Boeiende herinneringen aan een benarde tijd
In memoriam
dr. E. van Konijnenburg
15 jaar
PASAR MALAM
denhaag*
25 juni t/m 1 juli 1973
HOUTRUST HALLEN J*
Tekeningen en andere voorbeelden van kampvlijt zullen worden tentoongesteld.
De heer P. M. Adriaanse zendt ons
een circulaire - te lang om hem in
zijn geheel af te drukken - waaraan
wij het volgende ontlenen. Belang
stellenden kunnen zich met de heer
Adriaanse in verbinding stellen op
zijn adres: Cronenburg 134, Amster
dam, tel. 429203. Alle hulde voor dit
initiatief!
Enige tijd geleden riep ik de tussenkomst
in van de Indische Afdeling van het Rijks
instituut voor Oorlogsdocumentatie tot het
plaatsen van een oproep, o.m. in dit blad,
die als volgt luidde:
„Ter overweging van de mogelijkheid van
expositie wordt aan hen, die in het bezit
zijn van of gegevens kunnen verstrekken
over in de Indische kampen vervaardigde
voorwerpen van kunst of huisvlijt (teken-,
schilder-, houtsnijwerk, gereedschap, enz.),
verzocht hiervan mededeling te wilen doen
aan drs. R. de Bruin, Hoofd van de Indische
Afdeling van het Instituut voor Oorlogsdo
cumentatie, Prins Hendriklaan 28, Amster
dam".
De resultaten van deze oproep, leidden tot
een (nog niet geheel afgesloten) onderzoek
naar de bruikbaarheid van het aangemelde
voor het beoogde doel. De tijd lijkt nu wel
aangebroken voor wat uitvoerigere mede
delingen over deze zaak.
In de loop van het vorig jaar ontving de
ondergetekende, die in het voormalig Ne
derlands Indië werkzaam was als hoofd
ambtenaar bij het Binnenlands Bestuur en
gedurende de periode 1942-1946 in ver
schillende interneringskampen verbleef, van
de weduwe van een oud-kampgenoot een
verzoek om raad wat ze het beste kon doen
met een 50-tal tekeningen en aquarellen
door haar man van het dagelijks leven in de
kampen gemaakt. Afbeeldingen als deze
vormen eigenlijk de enige visuele documen
tatie van het leven der Nederlanders tijdens
de slotfase van hun bewind over het Oos
terse gebied en zijn als zodanig uit (cultuur-)
historisch oogpunt van groot belang.
Bij een andere oud-kampmakker bleek een
interessante collectie van ongeveer 100
aquarellen met zeer gevarieerde voorstel
lingen van het dagelijkse leven in de kam
pen aanwezig. Toen nu ook nog de oproep
een verzameling aan het licht bracht van
een 150 aquarellen en tekeningen eveneens
van zeer gevarieerde aard, o.m. omvattende
een boeiende reeks tekeningen van het
interieur der vrouwenkampen in de periode
na de "bevrijding" (sept 1945 t/m jan. 1946)
werd het duidelijk dat hier volop aanleiding
was om meer stelselmatig na te gaan:
a) wat op dit gebied elders nog voorhanden
is;
b) of het resultaat van het onderzoek de
inrichting van een bescheiden tentoon
stelling zou wettigen;
c) op welke wijze zou kunnen worden
voorkomen dat het nog aanwezige ma
teriaal op den duur verloren gaat.
Als gevolg van dit alles wordt nu beschikt
over een kern van materiaal die de ver
wachting wettigt, dat een te houden (rond
reizende) tentoonstelling een succes kan
worden. De gedachten gaan daarbij uit
naar een opzet die bestaat uit:
150 tekeningen en aquarellen van kamp
scènes, of zoveel minder als nodig is om
een boeiend niveau te handhaven;
bij wijze van contrasterende variant, om
streeks 30 bijzondere voorwerpen in de
kampen gemaakt of met het kampleven in
verband staande;
een verzameling ongeïdentificeerde mannen-
en jongensportretten, die bestemd waren
voor hun vrouwen of moeders buiten en die
bestemming toentertijd niet hebben bereikt,
maar nu, na identificatie, aan de afgebeelde
of zijn nabestaanden kunnen worden over
gedragen.
Het tot nu toe gehouden onderzoek wees
verder duidelijk uit dat op vele plaatsen en
bij veel personen over geheel Nederland
en daarbuiten verspreid nog heel wat zeer
goed bruikbaar materiaal voorhanden moet
zijn, vooral ook bij hen die in de kampen de
scheppingen van de tekenaars tegen geld
of etenswaar ruilden.
