Hart onder de riem
"OUWE SOBAT"
DE C.S. MONITOR
bakker, de schoolmeester of de notaris.
De lijdzaamheid waarmee wij kranten
lezen, radionieuws beluisteren of naar
TV-uitzendingen kijken, en waarbij wij
kennis nemen van de wreedste en on-
begrijpelijkste dingen (ondertussen ei
gen en andere staatshoofden aanspra
kelijk stellend), doet dat ons allemaal
WERKELIJK niets? Of raken we zelf
allemaal min of meer "minder toereken
baar" en staan we mekaar over een
dag of wat óók naar het leven?
Alleen een enkeling b.v. denkt met
verbazing aan een oude en vertrouw
de medeburger uit Indië: de Ambonne-
zen. Die nota bene in dit brave Hol
land in twee weken vaker en feller
vechten dan in heel Indonesië in twin
tig jaar. En (nogeens nota bene!) door
jonge snuiters, die Indonesië niet eens
gezien hebben! Die al lang en breed
geassimileerd hadden horen te zijn!
Dat is toch een raadsel? Of is het
géén raadsel en zijn deze "heethoof
den" hun natuur getrouw en deugt on
ze maatschappij in bepaalde opzichten
niet? Waarom zijn er geen psycholo
gen, psychiaters en sociologen ijverig
met onderzoek bezig?
Waar deze tjerita van Suharto af
tot Ambonnezen toe eigenlijk toe dient?
Om ons bewust te maken van het feit
dat wij, of wij willen of niet, geconfron
teerd blijven met een groot aantal
Euro-Indonesische problemen en con
flicten, ook al zeggen wij nóg zo
"slim": "Beste mensen, laat mij er bui
ten, mijn naam is Haas..." We hebben
een geweten; wij zijn als Indischgasten
Euro-Indonesisch geworteld. En zelfs al
zwijgen wij over alle problemen als
een mof, men zal ons overal in be
trekken. Net zoals een lezeres in een
brief klaagde: "O-o-o, die Ambonnezen
toch! Straks worden wij Indischgasten
ook nog voor Ambonnezen aangezien
en krijgen we ook op ons petje..."
(En nou niet dadelijk overdrijven en
roddelend vertellen dat Tjalie wil dat
wij mee knokken met de Ambonnezen.
Het gaat er alleen om dat wij begrip
tonen en niet koud en hard een andere
kant op kijken als Ambonnezen "stout"
zijn. NIET mee veroordelen; NIET mee
schelden. Mee helpen zoeken naar een
oplossing voor dit verschrikkelijke di
lemma waarin onze "herkomst-geno-
ten" verkeren).
Ergens in onze voorzichtigheid of
wijsheid of onverschilligheid (kies wat
U wilt!) zit een factor van lafheid EN
WIJ WETEN HET! Ergens in ons hart
gedragen wij ons net als Mona in het
verhaal "De Pagger" in het boek
"Tjies", en "distanciëren we ons" van
alle onaangename maatschappelijke
moeilijkheden met Mona's half-jamme-
rende klacht: "Allah tobat, Tjalie! Ba-
kal apa rèpot, si!"...want er komt als
maar méér rèpot als hele generaties
niet willen meewerken problemen op te
lossen. Op den duur komt dat dan tot
botsingen en zelfs oorlogen voor de
generaties van onze kinderen, die im-
Beste Kang,
Op deze stormachtige dag, waar
de lucht zwart ziet, maar waar toch
de zon van tijd tot tijd doorkomt,
deze surat van me.
In de Brief van Nelis heb jij je hart
uitgestort over de "nederlagen" die
je hebt geleden (TT No. 6, 1 oktober).
Beste Kang, ik heb maar weinig
woorden hierover en wel deze, dat
je toch je grootste overwinning hebt
behaald door Tong Tong, waarmee
je zovele boongs, grote en kleine
uit hun lethargie hebt gehaald, een
hart onder de riem gestoken en wak
ker hebt gemaakt (met boongs be
doel ik ook de vele Indische vrou
wen). Inderdaad, beste Tjalie, ook al
weten we dat alles voorbij zal zijn
eenmaal, laten we onze partij uit
spelen tot het einde toe.
Moge Hij, Die ons aller lot be
stiert, je de kracht en de opgewekt
heid geven, die je zo hard nodig hebt
om je partij uit te spelen.
