DRIEWIELERS Bij de mijmeringen over "toen froeher" en "tempo doeloe" nemen de verschillende soorten van vervoersmiddelen in Indonesia een zeer belangrijke plaats in. Welk ander land heeft zo'n bonte verscheidenheid van voertuigen als Indonesia! Denken we slechts aan de sado's, kosongs, dokars, delemans, andongs en bendies bij de door paarden voortgetrokken voertuigen. Daarnaast de door "mankracht" voortbewogen vehikels van onze gewone sepeda en betjak tot aan de railfiets en lorrie. Wat de auto's betreft, ook hier was verscheidenheid genoeg van particuliere auto tot taxi, opelette,autobus en mini-taxi's in diverse grote steden. Halen we ons de uitbundige manier van reizen voor de geest als we met de trein of autobus reisden, elke reis anders, afwisselend, meer keus in lekkernijen op de diverse tussenstations! leder van ons heeft zo zijn dierbare her inneringen aan deze rij- en voertuigen, waarover men boekdelen zou kunnen schrij ven. Daarnaast waren er in de laatste jaren voor de oorlog ook nog de Demmo's, Ataxen, Amko's Masco's en Masca's, allemaal drie wielers waar ik nader op terug wil komen. Laten we deze mijmering toch beginnen bij onze fiets, die door ons, schooljongens, met de grootste toewijding werd onderhouden. Daar waren de verschillende soorten: de "doortrap", de "freewheel" en de "terug trap" met een 12, 16 of 18-tand achtergear. Het populairst was bij ons de 12-tand door trap, waarop wij, gekleed in tjelana monjet, als een ridder op zijn ros rondreden, mees tal staande op één pedaal: omhoog, om laag! De stand van het zadel was ook uiter mate belangrijk, de zadelpen naar voren of naar achteren gericht! En dan de verlichting, meestal hadden we midden op het stuur een bakelieten plaat met allerlei weerstanden, knoppen en scha kelaars en diverse verbindingsdraden naar de diverse lampen: vóór twee en nog een achterlicht of een lampje in de spaken. De ideale combinatie was bij ons een platte schijnwerper van het merk VT, op het stuur gemonteerd en die naar alle richtingen kon worden rondgedraaid en waarvan de brand puntsafstand kon worden geregeld en daar bij een Boschdynamo. Geweldig!! Voor de gelukkigen onder ons, middelbare scholieren, die in het bezit waren van een eigen motorfiets, was de zorg en toewijding voor dit bezit wellicht nog groter. Ach, herinneringen, dierbare herinneringen, die we altijd met ons zullen meedragen, waar we ons ook bevinden, geassimileerd of niet Maar zoals de titel aangeeft moeten we ons beperken tot driewielers en beginnen daar om met dé driewieler bij uitstek: de betjak. Veel is al geschreven over deze driewieler, die voornamelijk iets voor en de gehele periode na de oorlog het straatbeeld in Indonesia bepaalde, het vervoermiddel van de kleine man en diens barang. Ziet U in gedachten die betjak daar, ken nelijk op weg naar de pasar met op de zitbank de barang dagang hoog opgestapeld en weer daarbovenop de bibik pendjual met nog enkele bakuls en krandjangs in de hand. Het uitzicht voor de tukang betjak is natuurlijk geheel ontnomen, maar "heef neks", want iedere betjakbestuurder heeft een denkbeeldige periscoop of radar, on feilbaar, wharrr wharrr Relènèng kelènèng op één wiel door de bocht! Wie van ons denkt niet met weemoed terug aan derge lijke tafereeltjes? Doch ook menig romantisch moment be leefden we in de betjak, hebben we niet op mooie maannachten de auto thuisgelaten en zijn met moeder de vrouw in een betjak gestapt om zich zomaar te laten rondrijden en alle muizenissen uit het hoofd laten waaien! In Surabaia noemden we dat "puter kajun", zich doelloos laten rondrijden. Je gaf dan de betjakkerel de order langzaam te rijden en een pakje sigaretten. Hij, als mensenkenner, wist direct wat voor vlees hij in de kuip, in dit geval in de betjak, had. Met verliefde jonge paartjes zocht hij de donkere en eenzame dreven op, doch met ons reed hij langzaam over Tundjung- an, Kalias'in, Darmo e.d., zodat we nog wat van het stadsvertier zagen in het reeds stillerwordende Surabaia. Meestal kende hij ons wel, mij van de politie en later van de "pabrik sabun" en mijn vrouw van het Commissariaat der Nederlanden en ontstond een gesprek op pantunmanier: lèh loh