Se zijn voorbij. IN HET SPOOR VAN ROY? Natuurlijk zijn niet alle mensen gelijk. Er zijn (Goddank) ook heel merkwaardige, ON- gewone mensen op deze wereld. En Tong Tong kent er (eveneens Goddank) vele van. Eén ervan is Roy Steevensz, al zo lang abonnee als ons blad bestaat. En een on vermoeid kampioen voor onze belangen. Evenals zovele Indischgasen is hij tien jaar geleden óók als "fortuinzoeker" naar Ame rika gegaan, waar hij nog steeds leeft. Het verschil tussen Roy en de doorsnee typische Amerikaan is echter dat hij NIET het algemene levenspatroon volgt,dus van carrière naar het miljoenairschap toe, maar op een gegeven moment tot een ander inzicht kwam. En het conventionele ge dragspatroon van ambitie en entertainment (U weet wel: parties, movies, Disneyland, Marineland, etc.) vaarwel zei om letterlijk naar de natuur terug te keren. Op dezelfde grondige wijze, waarop hij alles aanpakt, is Roy lid geworden van de vrije Amerikaanse gemeenschap van zoe kers naar de zuivere natuur en het natuur lijk milieu. Hij verbouwt dus o.m. zijn eigen groenten, omdat de normale pasargroenten (evenals in Nederland) zijn gekweekt met kunstmest en beschermd met insecticiden, DUS gevaarlijk zijn en ONnatuurlijk. Roy Steevensz aan het werk in zijn groenten- tuin in Santé Fe Springs, California. Deze tuinbouw beoefent hij zeer intensief, zodat hij regelmatig oogsten heeft (van zijn tuintje van 20 m2) van katjang pandjang, boontjes, kool, wortelen, water eress, Daar zit ik nou te kijken op het poelau Djawa, Tjilaka kerel, als je Holland bent gewend: Bij alles wat je hoort en ziet is 't rara, Van de bahasa snap je absoluut geen cent. Om je heen zie je maar sadja bruine snoeten, Betoel, de blanke kopjes zijn mij even lief. Ik word hier bleek, zit thans vol met sproeten En dan die hitte, ik rij 'm alsmaar als een dief. 't Wist, zoo'n rijstveld onder water is een sawah, Met vaak een katjong in een atap tent, Om de glatiks weg te jagen voor zijn Bapah, Die met zijn sappi's door de moddermassa rent. Enfin, die rijst, daar doe je hier heel wat mee, Alsof er anders niets te eten is; Je slikt maar iontong, lemper, ruikt naar saté Je verhemelte verschroeit, want 't is pedis Als 's nachts de maan schijnt is het niet te harden, Zoo gaan de gladakkers op straat te keer. De stille nachtrust blaffen ze aan flarden, Je rolt dan in je tempat tidoer heen en weer. Langs de muren tjitjaks, tokèh's, rare dieren, De banjak muggen bijten je een dikke snoet. Je huisraad weggepikeld door de mieren, Die beestjes noemt men hier „semoet-semoet" I Behangsel is nog onbekend in deze streken, De wanden zijn tenminste kaal en soms ook wit, Waarin dan, om 't egale wat te breken, Zoo hier en daar een kromme spijker zit. Je hoopt en troost was eerst gevestigd op de „djongos", Nu jat hij alles bij elkander, rijp en groen, Hij lijkt zoo uiterlijk al aardig op een paaschos En 't zijn je eigen bullen, die 't em doen. Eens zal ik 't feit „terug in Holland" kunnen vieren, Terug in kamers met een fijn behang. Dan vergeet ik tjitjaks, djongossen en mieren, 'k Noem daar mijn huis: "roemah senang" I I Sr. Medarie, 24-9-24 S i n g k h Swiss chard (grootbladige groenten, onge veer als Petjai), kangkoeng, spruitjes, 3 soorten sawi, bloemkool, broccoli, prei, selderie, pisang, inggoe, kemangi, sereh, enz. enz. Roy brengt zijn surplus groenten naar de Organic Food Store, waar ook andere natuurgroenten-verbouwers hun surplus brengen, om onderling te ruilen. De mensen die dat doen behoren merendeels tot de "hippies", waarbij per sé niet allemaal drug gebruikers zijn en lanterfanters, maar harde werkers voor een onafhankelijk natuurbe- staan. Deze jongelui dragen ook alleen kleren van natuurstoffen, dus katoen, zij, wol e.d. en géén kunststoffen. Zij vormen in Amerika een groep, veel groter dan wij hier denken, die al duimend trekken naar de verste bestemmingen (tot zelfs Bali, Japan en Chatmandu toe!) en er zijn veel top-intelligentia bij van goede huize, die het gewoon vertikken het bestaanspatroon van hun ouders over te nemen. Het spreekt vanzelf dat mensen als Roy, dus aanhangers van de z.g. macro-biotische leer, ook heel andere vormen van filiosofie hebben, en er b.v. velen zijn die Boeddhis tische of andere vormen van mystiek be oefenen. Zeer zeker wemelt het op dit ter rein van de "fakes" (lege naapers) maar de serieuzen zijn er ook. Zij bestuderen boeken als het tweede deel van de "Phi losophy of oriental medicine", The Book of Judgment, van de hand van Georges Ohsawa, welk boek Roy mij ter kennis making toestuurde. En vele andere. Zo op een afstand is het natuurlijk niet mogelijk om deze levenswijze in al zijn aspecten te volgen, maar het is wel dui delijk dat deze mensen op de eerste plaats veel bestaansbewuster leven dan wij auto matische werkers en eters van de normale maatschappij, en verder dat zij vrij zijn van de toekomstloosheid van de normale bur germaatschappij. Denkt de gewone mens over de (nabije) toekomst somber en zelfs "alvernietigend" (omdat het milieu steeds onredbaarder ver vuilt, de zeden vervallen, de economie ohaotisch is en de politiek leidt tot alleen maar onontwarder en fataler knooppunten), kijkt de macro-bioticus voorbij "de Onder gang van het Avondland" naar een waérlijke onafhankelijkheid en vrijheid. Immers naar het bestaan, waarin de mens zijn eigen behoeften opbrengt, grondig afrekent met de z.g. genoegens van de beschaafde wereld, en zich totaal losmaakt van alle machines en machinaal gedreven bestaans vormen. Als het normale burgerlijke denken niet verder gaat dan: "Wij bestaan net zo lang tot de hele beschaving vergaat!" zeg gen de soortgelijken van Roy: "Als de wereld vergaat, trekken wij ons in de wil dernis teruggen dan begint ons wérkelijke en zuivere bestaan en Het Begin van een Nieuwe Wereld!".. Ook al zouden wij als normale mensen geneigd zijn, er de schouders over op te halen, ons nuchtere verstand dwingt tot aandachtiger kennisneming. Want het is toch werkelijk waar: Roy leeft vrijer, gezon der en "toekomstvoller" dan menigeen van ons! T.R. Noot van de redactie: de inzender vond dit gedicht in het gedenkboek „Orang Pe- ladang" van de voormalige Middelbare Ko loniale Landbouwschool te Deventer. We hopen dat door het toeval de dichter dit blad onder ogen krijgt, want we willen graag weten of hij NU niet op andere wijze aan tjitjaks, djongossen en mieren terugdenkt! 16

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1971 | | pagina 16