"WERK; DOE JE PLICHT!"
Men mag zelfs achteraf deze behou
dende groepen geen kortzichtigheid
verwijten. Het leek er immers op alsof
de trage voortgang van de menselijke
rechten van de Indo langzaamaan toch
wel met succes bekroond zou worden.
Want de uitbreiding en consolidering
van het Nederlandse gezag maakte de
behoefte aan een steeds groter amb
tenarencorps steeds urgenter en dat
kon alleen als men de Indo's wat men
selijker ging bekijken (tot in de tweede
helft van de 19de eeuw spraken vele
Totoks over een Indo-huwelijk nog als
van een "hondenbruiloft" waar men
naar ging kijken als een soort kijk
spul!). Maar bovendien: het begon
langzamerhand te woelen in de Indo
nesische samenleving (PSSI, Boedi
Oetomo, enz. - Douwes Dekker) en
men hoopte een sterker "front" te
maken door Totok en Indo (zie in Z.
Amerika: Criollo en Mestizo) sterker
aaneen te binden.
Een letterlijk eeuwenoude droom: to
tale en geslaagde conformatie aan de
White Master, scheen spoedig werke
lijkheid te kunnen worden.
Dit betekende vóór alles: wees trouw
aan het Gezag, oftewel "Trouw aan
Rood-Wit-Blauw" gesierd door de O-
ranje wimpel. Deze loyaliteit aan de
Regering ("door dik en dun") en het
Oranjehuis is de grootste kracht ge
weest van de Indische burgerij - en in
zijn beste vorm ook zijn grootste
deugd. Het begon echter meer en meer
"in te krimpen" tot een volmaakt amb
tenaarschap met als enige drijfkracht:
het streven naar een perfecte condui
testaat en blanco strafregister. Daar
naast hield elke andere vorm van maat
schappelijke bewustheid en verant
woordelijkheid op.
Zoals mevr. Viets ons in alle oprecht
heid en naar waarheid schreef in de
openingsdiscussie van Tong Tong over
politiek: Ik ben opgevoed met het mot
to: werk; doe je plicht en eerbiedig de
adat en de hormat. Dat is jouw taak in
Indië"
Met zulk een beperkt burgerschaps
program móest de in Nederland geko
men Indischman wel in conflict komen
met de politiek. Maar moet hij zo zoet
jes aan toch wel leren inzien dat het
waar is wat Drs. G. L. Cleintuar schreef
in de Tong Tong van 1 april (pag. 6):
Het woord politiek wordt door
gaans te eenzijdig uitgelegd als:
het bedrijf van de politieke par
tijen. In feite is echter politiek:
iedere vormgeving aan een men
selijke samenleving, klein of
groot, actief of passief. Het heeft
iets, en zelfs heel veel, te maken
met onze specifiek menselijke
vrijheid, maar ook specifiek men
selijke verantwoordelijkheid, om
gestalte te geven aan de wereld
waarin wij leven.
MENGHUWELIK EN KOLONIALE
REGERING
In Indië had men echter alleen te ma
ken met de trouwe dienbaarheid aan
het gezag, dus zogezegd een "beperkt
burgerschap" dat helaas ongemerkt
in slaap begon te sukkelen in het
"devies": "leder voor zich en God voor
ons allen!" We hoefden en mochten
immers nergens over meepraten? Was
ons Onderwijs wel modern? Hoe was
onze positie tegenover het nabije bui
tenland (vooral China en Japan)? Zou
den b.v. de buitengewesten meer ont
plooid moeten worden? Enz., enz. Er
was geen wérkelijke zorg om niets en
alles ging toch vrij goed. "Boleh bilang
tevreden"
Helaas waren er twee vormen van de
door Cleintuar genoemde menselijke
verantwoordelijkheid, die "buiten de
boot" vielen en het waren de voor de
Indische samenleving juist allerbelang
rijkste: het menghuwelijk en de kolo
niale regeringsvorm. Onze absolute en
blinde gehoorzaamheid aan de Rege
ring zette ons namelijk al direct in een
scheve positie tegenover het Moeder
volk, dat wij in veel opzichten verra
den móesten. En onze echte of in de
verte aangetrouwde Indonesische fa
milie die wij vaak verloochenen moes
ten.
Het heeft Goddank aan zéér vele es
sentieel eerlijke mensen niet ontbro
ken, anders zou immers het Indische
begrip "boenglon-mentaliteit" niet ge
boren zijn. Want daarvan werd ieder
een beschuldigd die het op vele mo
menten verdom familie of vrien
den te verzaken. Helaas werd daar
door de uitgesproken lafaards het be
grip "boenglon" voor bedacht, dat een
onverdiende lasterlijke bijklank kreeg,
en helaas als een succesvolle chanta
ge duizenden en nog eens duizenden
mensen gedrongen heeft in een "voor
zichtige" of laffe positiebepaling.
