WERFT ABONNEE'S t uit dun smeedijzer; als men al over de no dige tactiek en verstand beschikt, is het zaak om z'n krachten en intelligentie samen te bundelen; 6. de olang-aling of beschutting, d.i. een onderdeel om af te schermen; de interpre tatie hiervoor is dat na de samenbundeling van krachten en intelligentie, ratio en ver stand, het resultaat van de arbeid ons al voor de geest zweeft zonder aling-aling (scherm), m.a.w. ons klaar voor de geest staat; 7. de ratjuk of het opgewipte voorstuk van de dissel, hetgeen in het Javaans geïnter preteerd wordt als ngarah sing putjuk of 't gemunt hebben op de top", m.a.w. hang je idealen zo hoog mogelijk aan de hemel op! Voor samenstellingen gaat men wederom te rade bij het Sanskriet en Oud-Javaans en vindt dan sapta voor "seven". De Sap- tamarga of "Zeven Wegen" van het leger is de Militaire Erecode welke in vertaling als volgt luidt; 1We zijn staatsburgers van de eenheids staat: de Republiek Indonesia welke geba seerd is op de Pantjasila; 2. We zijn Indo nesische onoverwinnelijke patriotten die verantwoordelijk zijn voor het steunen en verdedigen van de staatsideologie; 3. We zijn Indonesische krijgslieden die zijn toege wijd aan de Enige God en we verdedigen Eerlijkheid, Waarheid en Rechtvaardigheid; 4. We zijn soldaten van de strijdkrachten van de Republiek Indonesia en zijn de Be wakers van de Indonesische Staat en het Indonesische Volk; 5. We zijn soldaten van de strijdkrachten van de Republiek Indone sia en zijn flink gedisciplineerd, gehoorzaam en loyaal aan de leiding en we eerbiedigen het karakter en de eer van de soldaat; 6. We zijn soldaten van de strijdkrachten van de Republiek Indonesia en leggen de na druk op dapperheid bij de ten uitvoerleg ging van onze taak en we zijn steeds be reid ons toe te wijden aan de Staat en Na tie; 7. We zijn soldaten van de strijdkrach ten van de Republiek Indonesia, we zijn loyaal, houden aan onze belofte en vervul len de soldaten Eed. Wat het getal "acht" betreft, in het Indone sisch heeft men er de naam delapan aan ge geven, terwijl de Soendanezen dalapan en de Minang'kabauers salapan verkiezen. Om trent de achtergrond van dit getal kan het volgende worden opgemerkt. Als U wel eens in Indonesië bent geweest, zult U op de pasar (markt) mensen hebben kunnen horen spreken over, als ze het hebben over bijv. Rp. 97,50, seratus (Rupiah) KURANG seringgit of "(één) honderd (Rupiah) op een rijksdaalder na", m.a.w. men noemt het naastbijgelegen ronde getal en gaat dit dan verminderen met een ander getal. Het naastbijgelegen ronde getal voor delapan (acht) en sembilan (negen) is natuurlijk se- puluh (tien). Daarvandaan, dat de Indone sische voorouders spraken over "tien ver minderd met respectievelijk twee en een", indien ze het hadden over "acht" resp. "negen". Zo ontstond het woord delapan, hetgeen, op de keper beschouwd, een sa mentrekking is van dua alapan [letterlijk: twee wegnemingen (van tien)]; een syno niem voor alapan, eveneens in het Indone sisch, is ambilan (wegneming). Terloops, het Indonesische mengalap betekent afha len" (van vruchten van een boom, met een sengget, d.i. een lange staak met een haak eraan). In het Soendaas betekent ngaiap mantu, "tot schoonzoon nemen". Is het niet vreemd, dat de kokosnoot of klapper <in het Javaans heet k(a)lapa (van alap) of krambil (van ambil)? Voor samenstellingen grijpt men weer terug naar het Sanskriet en Oud-Javaans, waarbij asta (acht) op de proppen komt. Bekend zijn de woorden astagina met de betekenis sen van: 1. achtvoud; 2. achtzijdig en asta- brata, "acht (staatsmans) deugden". Sembiian komt van seambilan of satu am bilan, d.i. "één wegneming (van tien)". In het Atjehs ziet men hetzelfde verschijnsel; het woord voor "negen" is in die taal siku- reung; si sa satu; kureurg kurang; ergo, "één minder (dan tien)". Het oorspronkelijke telwoord voor_ "negen" is sia, hetgeen men nog terugvindt op Bali. Het Javaans heeft hiervoor sanga (spreek uit: songo). O.i. is dit identiek met sia, want voor bijv. si suami (de echtgenoot) kan men immers ook zeggen sang suami (sang is var) een hogere orde dan si), m.a.w. si a (sia) sang a (sanga). We vinden dit sanga terug in Wali Sanga of de "Negen Wali's", dat waren de eerste Apostelen of Heiligen, die de Islam op Java hebben verbreid. Deze waren: 1. Sunan (Ng)ampel (in Surabaja); 2. Sunan Djepara; 3 Sunan Giri of Raden Paku (in Gresik); 4. Sunan Deradjat (de zoon van Sunan (Ng)ampel); 5. Sunan Bo- nang of Makdum Ibrahim (in Tuban), 6. Su nan Kudus; 7 Sunan Demak of Raden Pa- tah; 8. Sunan Kalidjaga of Sunan Lepen en 9. Sunan Gunung Djati (in Tjirebon). Terloops, de titel van Sunr-n is nu de exclu sieve titel van de soeverein van Surakarta, ook wel gespeld Solo of Sala; zijn volle titel is: Ingkang Sinuhun Kangdjeng Susuhunan Pakubuwana Senapati Ingalaga Abdurrah man Sajidin Panatagama hetgeen betekent: "Hij wiens voeten we op ons Hoofd dragen, Soesoehoenan Spijker van het Heelal, Le geraanvoerder in de Oorlog, Dienaar van de Barmhartige, Heer en Regelaar van de Godsdienst". In samenstellingen alweer een Sanskriet/ Oud-Javaans woord, nl. nawa. Dit woord zijn we slechts tegengekomen in de samen stelling Nawaksara, d.i. de titel van de laatste redevoering gehouden door wijlen Soekarno in de Vierde Zitting van de MPRS (Madjelis Permusjawaratan Rakjat Semen- tara - Voorlopige Raad van Overleg van het Volk) op 22 juni 1966. Hij verklaarde 'in deze zitting dat, zoals gebruikelijk, vele van zijn redevoeringen Sanskritische benamingen dragen (ontleend via het Javaans). Soekarno heeft de bovenstaande redevoering Nawak sara gedoopt, omdat deze "negen (nawa) punten (aksara) inhield" (Zie: Berita Yudha, Djakarta, 23 juni 1966, p. 1). Eerder had Soekarno het voorstel van de hand gewezen om zijn speech Nawasabda te dopen, aangezien, althans volgens hem, net woord sabda (woord) een al te feoda- listisc'h karakter draagt. "Het is een woord daterende uit de dagen van soevereinen" (Vide: Angkaïan Bersendjata, Djakarta, 23 juni 1966, p. 1). Wat te zeggen van de woorden daterende uit diezelfde feodale tijd, wel'ke nu nog voorkomen in de Bahasa Indonesia, zoals gering (voor sakit ziek); bersemajam (voor tinggal wonen) in bijv. het spreekwoord dalam tubuh jang sehat bersemajam pikiran jang waras, letterlijk, "in een gezond lichaam woont een gezond verstand" of "mens sana in corpore sano"; barsabcla (voor berkaia spreken, zeg gen); mangkat (voor mati, meninggal sterven), enz., enz. De eerste vereiste voor degenen; die in se- clusie gaan ter meditatie is nutupi babahan hawa sanga of "het sluiten van de negen lichamelijke openingen", want de moderne psychologie Is van mening dat we geen 5 doch 9 zintuigen bezitten. Dit is dan ook de reden waarom de term nawindria of nawa- indria geschikter zou zijn dan de (bestaan de) term pantjaindria! Het getal voor "tien" is in het Indonesisch sepuluh, afgeleid van puluh dat "tiental" betekent, m.a.w. sepuluh staat voor satu puluh of "één tiental". In de andere streek talen wijkt dit getal niet veel af. Voor samenstellingen heeft men wederom z'n toevlucht genomen tot een Sanskriet/ Oud-Javaans woord, nl. dasa (tien). Voor "tienkamp" kent men het woord dasalomba en voor "decennium" heeft men dasawarsa gecreëerd. Tot slot het volgende: naast de Pantjasila kent men nog de Dasasila of "Tien Princi pes" van Bandoeng. De Eerste Azië-Afri'ka Conferentie, naderhand herdoopt in Afro- Azië Conferentie, welke was gehouden in Bandoeng van 18 tot 24 april 1955 op ini tiatief van de vijf mogendheden Indonesië, India, Ceylon, Pakistan en Birma, resul teerde in de formulering van enige principes die bekend staan onder de naam van Dasa sila Bandung. De formulering luidt als volgt: 1. Eerbied voor de fundamentele menselijke rechten en voor de doelstellingen en principes van het Handvest der Verenigde Naties; 2. Eerbied voor de soevereiniteit en territoriale integriteit van alle volkeren; 3. Erkenning van de gelijkheid van alle rassen en van de gelijkheid van alle volkeren groot en klein; 4. Non-interventie of inmenging in de inter ne aangelegenheden van een ander land; 5. Eerbied voor het recht van elke natie om zichzelf te verdedigen alleenlijk of col lectief, in overeenstemming met het Hand vest der Verenigde Naties; 6. a) Onthou ding van de gebruikmaking van de samen stelling van een collectieve verdediging welke zekere belangen dienen van de grote mogendheden; b) Onthouding van welke natie dan ook voor de uitoefening van druk op andere landen; 7. Het zich onthouden van daden of bedreigingen van agressie of van de aanwending van geweld tegen de territoriale integriteit of de politieke onaf hankelijkheid van enig land; 8. De schik king van alle internationale disputen langs vreedzame wegen, zoals d.m.v. onderhande lingen, verzoening, arbitrage of een gerech telijke schikking en d.m.v. andere vreed zame middelen naar de eigen keuze van de partijen, in overeenstemming met het Hand vest der Verenigde Naties; 9. De bevorde ring van wederzijdse belangen en een we derzijdse samenwerking; 10. Eerbied voor internationale rechtvaardigheid en verplich tingen. A. Ed. Sch'midgaH-Tellings.

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1972 | | pagina 9