DE BEDEVAART NAAR DAMAK OVER DE INDO Buddhisme in het westen Nederland 500.000 500.000 000.000 700.000 300.000 300.000 000.000 250.000 ,750.000 750.000 000.000 150.000 850.000 848.000 2000 1998 2 Naar aanleiding van het relaas over de moskee van Demak door Dr. H. J. de Graaff, T.T. 15 sept. 1971, schiet me opeens een gebeurtenis te binnen, die ik onder vonden heb. Het was 1930. We woonden toen in Sala- tiga en ik verbeelde mij "schrijvend me dium" te zijn. In mijn dienst had ik een kokkie, waar wij allen zeer op gesteld waren; deels om haar karakter, deels om haar kookkunst. Op een ochtend kwam haar dochter ons onder een stortvloed van tranen melden, dat haar moeder niet kon komen wegens ziekte. "Ze is erg ziek en herkent ons niet meer," zei ze. "Als je mij de weg wijst naar jullie huis, ga ik nu even met je mee." was mijn repliek. En ja hoor, daar lag kokki in ijlkoorts. Er was niemand, die haar ver zorgde, dus gaf ik haar man orders zijn zijn vrouw in dekens te wikkelen en in een karretje naar mijn huis te vervoeren. De arts, die ik erbij haalde, schreef koortswe- rende poeders voor, maar de koorts wilde niet wijken. Ik was ten einde raad en zat in onze voorgalerij te peinzen over kokki's ziekte. Ik had een potlood in de hand, want ik was van plan, mijn zuster daarover te raadple gen. Opeens voelde het potlood zwaar aan en begonnen mijn vingertoppen te tintelen. Buiten mijn wil om, schreef mijn hand het volgende: "Wat maakt U zich toch zorgen over Uw kokki. Laat iemand met een fles naar Demak gaan' en daar de fles vullen met het water van de bron. De helft van het water moet ze ineens opdrinken en de andere helft over haar lichaam sprenkelen." Gefascineerd vroeg ik: "Waar ligt die bron ergens?" "O, dat vindt degeen wel, die U er heen zendt, maar geef hem 21 cent mee, want daar zal naar gevraagd worden." Heel vroeg de volgende morgen stuurde ik de man van de kokki, die gemakshalve X zullen noemen, gewapend met een lege patentfles Demak-waarts. Op X's vraag: "Waar kan ik de bron vinden," zei ik, dat ik dat helaas zelf niet wist, maar dat hij het wel zou weten te vin den. Zonder kleerscheuren bereikte X De mak en ging vol goede moed op zoek naar de bron. In zijn ijver, die te vinden, kwam hij op Kudus terecht, maar de bron bleef onvind baar en X was in alle staten en had honger als een paard. Op de terugweg zag hij voor de Missigit van Demak een bibih nasi pet- jil zitten. X zette zich'bij haar en deed zich te goed aan de petjil. "Waar heb je die mooie fles vandaan, mag ik die niet van je hebben?" vroeg bibih. "Nee, dat kan niet", zei X. "Ik moet hem vullen met water uit een bron, hier ergens in Demak, maar met de beste wil kan ik nergens een bron vinden". "Ga de moskee maar binnen," ried bibih petjil hem aan., "vraag of je de fles met het water van die bron mag vullen, want daar is wel een bron." Blij toe, eindelijk de wel gevonden te hebben, ging X de moskee binnen. Het eerste, dat de djurukuntji hem vroeg, was: "Heb je 21 centen?" "Ja", zei X, "hier heb je ze." De djurukuntji vulde de fles en op getogen ging X naar Salatiga terug. Goed zes uur in de avond kwam X bij me zijn opwachting maken en overhandigde mij de gevulde fles. Hij raakte niet uitge praat over de mooie Moskee en de heldere bron. Vlot kokki de halve fles laten drinken en de rest over haar lichaam gesprenkeld. Een deken over haar heen, vanwege de kou! Toen ik later op de avond naar haar kwam kijken, sliep ze als een roos. De vol gende morgen zag ik kokki op handen en knieën kruipen naar de goot. Ze gaf vre selijk over, er kwam haast geen eind aan, maar het had haar goed gedaan en zij voel de zich kip lekker. Na een maand deed ze weer gewoon dienst. H. E. Desmet Naschrift 1. Er zijn natuurlijk lezers, die dit verhaal tje met de nodige scepsis lezen. Maar voor al zij, die in Indonesië hun contacten met de Indonesische familie bleven onderhou den, weten dat het doen van bedevaarten (of het aansporen ertoe) in Indonesië geen "nonsens" was. Trouwens, ook in Europa met zijn vele bedevaartplaatsen is 't maken van een tocht naar b.v. Lourdes een gewone realiteit. Een student in de psychologie heb ik eens horen vertellen, dat genezingen door het bezoek aan een bedevaartplaats min of meer "exact verklaarbaar" waren. Omdat namelijk bewuste remmingen, die genezing zouden tegenhouden, door de bedevaart (eveneens onbewust) opgeheven zouden worden. Zouden andere lezers van dit blad ook soortgelijke ervaringen gehad hebben? 