'Rode Visjes'' en Telor Troeboek Van Frieda Antonijsz-Michels kregen wij deze foto ter leen van het personeel van het Centraal informatie Bureau CBI) van het Rode Kruis te Batavia, gemaakt in 1946want (dacht ze) vele lezers zouden zo niet zichzelf, dan toch zeker menige schat terugvinden uit die woelige dagen vlak na de oorlog in Indie's hoofdstad, die toen al meer en meer Djakarta begon te heten. Bij onze eerste blik op de foto zagen we al direct twee oude bekenden: de heer en mevrouw Rieber (ex-VIOS!) en we wedden dat elke lezer wel een dichte of verre sobat vinden zal. Wat fris en jong ziet deze groep er uit en het wil er bij ons haast niet in dat deze vrolijke bende nu een kwart eeuw ouder geworden is! Als ik nog terugdenk aan die jaren vol ge vaar, toen er bijna geen dag voorbij ging dat we hoorden dat die of die gekidnapt was! Om nog te zwijgen van ellendiger nieuws. En toch togen we elke dag weer naar die krank zinnige "Pasar Atom" om voordeeltjes te bemachtigen uit geplunderde huizenhet leven begon zich te herstellen! Want veel immers is duldbaar, veel verlies herwinbaar en alle vernietiging overleef baar voor wie steeds opnieuw blijft geloven in een nieuwe toekomst. ELKE nieuwe toekomst. Zou U ook eens in een artikeltje op willen nemen, waarom in al Uw Indische gerechten nimmer aandacht wordt (werd) besteed aan 2 lekkernijen bij de rijsttafel, n.l. die rode kleine Makas- saarse visjes en telor-troeboek. Ook is het wel merkwaardig, dat deze beide artikelen hier in de Indische winkels niet verkrijgbaar zijn, niette genstaande het personeel er wel be kend mee is en er door 't publiek vaak naar gevraagd wordt. Worden door de verkoopsters deze verzoeken niet aan de eigenaar-inko per doorgegeven, óf wat is dan de reden, dat deze artikelen toch niet in gekocht worden? R. Nolen Zowel door Tong Tong als relaties van ons zijn pogingen ondernomen om "rode visjes" te importeren, maar ze schijnen in Makassar (of elders?) niet meer gemaakt te worden. De echte goede telor troeboek is zelfs voor ons, rijke europeanen, veel te duur en komt misschien daarom niet meer uit. Over beide heerlijkheden schrijft de En- cyclopaedie v. Bed. Indië het volgende: De Haringachtigen (Clupeidae) behoren tot de Malacopterygij (zie Vissen) en komen in talrijke soorten in de Indische Archipel voor. Chirocentrus dorab (Forsk.) is een lange slanke zilverkleurige vis, met scher pe buik, vanwaar de maleise baan Parang parang. Kleine haringsoorten van het ge slacht Spartelloides, zowel als ansjovissen van het geslacht Stolephorus, (Ikan teri), worden geconserveerd en tot de bekende "Makassaarse visjes" of "Rode visjes" (Ikan mérah) bereid, die als toespijs bij de rijsttafel een rol spelen. De eigenlijke ha ringen (Clupea) (Ikan tèmbang) komen in talrijke soorten op de vismarkten. Onder de elften is vooral Clupea (Alosa) macrura Blkr van betekenis (Mal.: Teroeboek) die het voorwerp van een belangrijke visserij aan de mond van enige rivieren van Suma tra, Borneo en Malakka is. De gedroogde en gezouten kuit komt onder de naam van "Telor Troeboek" of "telor ikan" (alg.vis kuit) in de handel. Onder de naam van Mata besar en Boe-boelan zijn grote haringen met lange aarsvin, van het geslacht Pellona bekend, die deels in zee, deels ook in rivieren voorkomen. Ansjovissen doen zich ook in vele soorten voor: die van het geslacht Setipinna zijn groot en kenbaar aan de verlengde stralen van de borstvin; zij ko men in brak en zoet water der grote Soen- da-eilanden voor. Engraulis mystax Bi. Schn. (Mal. Boeloe ajam) is een algemene soort: bij Engraulis setirostris (Brouss.) is de bovenkaak tot een ver naar achteren rei kend sabelvormig uitsteeksel, verlengd. Verwant met de haringen, waarvan zij ook het uiterlijk hebben, zijn de in het algemeen onder de inlandsen naam "bandeng" be kende vissoorten, w.o. Elops hawaiensis T. Regan, Megalops cyprinoides (Brouss.), Albula vuipes (L.) en Chanos chanos (Forsk.) De laatste soort wordt op grote schaal in visvijvers, o.a. in de lage streken ten Noorden van Batavia gekweekt. Het jonge broed wordt daartoe in zee gevan gen en in de ondiepe vijvers uitgezet, waarvan de waterstand door sluizen ge regeld wordt. Terwijl de dieren hier in brakwater leven, worden zij in de Preanger- Règentschappen ook in zoetwater gekweekt. Aan de Haringachtigen is ook verwant Notopterus (op Java: lopis), grote, bruin gekleurde, zijdelings afgeplatte, vissen met zeer kleine schubben, een zeer lange aars vin en korte rugvin uit het zoete water van Java, Sumatra, Borneo en Oost-Azië. Ook de Osteoglossidae, waartoe het geslacht Scleropages een soort uit het zoete water van Borneo en Sumatra en een andere uit de rivieren van Nieuw-Guinea en Australië behoort, zijn met de haringen verwant. UIT EEN BRIEF Lieve Lilian, Hartelijk bedankt voor alle goede gaven, overstelpend veel! Telkens krijg ik weer pak jes of brieven, heb haast geen tijd om alles te beantwoorden, had nooit op zoveel belang stelling en hulp gerekend! Ben druk bezig om de hele bibliotheek weer opnieuw op te bou wen, daar ik geen rakken meer heb voor al die boeken! C. Saptoedewo djl. Merdeka 54, flat 42 Bandung, Indonesia Dit bedankje delegeren wij aan alle goede gevers en geefsters die de zen dingen aan mevr. Saptoedewo mogelijk hebben gemaakt. We gaan gewoon door met kinderboeken, teken- en knutselmateriaal, tijdschriften etc. Stuur zelf of stuur naar Tong Tong. Als U niets te geven hebt, stuur ons een paar postzegels, alles is welkom, alle klein tjes maken grote dingen mogelijk! 17

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1972 | | pagina 17