PASAR
ImalamI
tongtong
306*1-47
hou t rust I
denhaag
Jos. van A reken
MOP UIT EINDHOVEN
dagelijks door de Jappen razia's ge
houden. Dat betekende, dat iedereen
de cel uit moest en dan werden deze
cellen geheel onderzocht en wee je ge
beente indien er iets gevonden werd
in de vorm van eten, of andere ver
boden dingen. Wij mochten alleen maar
dat hebben wat wij aan hadden. Het
resultaat van zo'n nachtelijk feest was
dan meestal de volgende dag buik
loop of maagpijn. Een celbewoonster
was niet gewend aan een extra portie
eten dat meestal bestond uit rijst met
een stuk long of iets dergelijks, ge
bakken in klapperolie.
Eén keer per dag kwamen "ketting
beren" met ketels of borden met ons
"eten". "Kettingberen" zijn gevange
nen van Bantieu die "levenslang" had
den gekregen. Deze gevangenen waren
meestal werkzaam in de gevangenis.
Zo was er ook een groep ingedeeld
in de keuken. Deze "beren" werden
weer bewaakt door Jappen en of Indo
nesiërs. Ons eten bestond uit een vie
ze soort rijstpap (een paar lepels) en
een beetje" gras" dat sajoer moest
voorstellen. Verder was er een ketel
met een soort thee. De celdeuren
werden geopend en stelden wij ons op
in een rij, om ons deel in ontvangst te
nemen.
Tijdens een van deze gelegenheden
werd mijn bord in mijn handen geduwd
door een kettingbeer en voelde ik een
extra druk tegen mijn arm. De lange
rij waarin ik stond dekte mij voor het
wakend oog van de bewakers. Ik be
greep deze druk niet direct maar toen
ik de man voor mij in zijn gezicht keek,
wees hij bijna onmerkbaar naar zijn
hand. Met een vliegensvlug gebaar
drukte hij mij iets in mijn vrije hand.
Het was vrij groot en ik durfde er niet
naar te kijken. Omdat ik ook nog een
mok in mijn hand had plus het bord,
kon ik dat "ding" niet zo gauw kwijt.
Ik heb echter gedaan gekregen, zonder
dat iemand het zag dat ronde ding on
der mijn bord te houden. Toen wij ein
delijk terug waren in onze cel, kon ik
mijn cadeau bekijken. Het was een ge
kookt eendeneil... Maar wat voor een
eiIHet was helemaal gekleurd. Op
de ene kant was een vrouwenkopje
getekend en het leek op mijn gezicht
met blond haar. Op de andere kant
was het gezicht van mijn kettingbeer
getekend en tussen de beide koppen
een rood hart met een pijl erdoor ge
stoken. Verder wat krabbels die op
tralies leken en een palmboompje. Heel
duidelijk sprak uit deze tekening een
"liefdesverklaring", maar dan een zeer
droevige. Hoe het ook zij, ik wist dat
ik een stille liefde had en wel een In
donesiër die levenslang veroordeeld
was en misschien wel een moordenaar
was. Heel erg vereerd was ik niet maar
later bleek dat, wanneer het maar even
kon, dat deze "minnaar" steeds voor
mij zorgde zoveel als het in zijn ver
mogen was. Dan kreeg ik weer wat
zout, dan wat lomboks, of wat suiker.
Zo nu en dan een cigaret en altijd wist
hij het zó te doen, dat niemand het zag!
De innige blik die meestal vergezeld
ging bij deze gaven, bezorgde mij al
tijd kippenvel. Maar voor mijn kongsie
en mijzelf waren giften een bijzondere
meevaller en bedankte ik hem altijd met
mijn innigste glimlach.
Veel later echter, vlak na de Japan
se capitulatie, liep ik op de Dagoweg
en ontmoette een groep "kettingberen"
onder strenge bewaking, kennelijk op
weg naar een of ander corvee. Tot
mijn schrik herkende ik onder de mis
dadigers mijn "minnaar" uit de gevan
genis. Hij stak zijn hand op en trachtte
op allerlei wijze mijn aandacht te trek
ken. Ik herkende hem direct en kon
het toen toch niet over mijn hart ver
krijgen hem niet vriendelijk toe te knik
ken. Echter was ik wel intens blij, dat
de troep zo zwaar bewaakt werd en hij
niet naar mij toe kon komen!
Heel spoedig daarna vertrok ik uit
Indonesië, maar nog heel vaak zie ik
zijn goedig gezicht voor mij en vraag
mij af wat er van hem geworden is!
Gerrie
(Wèr-klk hebeur loh!)
Meneer, van beroep verzekerings
agent zet z'n fiets op het trottoir tegen
een paar vuilnisemmers, loopt een
twintigtal meters verder en belt op een
adres aan. Na een half uur komt hij
terug om tot zijn grote ontsteltenis te
konstateren dat beide wielen van z'n
fiets weg zijn! Gone! Gesloopt tijdens
zijn afwezigheid!
Kujjenagaan?
"Oh, zegt een meneer. Ik weet wel
wie dat gedaan heeft. Dat is die vent
die hier op de hoek woont. Die repa
reert fietsen. Ik breng U er wel effe.
Gaat U maar mee".
"Ja dat klopt. Ik heb die wielen ge
pikt. Hoor 's, die fiets stond tegen een
paar vuilnisemmers, dus ik dacht, ze
willen 'm kwijt. En aangezien de wielen
nog goed waren, heb ik ze er af ge
sloopt. Zodoende. Maar okay, U krijgt
ze terug hoor. Ajuu!"
Meneer, blij, pakt de wielen op en
loopt er zielsgelukkig mee de straat op,
maar... ondertussen was de vuilnis
auto gekomen...weg frame...!!!
Ziet U 'm staan, dat menneke? Op
het stoepie met twee fietswielen in z'n
handen?
Mlompong?
Jelahjerotja?
G. H. Bartman
Voor Omega, Zenith en vele
andere goede merk-horioges
naar
Laan van Meerdervoort 520
Den Haag - Telef. 33 6441
m
ONTMOETINGSCENTRUM
VOOR OOST EN WEST
WAAR KOPEN EN KIJKEN
EEN FEEST IS
Bij de officiële opening van de 11e
Pasar Malam in 1969, zei de Wet
houder van Economische Zaken de
heer B. Bol in zijn toespraak:
de elfde Pasar Malam Is uitgegroeid
tot een manifestatie van nationale allure,
niet alleen als eetfestijn, maar ook als
luister- en kijkfeest. Het kan zelfs uitgroei
en tot een Europese manifestatie
En dat ook de 12de Pasar Malam
weer een groot feest zal worden is
zeker.
Nu in linker- èn rechterhal een po
dium met o.m. het optreden van:
Ben Cramer The Hearts of Soul
Ann Burton Tante Pirn Eysinger
Anneke Grönloh "De Nachtsi
renen" met echte krontjong Hawai-
ian-muziek Country Western.
In de Rotonde zaterdagavond dansen
met VARA's drive-in discotheek o.l.v.
disc-jockeys Eddy Becker en Jaap
Poort.
Voor standverhuur en inlichtingen on
derstaande bon insturen.
(Telefonisch: (070) 64 52 49).
D/~vKI Sturen naar: PASAR MALAM
Lange Voorhout 25 b, Den Haag
plaats:
wenst geheel vrijblijvend toezending
van de geïllustreerde PM-folder '70.
19