DJOKJA
Voorname waardigheid gaat uit van dit aristo
cratische Javaanse echtpaar: de Djocjase prin
ses, vriendin van de schrijfster van dit artikel,
en haar echtgenoot.
door dichte wierook en dik bedekt met
rozeblaadjes en bloempjes. Blinkend
wit lijnwaad en een laag hekje scheidde
het van de bezoekers, opdat geen
profaan mens het te dicht zou naderen.
Er knielden of liever gezegd silo'ten
reeds vele pelgrims bij het graf, terwijl
de oude bewaker binnen de omheining
zat en fluisterend sprak met elke gast,
die dan zo zijn speciale wensen opgaf.
De trouwe bewaker bad en prevelde
al die menselijke verlangens door tot
Zijn Meester Mbah Djoego, ongezien
tegenwoordig. Ik zag en herkende vele
rassen op dit eenzame plekje, zo hoog
in de bergen, verzameld bij een heilig
graf van een goodwill kluizenaar. Allen
kwamen met een verlangend hart en
hoopten genade te ontvangen. Rijke
Chinezen uit Djakarta, Semarang, Djoc-
ja, Soerabaia; rijke Indiërs, talrijke In
donesiërs, Indischen, een enkele Euro
peaan, allen tezamen gekomen om een
hemelse straal licht op te vangen, leder
wachtte op zijn beurt om bij het graf
toegelaten te worden, alles ging rustig
zonder een onvertogen woord. Er
heerste een volkomen verdraagzame,
hartelijke sfeer, hemels zou ik zeggen;
de een liet de ander zelfs graag voor
gaan, wetende, dat je meer genade ver
kreeg door offervaardigheid te be
trachten: sabar, soeboer!
Ook ik knielde bij het graf neer, mijn
medegenoten silo'ten en de oude
trouwe, biddende bewaker vroeg ons
fluisterend wat wij wensten, om deze
smekingen dan door te geven aan zijn
meester Mboh Djoego.
Ikzelf bad tot mijn Heer en Heiland
Jezus Christus en dankte Hem, dat ik
dit alles mocht beleven en vroeg Hem
Zijn Zegen te schenken aan al deze
zoekende smekende Zielen die Hem
nog niet kenden waarschijnlijk, maar
toch ook behoorden tot Zijn Schepen,
totdat zij in Zijn Kooi bescherming en
lavenis zouden krijgen, zoals ons dat
beloofd is in dit aardse leven.
Na deze innige plechtigheid bracnt
de Poetri, een raszuivere telg uit het
Djocjase Vorstenhuis, ons naar een
heel ander gedeelte, lager gelegen dan
de top: daar was het feestmaal-huis,
daar werden geurige gerechten ge
kookt en gegrild, satee kambing, goe-
lee, kip, warme rijst, lontong en pittige
sausen, door vrouwen en meisjes con
amore gemaakt en geserveerd op fris
se borden en naar believen in pint-
joeks.
Dit was je puurste liefde-maaltijd,
aangeboden door dankbare zielen,
wier wensen vervuld waren. Een ieder
was welkom, en kon naar hartelust
smullen. Er was blijdschap, er heerste
een vrolijke, lieve sfeer, om de verras
sing over zoveel gulle goedheid. Er
was overvloed; ik telde, een bezige
vrouw leidde mij rond, 13 geofferde
geiten die avond, ontelbare geplukte
kippen, tafels opgetast met rauwe sa-
tees, grote rijstkokers vol dampende
witte rijst, gebakjes, koffie, thee, sui
ker, dit alles als dankoffer aangebo
den door onbekenden.
Ontzaglijk, hoe goodwill werken kan!
Zo'n liefdemaaltijd, voor eeuwig, aan
geboden door dankbaren, voor ieder
een, zag ik nog nergens zo ter wereld!
't Heeft me diep getroffen. Er kwam
geen geld, geen betalen aan te pas,
dat paste niet in deze hartelijke mens
lievende sfeer van Mbah Djoego, de
stille kluizenaar van Gendogo.
Moge Gendogo nog steeds meer
toeristen trekken, opdat de zuivere
menslievendheid dóór gevoeld mag
worden en verder doorgegeven.
God zegene dit plekje op de oude
goenoeng Kawi, zetel van het oer-oude
Javaanse Ras.
De volgende dag bracht de Poetrie
ons naar de oude bemoste ruïnes van
de oude Kraton, gelegen in een voch-
Bedevaartgangers komen en gaan langs het
wit geplaveide pad, dat leidt naar het heilige
graf-
Een klapperboom met twee bladkruinen, een
reusachtige letter Y vormend groeit dicht bij
de bedevaartsplaats.
tig, donker oerwoud, nog hoger op de
goenoeng Kawi. We zagen de reus
achtige ophoping van donkere oerste
nen, eens de trotse residentie van een
vorst.
Onder deze fundamenten zouden 7
gouden beelden begraven liggen, de
naam en het rijk van deze Vorst zal
onze bekende historicus Dr. de Graaff
U wel kunnen vertellen.
Ik betreur het nu, dat ik vroeger niet
meer interesse heb gehad en 't te boek
heb gesteld. Dit zijn nu nog maar her
inneringen van
Dorien Kampmeinert-Hupperts
Volgens de aankondiging van oude
boeken in Tong Tong is bij U verkrijg
baar: "Reisgids voor Jogjakarta, Dr. J.
Gronekan, 10,Als oud-Djokjanees
(suikerfabriek Gondang Lïpoero, leer
ling O.L.S. aan de Pakenweg, en ver
volgens van de HBS aan Djetis) hatiku
berdetak toen ik deze titel las. Hope
lijk ben ik niet te laat!
(Hij was niet te laat. Reisgids ver
stuurd).
Tenslotte zou ik U gaarne willen
verzoeken aan mij te denken, als in
Uw boekhandel een plattegrond van
Djokja en/of Semarang (waar ik óók
vele gelukkige voetstappen heb liggen),
bij voorkeur uit de tijd vlak voor de
Japanse bezetting, te koop is.
F. Abell
p/a Kabinet v.d. Gouverneur
van de Ned. Antillen
Willemstad - Curagao
We leggen Abeli's wensen over aan
6500 abonnees. Daar moeten veel
Djokjanezen bij zijn. Wie kan en wil
helpen?
POEKOEL TEROES 60.000
Zó vaak hoort Tjalie in brieven
dat men hem hartelijk "Poekoel
Teroes!" toewenst maar erg
veel lezers hebben hun tientjes
neg niet gestort voor ons Hidoep
Teroes Plan. Dat is toch óók
Poekoël Teroes? Zet hierin met
ons samen door. Er is geen mooi
er doel!
15