Daar het wel duidelijk is dat de kans op
succes van een tentoonstelling als deze
stijgt, naarmate het aantal inzenders groter
en gevarieerder wordt, moge hierbij op
allen die in het bezit zijn van afbeeldingen
of voorwerpen als hierbedoeld een beroep
worden gedaan daarvan aan de ondergete
kende melding te doen, liefst schriftelijk en
met omschrijving van wat men heeft, maar
desgewenst telefonisch.
GEGEVENS OVER TIJGRS IN INDONESIA GEVRAAGD
Er zijn op het ogenblik slechts weinig ge
gevens bekend, die een duidelijk beeld
geven omtrent het voorkomende aantal tij
gers en de gebieden waarin zij nog voorko
men in Indonesia. Vooral de Bali-tijger, waar
van men hoopt dat hij nog niet uitgestorven
is en de Java-tijger, nog enkele exemplaren
in Oost- en West Java voorkomen, verke
ren in een verontrustende situatie. Over de
aantallen en de plaatsen van voorkomen
van de Sumatra-tijger bestaat echter ook
veel onzekerheid.
Daarom is de Survival Service Commission
of the International Union for Conservation
of Nature and Natural Resources zeer ge
ïnteresseerd in gegevens omtrent het voor
komen van de tijger in het Verre Oosten en
dus met name ook in Indonesia.
Momenteel wordt door ondergetekende,
student tropische bosbouw aan de Land
bouwhogeschool te Wageningen, een litera
tuur- en bronnenonderzoek verricht om
meer informatie te verkrijgen over de tijger
in Indonesia.
Dit onderzoek vindt tevens plaats in het
kader van het "tijgerproject" van het We
reld Natuur Fonds Nederland. Daar bij dit
onderzoek ook vooral de vroegere situatie
belicht zal worden is het van belang dat
zoveel mogelijk gegevens van vroegere ja
ren verwerkt zullen worden.
Mocht u eventueel informatie bezitten over
de tijger, die al dan niet gepubliceerd is en
die van belang zou kunnen zijn om een
meer volledig overzicht over zijn vroegere
voorkomen te krijgen, dan zou ik er zeer
op prijs stellen indien u mij hiervan op de
hoogte zou willen stellen.
Voorts houd ik mij aanbevolen voor elke
aanwijzing of suggestie, die voor het onder
zoek van belang zou kunnen zijn.
Bij voorbaat mijn hartelijke dank voor
uw medewerking
L. Treep
afd. Natuurbehoud en Natuurbeheer
van de Landbouwhogeschool
Prinses Marijkeweg 15
Wageningen
De dood van dr. E. van Konijnenburg
(zie TT. van 15 februari j.l.) is in de
Nederlandse pers afgedaan met een
kort bericht dat enige biografische bij
zonderheden bevatte. In Indonesië is
er aanzienlijk ruimer aandacht aan ge
schonken en dat is des te opvallender
gezien het feit, dat de indonesische
bladen naar de omvang niet in de
schaduw kunnen staan van de neder-
landse. Zo verscheen in Kompas van
23 jan. en in Abadi van de 24e een zeer
uitvoerig artikel van de hand van mr.
Moh. Roem, bekend politicus, minister
en de eerste Hoge Commissaris van
Indonesië in Nederland. Mr. Roem be
sluit dit artikel met de woorden:
"Konijn, je had in Indonesië vele vrien
den, die je erg zullen missen. Ik denk
aan je als een oprecht vriend. Moge
God zich over je ontfermen". Welk een
wereld van goede wil ligt in deze woor
den van een Indonesiër over een Ne
derlander
RECTIFICATIES.
1. In het artikel "Het leven in een klei
ne garnizoensplaats van Gen.-Maj.
b.d. P. Scholten in T.T. no. 14 leze
men in de 2e kolom p. 14 i.p.v.
"Bandoeng" "Bandoengan".
2. De prijs van het boek van Maria
Wijngaard: "De niet verloren jaren"
(T.T. no. 15, pag. 17) bedraagt 7,
per stuk, incl. verzendkosten en niet
8,50. Te bestellen bij: Mevr. Tol,
Treublaan 1 B, Amersfoort, tel.
03490-16263. Het boekje is NIET
verkrijgbaar bij Boekh. Tong Tong.
'■W'up
Inlichtingen: stichting TONG TONG
Lange Voorhout 25b, Den Haag
\Jel(070) 64.52.49 en 18.05.85
3