2. Er zijn altijd Semarangers geweest ,die van de roem van de merkwaardige moskee van Demak gehoord hebben, meestal ook omdat er genezingen aan vastgeknoopt worden. Maar ook, omdat er supra-normale waarnemingen gedaan zouden zijn. "Reeële mensen" zijn geneigd hiermee te spotten, maar wie ouder wordt en zich realiseert, dat het Leven ook het Bovenwerkelijke omvat, hebben altijd met grote interesse naar deze verhalen geluisterd, ook al om dat men weet, dat het Aziatische leven veel meer bestaansfacetten kent dan het Europese - Red. Naar aanleiding van het artikel over "Roy" zal U het volgende misschien interesseren: Het Oshawa-diëet wordt ook hier door mensen gevolgd, o.a. door ondergetekende. 'Er zijn boeken over verkrijgbaar. In Am sterdam bestaan - zover ik weet - twee Macrobiotische restaurants. Buddhisme vindt men ook hier - (onder getekende is "Buddhiste" in die zin, dat zij de Satipatthana -meditatie beoefent). Er bestaat niet alleen een Stichting, die een overkoepelingsorgaan is van alle soor ten Buddhisten in ons land (Theravadda, Zen, Tibetaans, Buddh., etc.), maar in de "Kosmos" in Amsterdam geeft een Thera- vadda-Monnik uit Singapore meditatie-les aan jonge, daarin geïnteresseerde mensen, die (indien zéér geïnteresseerd) naar het ('n!) Meditatiecentrum in Engeland gaan voor enkele weken, voor verdere verdieping. Mevr. L. M. de Man Inderdaad is het Buddhisme in zijn vele vormen méér verspreid in Nederland (en Europa) dan men denkt. De verspreiding gebeurt echter niet op de over het alge meen luidruchtige wijze van proselieten werving bij diverse godsdiensten. In feite is luidruchtigheid en reclame-voering deze rustige mensen totaal vreemd. Dus kan het ook gebeuren dat topfiguren in denkwereld en maatschappij, die in Buddhisme en b.v. Soefisme een bekende naam hebben, als zodanig in de buitenwereld nauwelijks be kend zijn. Door hun ingetogenheid en haast ascetische eenvoud kunnen zij op deze nerveuze en materialistische beschaving een goede invloed uitoefenen. Dat meditatie ondanks de uiterlijke kalm te een vergaarder is van grote physieke vermogens, hebben objectieve metingen bewezen, verricht door onderzoekers van Harvard. Er zullen in de komende jaren, bij het falend materialisme hier, steeds meer Buddhistische beginselen in studie komen in het Westen. - Red. In verband met de huidige financiële crisis bent U wellicht geïnteresseerd in het volgende: :ill!lll]l!!llllli;!llllllllllll!!l!lllllll!llllllll!lll!lll!lllllllllllllllllll!lll!lllll!llll!llll!l!ll!]!ll!lll!l!l!llllllllllllllllllllllllllll!llllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllll!lllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllll!!llllllllll!lllllllllll»! is in geen jaren op wetenschappelijke wijze wat geschreven (Wel amateuristische opinies). Daarom zijn wij blij op een J klein, maar knap essay de hand te hebben kunnen leggen. J Het heet INDISCHE NEDERLANDERS „Een ontheemde Bevolkingsgroep zonder Toekomstbeeld". en is van de hand van Drs. G. L. Cleintuar. Prijs f 2,50, porto 0,25 Al is het dus een klein boekske (56 pag), wij zijn er trots op, het te mogen uitgeven in onze eigen Moesson-serie van de Uitgeverij Tong Tong. iiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiS Bevolking van Nederland 12 Mensen van 65 jaar en ouder 3 Blijft over om te werken 9 Mensen van 18 jaar en jonger 3 Blijft over om te werken 5 In rijksdienst 1 Blijft over om te werken 4 In militaire dienst Blijft over om te werken 3 Gemeentelijke overheden, studenten enz. 2 Blijft over om te werken 1 Mensen in ziekenhuizen, gestichten, enz. Blijft over om te werken Werklozen, invaliden, souteneurs, enz. Blijft over om te werken In gevangenissen Blijft over om te werken Jij en ik zullen daarom veel harder moeten werken. Vooral jij, want ik heb er nou schoon genoeg van om dit lui zige land op mijn eentje te runnen...! 17

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1971 | | pagina 17