En natuurlijk was de grootste Momoh
van het "Volmaakte Nederlanderschap"
de kwalificatie "anti-Nederlands". De
grootste schoft en onderkruiper kon
deze roep aanheffen en direct duizen
den meelopers achter zich aan krijgen!
Zelfs hier in Nederland, waar het be
grip "anti-Nederlands" gewoonweg ab
surd is. En nog steeds hebben vooral
politieke profiteurs hier handig gebruik
van gemaakt om (zoals altijd) te "ver-
delen-en-heersen" onder Indischgas-
ten.
Een ander kampioen-verdachtmaking,
waar 99 van de 100 Indischgasten blind
in geloofden was de aantijging: com
munist! Menige Indischman en Indone
siër is hierom ten onrechte verstoten
geraakt.
TWEE VERBIJSTERINGEN
De lezer begrijpt dat ik dit artikel hier
afbreken móet omdat het terrein zich
ontzaglijk veel verder uitstrekt en er
voor de lezer zelf genoeg zelfstandig
te ontdekken valt. Hij beseffe overi
gens dat dit "Indische cultuurpro
bleem" ook elders voorkomt waar
mengculturen bestaan, compleet met
dezelfde psychologische remmen, voet
angels en klemmen, maar ook met de
zelfde nieuwe horizonten!
Denk b.v. aan Latijns Amerika met zijn
zee van misverstanden (tot in ontzet
tende oorlogen toe!) op de grensge
bieden van Mestizo, Criollo (Totok-
generaties) en "Gringo" (Europees
"model"!). Hier is de (in Europa vaak
gehoonde Mestizo al lang op weg naar
totaal nieuwe literaire, psychologische
en filosofische denkterreinen rondom
zulke ideeën als de Eenzaamheid (So-
ledad) en Doolhof (Laberinto), precies
de twee grootste verbijsteringen van
de Indischman: de eenzaamheid waar
in hij door eindeloze verwerpingen en
verdenkingen is geraakt, en het laby
rinth van politieke, sociale en culturele
raadsels in Indië toen en Europa nu.
Nu denkt de Nederlander-van-hier wat
graag dat in vergelijking met het ver
foeilijke koloniale bestaan Holland met
zijn "open kaart spelende" politiek en
volle deelname voor iedereen een heer
lijk superieur bestaan biedt, maar wie
alleen al denkt aan de kabinets-crisis
en hoe zelfs de Nederlander daar niet
uit komt, beseft wel dat hier veel meer
"onzuivere koffie" moet zijn dan de
verkiezingsprogramma's willen doen
geloven!
Met 't leugenachtige en inconsequente
patroon van het "anti-kolonialisme"
van Nederland hebben wij al direct le
ren afrekenen door o.m. dat fantas
tische "Indisch ABC", dat alleen de
Indischman al direct heeft leren door
zien (met al zijn wérkelijke waarheden)
als een verzamelpot van moedwillige
verdraaiingen, verzwijgingen en over
drijvingen, waarbij niet naar begrip ge
zocht werd, maar naar omlaaghaling
en zelfverheerlijking. Wat wij desnoods
onze stroop-heiligen wel zouden willen
gunnèn, als het niet onmogelijk bleek
dit consequent en eerlijk te doen, om
dat zij wèl de oude (en soms dode)
kolonialen blijven aanvallen, maar wij
selijk hun mondje houden over oude
en nieuwe koloniale vriendjes. En daar
door blijven meewerken aan instand
houding van het veroordeelde kolonia
lisme door een legioen van nieuwe
machts-usurpators! Zoals Tjih terecht
klaagt: "Wie wil nou...!"
En dat is maar één voorbeeld. Maar
elke imposante aanspraak voor de TV
leert ons weer nieuwe dwaasheden en
verdraaiingen in de politiekhoe
erg moet het dan wel in de maatschap
pij zijn! Om die reden trekt de Indisch
man zich meer en meer terug uit aller
lei discussies: laat me maar met rust;
ik zal zelf mijn uitweg wel zoeken uit
deze doolhof!
Er is al zóveel toegezegd, beloofd en
gegarandeerd waar niets van terecht
gekomen is! Voor elke serieuze In
dischman is er maar één Leitmotiv: ge
loof niets meer, onderzoek zelf. In elk
geval met het eindeloze net van be
schuldigingen en verdachtmakingen is
er al zoveel troebels in het leven ge-
(lees verder pag. 8)
6