Varia Bahasa Indonesia Met grote belangstelling heb ik de artikelen gelezen van de hand van dhrn W. F. W. Schardijn (TT van 1 juli 1971), H. Hamar (TT van 1 augustus 1971) en Drs. H. D. van Pernis (TT van resp. 15 juli en 15 augustus 1971) over verschil lende aspecten van de Bahasa Indone sia. Wat kalang-kibut betreft, dit woord heb ik in Indonesië uitsluitend horen bezigen door Indo's en niet door Indo nesiërs om, wat men toen froeher pleegde te zeggen, "leuk te doen"- Dhr Hamar geeft wel de betekenis van het woord karta in Djocjakarta, maar helaas niet die van Djocja. In het Hindoe-Javaanse helden-dicht, de Ra- majana (ook wel gespeld, Ramayana) wordt nl. gewag gemaakt van het rijk Kosala waar prins Rama vertoefde. De hoofdstad van dit rijk was Ayodhya. Djocja is hiernaar genoemd. De naam Ayodhya heeft men te zien als A yodhya. Wat de "a" betreft, er zijn twee soorten "a's" in het Javaans be kend. Het Oud-Javaans kent namelijk een "a" ter aanduiding van een bezits verhouding en deze "a" kan worden weggelaten zonder afbreuk te doen aan de betekenis van het woord waaraan het is gehecht, dus aurip betekent het zelfde als urip: leven. En dan kent het Javaans een andere "a" ontleend aan het Sanskriet en in de spraakkunst ge noemd alpha privans of "negative a". Djakarta kent een groot bouwbu reau genaamd Nindya Karya. Volgens een bestaande regel in de Sanskriet spraakkunst zou dit moeten zijn Anin- dya Karya (dus, met alpha privans) met de betekenis van "Deugdzaam Werk" (zie ons artikel TT van 15 juni 1969, waarin het een en ander is gezegd over karya). Bezien vanuit Sanskriet oog punt moet Nindya Karya juist het tegen overgestelde betekenen van "Deugd zaam Werk", ergo, "Ondeugdzaam Werk". Hier blijkt duidelijk uit dat een regel bestaande in 't Oud-Javaans wel ke zegt dat de bezitsaanduidende "a" kan worden weggelaten (aurip-urip) klakkeloos is toegepast op de Sanskri- tische "a" dat evenwel een geheel an dere functie heeft. Ayodhya betekent in het Sanskriet "Onoverwinnelijk" en, derhalve, Ayodhyakarta: "Onoverwin nelijke Stad". Door bovengenoemd ge bruik, om de alpha privans weg te laten, toe te passen op deze naam verkrijgt Yodhyakarta of Djocjakarta de beteke nis van "onoverwinnelijke Stad". De vertaling van een artikel voorko mende in het tijdschrift "Tempo" van 5 juni 1971 door Drs. van Pernis is inder daad zeer lezenswaardig, alleen jam mer dat ik de originele Indonesische tekst niet in mijn bezit heb. Over de persoonsnaam Saimun kan ik het volgende opmerken. Mijn (Indo nesische) vrouw, die librarian is in de Library of Congress in Washington D.C- en dagelijks heeft te maken met Indonesische boeken wist mij te ver tellen dat èn de naam Saimun èn die van Sami'un in Djakarta voorkomen, zo dat m.i. de naam gebezigd in het bo venaangehaalde stuk juist moet zijn. Bovendien een bekende Djakartaanse zanger heet Sam Saimun! "Gehuurde helicopters", zoals men die in New York City kan aantreffen, bestaan in Indonesië nog niet. Met een helitjak, waarvan een foto hierbij gaat, ontleend aan de "Yudha Minggu" van 27 juni 1971, wordt niets anders be doeld dan een gemotoriseerde betjak met Vespa motoraandrijving, waarbij de passagiers in een afgesloten comparti ment zitten vóór de bestuurder; het compartiment gelijkt op een cockpit van een helicopter, vandaar de naam helitjak, welke m.i. een acronym moet zijn van helikopter betjak. In Engelse vertaling zoiets als "heli-like betjak or pedicab". Er rijden momenteel in Dja karta pas ongeveer 50 van deze vehi kels rond, die echter nooit in de lucht gaan! En de tjutbrai, neen maar, het is vol strekt geen typische Betawise "uitvin ding" in de vorm van een (heren)pan- talon