TJALIE OVER DE TONG Dat Tjalie over de Tong Tong gaat, weet iedereen. Maar dat Tjalie ook vaak over de tong gaat, dat weten over het algemeen alleen de niet-abonnees van dit blad, tot de positieve vijanden van Tong Tong toe (die overigens zoals ik al vaak merkte, dit blad wél stiekum lezen). Er is een tijd geweest dat ook de Tong Tong zelf over de tong ging, maar die tijd schijnt nu definitief voorbij. Onze oudste lezers hebben die tijd gekend. In Indi'ë en over Indië is veel kwaad gesproken en kwaadwillig gelasterd. We hoeven maar te denken aan de vro me gezichten van de makers van "In disch ABC" om te weten dat kwaad sprekerij vaak geen grenzen kent. In dit artikel heeft Tjalie het over zichzelf. Maar het SOORT aantijgingen en ver dachtmakingen kent geloof ik iedere lezer. Het artikel verdient dus plaatsing als typisch Indische copy. Maak U niet bezorgd. Het is maar éénmaal in de zestien jaar! Dat wij ervan beschuldigd werden dat wij anti-Nederlands en pro-Soekarno waren, dat wij nu eens veel te veel Engels ge bruikten, dan weer dat we te Maleis waren en wat natuurlijk onvergeeflijk was: hele maal petjo. Toen we vrij veel over Amerika schreven, waren we pro-Yank. En toen Tjalie een paar studie artikelen schreef over modern China en Mao Tse Tung, waren we zelfs tot in Indonesië toe "communistisch". Dat laatste is gewoon geluidloos verdwe nen sinds na het op handen zijnde top-ge- sprek van Nixon en Mao, heel Amerika en Europa zich beijveren om beleefd en be wonderend te zijn tegenover het plotseling "ontdekt" Groot-China, dat zelfs niet eens meer totalitair wordt genoemd Alleen koloniaal en fascistisch zijn we nog, "whatever that might be" in de her senen van de beschuldigers, maar laat ons zeggen; MAG Tong Tong alsjeblieft een foutje hebben hier en daar? We hebben ons nooit verbeeld Onze Lieve Heer te zijn, zoals zoveel opiniebladen! Dat zijn feiten. Een ander feit is ook, dat Tong Tong al die aanvallen en beschuldigingen en ver dachtmakingen heeft overleefd en dat wij met een kern van ruim tienduizend lezers en lezeressen vrij constant gezond en sterk leven. Ook al omdat de pro-assimi- lanten in tien tot twintig jaren leven in Holland t.a.v. veel waarden haast tegen wil en dank wijzer geworden zijn en achteraf moeten toegeven, dat de Tong Tong altijd objectief is geweest en dat wij in onze critiek nooit anti-Nederlands waren, waar vooral kruiperige en stroopHkkerige ogen- dienaars zo beducht voor waren. Ons blad heeft een uitgesproken zwak voor Indonesië, maar elk mens, elk blad, heeft een bepaald zwak, en ons leven in Indonesië kende voorwaar té veel goede en wijze momenten om niet wat milder te denken over eventuele gebreken of fouten. Alleen mensen zonder hart zijn „objectief". Om het preciezer te zeggen: Tong Tong was menselijk vanaf de eerste dag van zijn bestaan, is het nu nog steeds en zal het blijven. Men verwachte van ons niet dat wij streven naar volmaaktheid, naar gaaf heid, naar perfectie, waar Hollandse bladen van alle soorten zo hoog van opgeven en waar zij eindeloos naar streven en nooit slagen! Tong Tong gaat over normale men senkinderen. Dus Tong Tong ook. Punt. Met de "aanvechtbare" moraliteiten van Tong Tong is het dus afgelopen, misschien ook omdat wel duidelijk blijkt uit het pers- nieuws van de laatste tijd dat de Neder landse maatschappij zélf op zóveel punten mank gaat (moord, roof, doodslag, brand stichting, aanranding, immoraliteit, aantas ting van alle vormen van gezag, uitbuiting van gastarbeiders en "krojokken" van gekleurde mensen, enz. enz.) dat de be schuldigingen aan onze Indische maatschap pij er gewoonweg bij in het niet zinken. God's molens malen langzaam, en wie toekijkt en zwijgt, wint de waarheid. Nu Tong Tong zelf haast niet meer over de tong gaat, heeft het stelling nemen tegen laster en verdachtmaking eigenlijk geen zin meer, maar aangezien Tjalie zelf óók over de tong gegaan is en dit blad min of meer vereenzelvigd is met Tjalie, moeten een paar onduidelijke punten worden belicht, ook al veroorzaken zij kwaadsprekerij onder niet-abonnees en dus buiten onze belang stelling staan. Ware het niet dat na ons (en na ons blad) zeker de woorden waar worden: "Please don't talk about me, when I'm gone" waarbij onschuldigen over de hekel gaan, zoals nu al bij enkele lage naturen mijn vrouw en kinderen in de schan de „delen" met mij. Laat ons kalm vast stellen dat al hebben wij nóg zoveel op met de Indische groep perfide naturen bij ons óók bestaan. En plenty! En laat ons