderd werd". K.
(Leuk echt Indisch verhaaltje! Red.)
Bij de uitgeverij "De Europese Bi
bliotheek" te Zaltbommel verscheen
een dezer dagen een boekje: "Neder-
lands-lndië in oude ansichten" door Dr.
H. J. de Graaf, U allen welbekend uit
zijn talrijke bijdragen in T.T. Dr. de
Graaf is niet alleen een kundig histo
ricus, maar ook een man met een groot
inzicht in Indische verhoudingen en
omstandigheden.
Zoals de schrijver in het voorwoord
zegt, is de prentbriefkaart eigenlijk pas
goed in Indië ingeburgerd na het Kro
ningsjaar 1898.
Het eerste deeltje (eventueel zullen
er later nog meer volgen) is samenge
steld uit ansichten, die een beeld ge
ven van het leven van de Europeanen
in Indië. De inhoud is van een zeer
grote verscheidenheid, allerlei onder
werpen hebben er een plaatsje in ge
vonden. Naast oude stadsgezichten en
plekjes, die vaak in later tijd veranderd
of verdwenen zijn, maar die degenen,
die de oude toestand nog gekend heb
ben, een gevoel van blij herkennen
zullen geven, zijn er ansichten, die be
trekking hebben op belangrijke gebeur
tenissen uit die dagen, zoals de eer
ste Holland-lndië vluchten, historische
feiten, reclame, de Pasar Gambir, zen
ding, missie, sociaal werk, etc. Vele
van deze oude ansichten getuigen ook
van een gevoel voor humor.
Hoewel de prijs aan de hoge kant is,
vergoedt het plezier dat men telkens
weer bij het bekijken en lezen eraan
beleeft, deze prijs ten volle.
Verkrijgbaar bij Boekhandel Tong
Tong, 17,50 incl. porto. Ch.M.
11