Bij een zeldzame foto van een zeldzaam mens
KERSTLIED
De foto is waarschijnlijk genomen
op Kebon Djae ongeveer 1913 denk ik.
Met hoge hoed is de heer Stein Cal-
lenfels, gehurkt de heer Hofter en te
paard mijn vader de heer Sam de
Meijier.
Mijn vader was evenals de heer Cal-
lenfels in de koffiecultures en van die
tijd stamde hun vriendschap.
In die jaren ging mijn vader eens
met hem en de heer Zackarias Schorr
met een prauw roeien aan de Zuid
kust. De prauw sloeg om en aangezien
ze die niet meer overeind konden krij
gen werd besloten hulp uit de kam
pong te halen. De heren waren in
adamscostuum, de heer Schorr zeide
zich eerst te willen kleden, hij deed
zijn riem om en zei dat de hulp ge
haald kon worden. Ja in tempo doeloe
konden zulke dwaze dingen gedaan
worden.
Na 1920 had mijn vader een klein
landbouwbedrijf op de hellinq van de
Gedeh.
Soms kwam Oom Stein, zoals mijn
broer en ik hem noemden, op bezoek.
Eens bracht hij voor ieder van ons 12
taartjes mee. Nu waren taartjes voor
ons goenoeng-kinderen iets heel bij
zonders. Oom Stein zei: ,,Ze moeten
voor vanavond 6 uur op anders gaan
ze naar de kippen van de buurman."
Wij aan 't eten, ik moest na 3 al op
houden, maar mijn broer bracht het tot
9. Zogenaamd vergat Oom Stein de
kippen en wij smulden de volgende
dag weer. Voor moeder bracht hij een
pond rumbonen mee, een paar ons
was te kinderachtig. Vader kreeg de
langste en de kortste paling die in
Batavia te krijgen was.
Oom Stein kon prachtige Javaanse
legendes vertellen.
Aan 't meer van Ngebel stond zijn
huis, de kamar ketjil had geen deur,
want dat was zonde van het mooie uit
zicht, volgens Oom Stein. Hij liet zijn
haren eens per jaar knippen, op de
dag van de slag van Waterloo. Hij lo
geerde eens op het land Soekaboemi
bij Paree in O. Java. De gastvrouw zag
hem met z'n lege lampetkan lopen en
vroeg, of de baboe die vergeten had
te vullen.
"Die heb ik al leeg gedronken", zei
Oom Stein. Al geloof ik overigens, dat
hij meer bier dan water dronk.
R. Th. de Meijier.
Ik kan daaraan nog toevoegen, dat
de ondernemingen Kebon Djae en Se-
goenoeng op de Andjasmoro lagen.
Sam de Meijier heeft later een klein
landbouwbedrijf gehad bij Sendanglaja
op de Gedeh en dat werd Klein Se-
goenoeng genoemd; een melkbedrijf
(voor Tjiandjoer), koffie en djeroek.
In m'n Malangse jaren ging ik vaak
op tournée naar de koffie- en rubber-
landen in het Kedirise. Over Batoe via
Lebaksari naar Paree, rechtsaf naar de
Andjasmoro-landen, linksaf de Kloet-
ondernemingen. Stein Callenfels heb ik
persoonlijk nooit ontmoet, maar overal
op de koffie-ondernemingen rond de
Kloet hoorde je allerlei verhalen over
hem. De bekendste zijn terug te vin
den in het boek "Iwan de verschrikke
lijke" van Van Swanenburg. Ik heb het
weer eens ter hand genomen en in ge
dachten rondgezworven over het mooie
Java. Ik las weer de naam Panataran.
Verleden jaar waren mijn vrouw en
ik een paar dagen op Schiermonnik
oog; voor een "vogelkijk vacantie".
Bij ons rondzwerven door het dorp
in de vroege avonduren zagen we een
bungalow met de naam Panataran. Wat
treft je zo'n naam dan; daar in een
vergeten uithoek van ons landje. Trou
wens de Bank's polder ontleent z'n
naam aan de Indischman Bank, die de
dijk liet aanleggen. Een weldaad voor
Schiermonnikoog.
Overal in ons land vind je sporen en
herinneringen aan ons grote Neder-
lands-lndië. Ga maar naar het museum
in Hindelopen, of naar Thorn in Lim
burg, ten westen van de Maas vlak bij
de Belgische grens. Op het plein voor
de kerk en het Stadhuis staat een ge
denkteken voor Motke, inspecteur van
financiën in Ned.-lndië, Pekalongan,
meen ik mij te herinneren. Het plein
draagt de mooie naam van "De Wijn
gaard". Wij vinden Thorn een geweldig
romantisch stadje en ik kan het je echt
aanbevelen.
Lex Pfaltzer.
Noot van de redactie:
Ja, nog ontelbare decennia nadat de
laatste Indischman in Nederland is
heengegaan, zullen door heel Neder
land heen door een dankbare Indische
samenleving talloze "herinneringste
kens" in allerlei vormen en gestalten
zijn nagelaten, die getuigen van de
dankbaarheid van de Indischman voor
zijn gelukkig leven daarginds in Indo
nesië. Daar kunnen geen scheidschrif
ten van linkse individuën iets aan ver
anderen. In later tijden zal de grove
stijl en de holheid dier geschriften ge
makkelijk het milieu verraden waaruit
zij afkomstig zijn maar men zal zich
ook verbazen over de opvallende wij
ze waarop rechtse groeperingen zich
in deze tijden hebben laten intimideren
en nooit iets rechtvaardigs en eerlijks
hebben durven zeggen over het vele
GOED dat in Indië werd verricht.
Heel lang geleden met mijn ouders
op bezoek zijnde bij doktersfamlie in
Mataram op Lombok.
Vraag aan driejarig zoontje: "Sung-
kono, 'k heb gehoord, dat je zo mooi
kunt zingen, laat 'ns horen?"
Trots en plechtig begon 't kereltje
meer opzeggend dan zingend: "Stille
noh, elle noh, Dapisoel lompeboh..."
Ziende dat we de grootste moeite
hadden ernstig te blijven, ging 't wat
vlugger en een beetje snauwend: "Die
milioe-oen in saliken sol!!" Dan kwaad:
"Ach, wit niet mir, seg!" en rende naar
buiten om verder te spelen met z'n
vriendjes.
Th. M. Pohontinggi - Myra
17