eerlijk zijn: ook al zeggen wij nóg zo graag vroom "over de doden niets dan goeds", in wérkelijkheid gaat in pers en burgerlijke omgang menige dode nog steeds graag over de tong. We begrijpen dat daar niets aan te doen is, en ook NU zal ons schoon wassen van misverstanden niet helpen. Dat weten U en ik na zo'n lang leven wel uit ervaring: kwaadspreken gééft in werkelijkheid niet om waarheid, maar is een ziekte en 'n be smettelijke en hardnekkige ziekte daarbij, die valse aantijgingen maakt. De kwaad- spreker(ster) zal, als de ondeugdelijkheid bewezen is van beschuldigingen a, b en c, ijlings d, e, f, enz. verzinnen. Hij is als een slang, wiens giftanden zich steeds weer vullen zo lang hij leeft. Of als een schor pioen die er "gewoonweg niets aan kan doen" dat zijn angel altijd giftig blijft. Even als de slang en de schorpioen worden kwaadsprekers (-sters) geholpen door mimi- cri en verborgenheid: zij spreken over on schuldige onderwerpen en houden zich op in kleine kringetjes, waarin zij overigens vaak gedrongen worden omdat ze meer en meer geschuwd raken door ruimer denken de kringen. Maar telkens is er één woord dat ineens snel en giftig toeslaat, b.v. een woord "anti-Nederlands" of "communis tisch" Zowel voor heden als voor "na ons" is dit artikel een getuigenis "for the record", voor de vaststelling van feiten ook buiten onze Tong Tong kring. De praatjes over het blad betroffen (mogelijke) dwalingen of mo raliteiten van Tong Tong. De praatjes over Tjalie zijn uiteraard van een lager kwaliteit, materialistisch, zo men wil: hoe vaak heeft Tjalie zich vergrepen aan het geld van an deren of aan het blad (of de NV) zelf? Dit is zoals men weet de algemeenste en ge makkelijkste vorm van roddel. Want van centen denkt iedereen verstand te hebben. Deze praatjes dateren dus al vanaf de El Atabal tijd. Hoe schandalig heeft Tjalie met gelden van Tong Tong gewoekerd en heeft hij dus eigenlijk van de abonnees gestolen? Het antwoord is kort: geen cent van de NV is door mij misbruikt of gestolen. El Atabal is na mijn initiatief voor inte resse voor Spanje gebouwd door een N.V., Robigo (Robinson, Bish, Goofers), met een inbreng door iedere deelgenoot van 1/3 beginkapitaal. Totaal buiten de N.V. of gelden van het blad Tong Tong. Aange zien ik nooit van m'n leven een cent gehad heb (en vermoedelijk ook nooit zal hebben) kon mijn 1/3 aandeel alleen "in hard cash" worden opgebracht omdat er een vierde man werd geinteresseerd, de heer Van Eendenburg, die mij de helft van mijn aandeel leende in ruil voor de andere helft, zodat dus de figuur werd: 1/3 Bish, 1/3 Goofers, 1/6 Tjalie en 1/6 v. Eendenburg. Het plan liep goed, zodat de waarde van de aandelen steeg. Zodat toen ik uit de NV trad ik mijn schuld aan de heer van Eendenburg kon terugbetalen en zelf nog genoeg over had. Achteraf kan men zeggen dat ik best met het geld van Tong Tong had mogen speculeren, maar toen wij startten wisten wij niets zeker en dan waag je geen gokje met andermans geld. "As simple as that". Niks achterover gedrukt. Andere verdachtmaking: "Waar zijn de centen van het BON-Fonds gebleven? Ant woord: "Het BON-Fonds liep helaas zeer slecht, vermoedelijk omdat ons leven in Ne- derlad steeds rijker wordt en we geen be hoefte hadden aan het kweken van fondsen voor onszelf later. Toen door gebrek aan (en steeds wisselend) personeel inkrimping van de activiteiten van Tong Tong raad zaam was, werd op aandringen van Catala- ni (die het werk van chef de bureau in zijn eentje deed) het Fonds opgeheven. De abonnees die hun geld terug wilden hebben, werden opgeroepen om zulks aan ons op te geven. Wie aan Tong Tong overliet er een andere bestemming voor te vinden, kon ons dit schrijven. Er is niets aan welke strijkstok ook blijven kleven. Andere verdachtmaking: van het geld dat abonnees bijeen brachten voor een reis van Tjalie door Indonesië werd mooi weer ge speeld door een reis om de wereld en Indo nesië werd nauwelijks aangedaan. Deze on duidelijkheid verdwijnt grotendeels als men de globe bekijkt en inziet dat een reis Los Angeles (waar ik toen woonde) 1Den Haag Djakarta retour langer (en dus ook duurder) is dan een reis om ^fe wereld. Dus heb ik het laatste gekozen. Dat ik daarbij een groot aantal stopovers gemaakt heb, is iets wat iedere journalist zou doen. Het kostte niets extra's omdat ik óf bij vrienden logeerde óf in de goedkoopste hotels. Ook Indonesië had me letterlijk niets hoeven te 6

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1972 | | pagina 6