Benny Kuipers
Bericht Voor Bilthoven
Het Mysterie Van De
Verdwenen Afzender
Als wij regelmatig de nieuwsreporta-
ges van Vietnam, Laos en Cambodja
op de TV volgen, dringt niet tot ons
door dat ook jonge Indo-soldaten (nau
welijks veertien jaren geleden geëmi
greerd!) aan die verre fronten vechten.
Net zoals enige tijd terug (vers na de
llde wereldoorlog) jonge Indo's voch
ten in Korea. Net zoals daarvóór Indo's
vochten aan Nederlandse EN aan In
donesische zijde in het rampzalige con
flict tussen ons vader- en ons moeder
volk. Er zijn "brave" mensen die nooit
vechten, maar des te meer beschuldi-*
gende vingers heffen. Bedenk dat deze
jongens hun plicht deden en doen en
zullen blijven doen nog vele decennia
als er oorlogmakers in pluche stoelen
aan bestuurstafels zitten. We veroor
delen niet, noch prijzen boven mate,
maar wensen deze jongens moed toe
en geluk. Diep met ze mee voelend.
Want velen onzer hebben ook onder
vuur gelegen, ja lui? We know. We
know!
Dit portret is van Benny Kuipers, 20
jaar, zoon van een KNIL-man, kleinzoon
(van moederszijde) van een Gombon-
ger "pur sang": "Bonnet" (zo was zijn
bijnaam) Jansen. Dit betekent: drie ge
neraties plichtsbetrachting, verantwoor
delijkheidsgevoel, gezagsgetrouwheid.
Hij was nog een baby, toen zijn ouders
vlak na de wereldoorlog hun vader
land moesten verlaten om naar Neder
land te gaan. Pa moest direct terug
naar Nw.-Guinea. Het jonge echtpaar
had een harde tijd. Vier jaar later naar
Amerika. En nu dient Bennie aan de
Me-kong. God's wegen zijn ondoor
grondelijk. Maar wij vragen voor deze
jongste adik: "Voer hem behouden
naar huis terug!"
In Tong Tong No. 19 stond op blz.
19 een stukje "Brief van een Oude
Hospik".létterlijk een stukje, want la
ter ontdekten we dat de slotzin en de
ondertekening waren weggevallen. Hier
zijn ze:
Ik zit nu in het koude kikkerland en
kan niet zeggen dat mij dat bevalt, ik
zit nog steeds met mijn gedachten in
Indonesia en zou het gaarne nog eens
zien maar dit zal wel een wensdroom
blijven...
P. Gilde
Aan P. Gilde gaan hierbij gaarne on
ze excuses met óók nog een apart
Saluut voor een onbekend maar res
pectabel verleden. Over "bobberlap-
pen" en "hospikken" maakt men graag
grapjes, maar beseft niet welk een
moeilijk, veeleisend en zelfs gevaarlijk
leven ze vaak dag-in-dag-uit leiden. We
hebben 't VOORRECHT enkele hospi
taalverplegers persoonlijk te kennen en
enige notie te hebben van wat deze
mensen voor hun lijdende nevenmens
betekenen.
Nogmaals: saluut!
RAFFLES, DE GROTE ONBEKENDE
Wil Mej. (Mevr.) "Poppie", schrijfster
van "Stem uit Bandoeng" (pag. 16, TT
No. 20) ons haar identiteit openbaren?
Er ligt een voor haar bestemde brief
bij ons op de redactie. Niet zo geheim
zinnig zijn, Pop. Wij vertellen NOOIT
een anonimiteit verder.
We kregen een telefoontje van het
postkantoor Den Haag. Dat ze tever
geefs het postkantoor Bilthoven had
den opgebeld om te weten wie de af
zender zou kunnen zijn van een post
wissel van 18,voor Tong Tong.
Want die afzender had vergeten op het
formulier zijn naam te schrijven. Mis
schien wisten wij het? Nee, Tante Pos,
want er komen hier honderden post
wissels en giro's en we weten niet wie
in Bilthoven of omgeving (of althans
op dat postkantoor die postwissel ge
stuurd heeft) ons 18,— schuldig is.
WEET U HET? Gaarne snelstens be
richt.
O o, Tong Tong's hele lezerskring
wordt ongemerkt een dagje ouder en
twee dagjes vergeetachtiger. U weet
niet half hoeveel niet- of slecht-inge-
vulde gegevens wij regelmatig krijgen.
Als dan Tong Tong te laat komt, of
een erg vriendelijke herinnering of U
wel bij bent met Uw betaling, niet te
gauw ngamoek, ja? U kunt misschien
ZELF ook fout zijn...
Het salaris of de gratificatie, tegenwoordig
met het schrijven van veel "moderne" boeken
verdiend, wordt ook wel "pornogratificatie"
genoemd uitvinding van H.)
Typisch oud-Indisch huis 1900) in een typische oud-Indische wijk in Weltevreden:
Petjenongan (en daaraan grenzend, even Indisch: Batoetoelis, Sawah-Besar, Krekot. Koel, ge
moedelijk, vriendelijk, bescheiden, tevreden. Aan de muren geen Kunst, maar portretten van
familie en vrienden. Alle kinderen liepen altijd op blote voeten; de dames bijna altijd in
sarong-kebaja, de heren ook als ze niet toevallig uit moesten of bezoek ontvingen. Maar
iedereen nam iedereen zoals hijfzij was. Thuis was toen niet een brokje losgekocht V D
of Pander, maar een "dierbaar ratjoe" van honderd venduties (dus van honderd mensen zoals
wij). En de grote etenstajel was echt voor iedereen. Daarom lag er ook verlakop (handig,
kon tegen een stootje, was toch netjes). Alle ramen en alle deuren stonden EEUWIG open...
20