wmm/j HET GELUK VAN HET JAGEN Jacht op Sumatra "De jacht behoort tot het zuiverste repertoire van het menselijk geluk" JOSé ORTEGA Y GASSET Ik heb m'n eerste Sumatraanse wild geschoten! Niet een vorstelijke olifant of badak, ook niet de Gestreepte Op perjager van de Jungle (de volgende keer hoop ik echt een ontmoeting met U te hebben, Heer Jager), maar een ferme ever. Een flinke knaap, die me behoorlijk tegenspel gaf. Op post staande aan de rand van een zeer uitgestrekte rubbertuin, had ik als taak de aangrenzende oosthelling van een ruig begroeid heuveltje, ongeveer 80 meter verder welke "gedreven" werd, in de gaten te houden. 80 meter is voor een gladloop een vrijwel on mogelijke opgaaf, maar voor de repe teer karabijn, waarmee ik bewapend was, een Winchester kaliber .32 Spe cial, een perkara klein. Alles goed en wel, ik ken de .32 Spe cial, maar DIT geweer niet. Ik had geen gelegenheid kunnen vinden, de spuit behoorlijk in te schieten en hoopte er nu maar het beste van. Die helling vóór me. Alang-alang, dich te stukken struikgewas, kleine ver spreid staande boomgroepen, opslag van Hevea-Brasiliënsis, met er tussen kale plekken. Als nu juist daar het wild passeerde, zou je drommels snel moe ten schieten. Hoe was dat mogelijk? Een week ge leden nog in Eindhoven en nu ergens in noord-Sumatra in een rubbertuin nog wel, met een glanzende Winches ter! Heel in de verte hoorde ik het nerveuze kèp...kèp...kèp... van de honden. Het geluid kwam nader en nader, tot vlak vóór medan verwijderde het zich, totdat het nauwelijks meer hoorbaar was. En plotseling, ik kon het bijna niet ge loven, stond daar op een van de open plekken tegen de heuvelhelling roer loos een groot wild zwijn. Ik hoorde het kèp-kèp-kèp van de hon den ver weg. Zouden ze nu op het spoor zijn van een ander zwijn, of had dit oude, ervaren dier ze om de tuin geleid? Misschien stond hij daar een beetje te genieten van zijn triomph, maar voor mij was het: Schieten! Zo snel mogelijk! Met een steuntje? Kenniet! Er stond dan een boom voor me. Dus, staande vrije hand. De haan klikte naar achteren, epaule- ren, korrel zo zuiver mogelijk op 't blad zettenlangzaam de trekker door drukken De kogel spoot weg Wat ik verwachtte gebeurde NIET. Het dier zakte niet in elkaar, het rende niet blindelings naar voren, maar daalde holderdebolder en met veel gedruis de de helling af, mijn richting uithier zul je te voorschijn komen... mijn twee de pil is klaar... nu beter geplaatst... Maar hij kwam NIET! Hij was verdwe nen. Neen, toch niet, want toen ik met m'n ogen de omgeving afzocht, zag ik 'm waarachtig 100 meter verder lopen. Tussen de rubberbomen. Ik zeg lopen, niet rennen en hieruit trok ik de con clusie dat dit dier in moeilijkheden was. Ik spurtte achter 'm aan. Hoe dan ook, ik moest 'm hebben. Hij mocht niet verloederen, ellendig kreperen op een plaats, in een of andere djoerang tus sen de bamboe doerie, welke zelfs voor de honden ontoegankelijk was. Het was eenvoudig mijn plicht aan het lijden van dit dier zo snel mogelijk een einde te maken. Ik liep op 'm in, langzaam maar zeker. Op een gegeven moment moet hij mij gehoord hebben en draaide hij zich voor het laatst om. We stonden toen ongeveer 15 meter van elkaar. Hij keek me aan alsof hij zeggen wilde: "En nou ga ik met je knokken. Kom maar!" Dappere, zwarte ridder van het Suma traanse bos, saluut! Hij sneuvelde op de plaats, zonder een kik te geven. Opeens stond er een Indonesisch rub- ber-tappertje van twee turven hoog naast me. Waar hij vandaan gekomen Sterk verlaagd in prijs Thans slechts f 4,f 0,50 porto was, ik weet het niet. Hij stond daar zo maar. In de linkerhand hield hij een aluminium latex cup, in de rechter een tapmes. Hij stond me met open mond aan te staren en in z'n ogen las ik zo iets als: "Allemachtig, wat zullen we nou hebben. Waar komt die snuiter vandaan?" Dat jongetje had waar schijnlijk nog nooit van z'n leven een Europeaan gezien! Die dag schoot ik nog een tweede zwijn, maar dat was een gewoon huis-- tuin-oftewel keukengeval. Een stuk ruigte welke gedreven werd... ik hoor de het wild aankomen...stoppen... de honden kwamen dichter bij... de spurt uit de dekking... sorry, ik stond daar. Toevallig! Het beest stierf aan acute loodvergiftiging. In Singapore spreekt men van "tiffin", in Nederland met een deftig woord "lunch", wij daarzo "ajo beuken" (niet- telang). Mevrouw Bergmann had voor de heerlijkheden gezorgd. En hoe! Om een uur of een werd een beschaduwd plekje opgezocht en werden de zalig heden uit de Landrover gehesen, te weten: bakoels met rijst, onvergelijke lijk lekkere rendang (ben je nou op Sumatra ja of ja), knapperige teri, sam bal goreng timpé, gebraden kip en weet ik wat niet meer. Een drijver schilde met een doodernstig gezicht een paar uitjes, sneed ze in schijfjes, toen een paar lombok rawit en daaroverheen goot hij een scheut ketjap, verdorie nog aan toe, waarom is dat allemaal toch zo verschrikkelijk lekker he? Een geëmailleerd ijzeren bord en met vijf lepels tegelijk eten (telmaar na: pink, ringvinger, middelvinger, wijsvinger, en duim). Ook de honden werden niet vergeten. Die kregen gekookte rijst met een paar rauwe eitjes. Tegen een uur of vier werd naar Medan teruggereden. Feilloos stuurde de heer C. F. Bergman de Landrover langs, door en over de vaak hobbede-bobbel wegen van noord Sumatra. Voor ons was dit weer zo'n onverge telijke dag. Hartelijk bedankt heer en mevrouw Bergmann! G. H. Bartman Rectificatie Genealogie van Erpecum Willem Cornelis Akkersdjjk (112) werd niet geboren te Bandoeng, maar in Kaliwoengoe.. Hendrik van de Hengel (113. 2) werd niet te Weltevreden, maar te Buitenzorg geboren. Deze rectificaties op de tweede afleve ring van de genealogie van Erpecum (T.T. 15 oktober) werden ons verstrekt door Mevr. A. Akkerdijk-v.d. Hengel te Amsterdam. 20

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1971 | | pagina 20