die heel strak zit om de heupen en na de knieën wijd "uitwaaiert", dus een soort "bell-bottom". Niets is min der waar, het heeft wel wat te maken met een pantalon die heel strak zit om de heupen maar niet verder gaat dan tot boven de knieën. Van een "uitwaai eren" is helemaal geen sprake, mis schien wel van een "inwaaieren", als ik dit woord even mag creëren. De tjut brai is een Amerikaanse uitvinding. De aantrekkelijke hostesses pramubak- ti geheten in het Indonesisch werk zaam op de Djakarta Fair (U weet toch wel, die bekende Pasar Gambir van toen froeher) hadden zich allemaal ge stoken in deze tjutbrai. Zo stonden er een aantal lieftallige pramubakti (Man- jala, Bob! zou de anak Betawi zeggen, waarmede hij dan zijn gevoelens wenst te vertolken in de geest van het Ame rikaanse "gee, how groovy!") in een stand waar verversingen werden aan geboden. Indien de bezoeker antwoord kon geven op de door hen gestelde vragen, kreeg hij een coupon voor een gratis verversing. Een verslaggever van "Berita Yudha" (19 juli 1971) wist de volgende opmer king te maken naar aanleiding van het bovenstaande: "Maar zodra ze (dat zijn die meisjes) al met je hebben gebab beld, is je hele dorst in één slag ver dwenenEn weet U waarom, het komt allemaal natuurlijk door die tjut brai ofHOT PANTS!**) Ook dit woord moet naar mijn bescheiden mening een acronym zijn van kan- tjut brai (van birai in het Javaans en bi- rahi in het Indonesisch). De kantjut is natuurlijk de lendendoek; brai, birai, en birahi betekent "zich aangetrokken ge voelen door kleren, enz. voor het an dere geslacht", zodat tjutbrai zoiets be tekent als "pantalon waardoor men zich aangetrokken voelt tot de opposite sex"- Manjala deh! Vóór de kreatie van tjutbrai gebruikte de pers vaak het woord kolor anget ("Yudha Minggu" van 28 maart 1971); kolor betekent "broekriem, koord" en anget het En gelse "hot". A. Ed. Schmidgall-Tellings, A(nak) B(etawi) Het woord staat anders ook in Kra mer's "Kamoes Indonesia". Wij kregen twee verschillende in formaties over de "tjutbrai", naar ach teraf blijkt, dus beide fout. In het alge meen ontstaan in Indonesië vele be grippen (en namen) zó snel, dat ook Indonesiërs in Europa ze vaak nog niet eens kennen. Red. SAMBI LOTO De grote Encyclopaedie zegt; SAM- BILATA ANDROGRAPHIS PANICU- LATA Nees. Fam. ACANTHACEAE (Sa- di lata; Sampiroto) Ki Ular (Soend). Opgerichte kruidachtige plant met witte paars gestreepte bloemen en lijn vormige rolronde doosvr., die bij het openspringen de zaden met grote kracht wegslingeren. Geneesm. tegen slangenbeten. Komt in de Ind. Pharma- cophee voor. Z- en ZO-Azië. BRATAWALI TINOSPORA CRIS- PA. Dield. Fam. Menispermaceae; ook ANSAWALI, Pantjasono (Send), Anta- wali, Gadel, Tah Tajungan, Ulan ulanan (Jav.) Windende heester, tot 5 m hoog, in bossen en kreupelhout beneden 300 m. De stengels treft men altijd b.d. Inh. Medicijnhandelaren aan. Ze zijn ken baar aan hun wratachtige verhevenhe den en smaken zeer bitter door de aan wezigheid van een bitterstof(?) Alkaloïden zijn echter niet aangetrof fen. Een aftreksel is een zeer veel toe gepast middel tegen koorts. De buiten gewoon bittere smaak is echter geen bezwaar. UitWendig wordt een afkook sel tegen schurft gebruikt. W. F. W. Schardijn- In H. A. van Hien, "De Javaanse Geestenwereld" staat (op pag. 25, 3de Deel); Sambi loto; Deze plant staat wegens haar grote geneeskracht tegen kwaad aardige koortsen, bloedvergiftiging en maagziekten bij de Javaan in hoog aan zien, waarom zij vereerd wordt. Wie een "Kloppenburg" heeft, kan de plant daar natuurlijk ook' terugvinden. Red. T.T. 10

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1971 | | pagina 10