lèh loh en begon hij te dongeng over de wederwaardigheden van de dag. Passeerde hij een restaurant, Matrais, Gar den e.d., dan minderde hij automatisch zijn vaart nog meer, de geuren van het eethuisje deden de rest! "Berhenti sebentar Bung!" Je "voelde" hem achter je rug glimlachen van hier tot gunter! Want terwijl wij in het restaurant zaten, kreeg hij ook zijn aandeel in de vorm van een portie tahu tjampur en kopi tubruk. Voor de oorlog, toen mijn vrouw en ik nog "aan de gang" waren en tot de categorie van romantische personen behoorden, re den we bij voorkeur in de kleine mini-taxi's, de Austins, Fords 10 PK, de Morissen, maar zochten dan uiteraard de meer afgelegen plaatsjes op: Seaside, de pier, de Douane- Close-up van een Demmo met de vakman bij uitstek: de Indonesische tukang" (Foto: Ali Imam) toren en meer bekende plekjes voor alle verliefde Surabaianen. Zo wekt het horen van Hoagy Carmichaels "Stardust" bij mij steeds de herinnering op aan Seaside bij volle maan, dansend met een van de mooiste meisjes van Surabaia, dat toen mijn meisje wassweet memories, maar we dwalen te ver af! "Puter Kajun" heeft in Surabaia ook nog een andere betekenis: Als men in een taxi, dokar, demmo of ander openbaar vervoer middel zat en men zei tegen de chauffeur of koetsier: "kiri" in plaats van "kère", dan wist hij meteen, dat je geen Arek Surobojo was en ging hij "poeter kajoon" m.a.w. probeerde hij door het maken van een extra omweg de ritprijs te verhogen! Om terug te keren tot de betjak, weet U, dat ik in 1952 na mijn afvloeing bij de politie met een Menadonese kennis van mij, genaamd Frits Ernan, de Perseroan Terbatas Usaha Dagang Teknik Indonesia in Sura baia heb opgericht. De afkorting luidde P. T. Udatin en volgens de laatste gegevens moet deze N.V. nu nog bestaan in Surabaia. Wij begonnen met het dealerschap van de Mobylette en Kreidlerbromfietsen, later gevolgd door de "Goliath" driewielers en lichte vrachtwagens, terwijl een assembly- plant voor de Borgwardautomobielen op het programma stond. Ook experimenteerden we met een gemo toriseerde betjak. In een bestaande betjak werd een JLOmotor ingebouwd net achter de passagierszitplaats. Hiertoe werd de lengteas van de betjak iets verlengd, waar voor een tussenstuk werd ingelast en na enig geexperimenteer om de juiste ge wichtsverdeling te vinden, konden we met de betjak proefrijden. Een proefrit werd georganiseerd op het voorerf van de Kepolisian Negara baha- gaian Lalu Lintas op Ngemplak. Technisch vonden de heren de betjak wel acceptabel, doch uit een verkeerstechnisch oogpunt konden ze zich niet verenigen met het denkbeeld, dat gemotoriseerde driewielers aan het snelverkeer zouden deelnemen. Vooral omdat slechts een gedeelte van de betjaks gemotoriseerd zou worden, zodat men een categorie snelbetjaks en een cate gorie normale betjaks zou krijgen, wat het algehele verkeersbeeld onoverzichtelijk zou maken. Ook de toenmalige Wali Kota heeft voor het kantoor van de Kota Madya (Gemeente) nog een kort ritje in deze betjak gemaakt. Maar ook de-Sarikat Buruh van de betjak voerders en de Bond van Betjakverhuur ders was tegen dit plan van motorisering, om begrijpelijke redenen overigens. Voor het besturen van een betjak bermotor was een rijbewijs nodig, terwijl de betjakbe stuurder in het algemeen behoorde tot de groep van analphabeten en ongeschoolde arbeiders voor wie het halen van een rijbewijs een te grote opgave zou zijn! Voprts zou het algemene volkskarakter van de 'betjak verloren gaan, allemaal dus re denen dat de gemotoriseerde betjak geen ingang kon vinden. De driewieler tweetakt auto, de "Goliath", die we toen importeerden, is evenmin een succes geworden. Onze concurrent was de importeur van de "Tempo", ook een twee- takt driewieler, die ons zelfs uitdaagde voor een race naar Sarangan, waar we echter nooit op zijn ingegaan omdat we wisten, dat de Goliath Serangan niet eens kon halen! Trouwens, ook in Europa zijn deze ondingen nooit een succes geworden, ik heb ze althans nooit zien rondrijden hier. De vierwielers met een grotermotorver mogen waren wel bruikbaar, doch konden 12

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1972 | | pagina 12