Een warme vijf van
Pothoff
Deze soerat is één van de vele, die
ik van diverse kanten mocht ontvangen,
ook telefonisch. Ook vele toezeggin
gen om beslist te komen. Wij zijn alle
(in elk geval de meesten) van een leef-
tijds-categorie voor wie de levensklok
staat op "vijf voor twaalf". Het doet
goed te weten dat op onze "Woerda!"
in Tong Tong van zovele kanten het
antwoord "Preng!" gekomen is. En ik
hoop betoel dat wij, als we met zoveel
saudara's en kangs bijeen zijn, tot nut
tige gespreksresultaten zullen komen
op 17 oktober a.s.
Tot ziens, dus! T.R.
P.S. voor wie het nog niet weten:
kang is de Indonesische aanspraak
voor "Oom" en komt dus (naast "sau-
dara") in onze hechte Tong Tong-fami
lieband goed tot zijn recht.
mers opgescheept raken met alle
"rommel" die wij niet hebben willen
opruimen. Daar krijgen onze kinderen
dan voor "op hun petje". Heus, wij
begrijpen heel goed waarom de mo
derne jeugd zo fel tegen de ouderen
gekant is. Omdat WIJ zwijgen. Omdat
ONZE naam Haas blijft. Of is dat tóch
wel goed? Zo ja: om welke redenen?
Graag horen wij hierop reacties uit
onze lezerskring. Op welke van de
aangeroerde punten ook. Proberen?
T.R.
We hebben het in de vele jaren van
het bestaan van Tong Tong tot onze
verbazing geleerd, maar massa's In
dische landrotten kennen het begrip
"Setengah Marine" niet, weten niet
wat "kapal poetihs" waren of hebben
op z'n best nooit geweten wat de Gou-
vernements Marine was.
Dan*s er voort geinteresseerden (en
verzamelaars van Indische manuscrip
ten) nu gelegenheid om dit schrome
lijke gebrek aan kennis van Indië wat
goed te maken, door "De Mannen van
de Witte Boot" te kopen, een verza
meling van opstellen en studies over
de Gouvernementsmarine, geschreven
door de Oud-Gezaghebbers van de
Gvts. Marine W. F. van Rooij en C.
Hokke, in eenvoudige offset-druk (dus
lijkend op stencilwerk, maar typogra
fisch veel beter verzorgd).
Vooral om oud-abonnee C. Hokke is
Tong Tong bijzonder verheugd dat deze
verhalen toch nog in druk verschenen
zijn, want deze oude Kapal Poetih-man
heeft zo lang Tong Tong bestaat er
voor gevochten om zijn verzamelwerk
in druk te krijgen. Maar onze uitgeverij
kon zo'n werk niet op stapel zetten
i.v.m. de beperkte verkoopmogelijk
heden...maar waar een wil is, is een
weg en het boek is tóch uitgekomen
en Hokke heeft de verschijning nog
mogen meemaken. En we hopen dat de
beperkte oplage toch goed verkopen
zal.
De vrij omvangrijke hoeveelheid
schetsen is ondergebracht in drie
hoofdstukken: a. Schetsen uit de jaren
vóór de 2de wereldoorlog, b. de "Zui
derkruis" in oorlogstijd, c. de Gvts.
Marine tijdens de internering. De ver
halen zijn met de nodige ernst en ver
antwoordelijkheidsgevoel geschreven,
maar er komt toch telkens weer een
zonnestraaltje humor om de hoek kij
ken.
Telkens merken we dat de Gouver-
nements Marine in al zijn onbekendheid
toch een onvervalst brokje Indië is ge
weest, zodat het boek min of meer een
teruggevonden "ouwe sobat" is, waar
we graag een tientje voor over hebben.
Giro'tje naar W. F. van Rooy te Bus-
sum op rekeningnummer 355994 en hij
is voor de bakker!
T.R.
Van een vriend (ik weet niet wie)
krijg ik al zó lang "The Christian Scien
ce Monitor" toegestuurd, dat ik begin
te geloven aan een geschenk abonne
ment. Omdat ik niet persoonlijk een
trima kasih soerat aan hem (haar) rich
ten kan, maak ik dit berichtje maar.
Met bijzondere dank voor dit cadeau,
want de Monitor is zowel redactioneel
als typografisch een bijzonder blad,
waar ik nog dagelijks van leer.
T.R.
5