P VAMU NEDERLAND Vis pedis (heet) Kip pedis (heet) Vlees pedis (heet) Prijs 2,50 per bakje ABONNEE'S BB WERFT ABONNEES! (vervolg van pagina 9) gen ze zich, omdat ze te hebzuchtig of te amoureus waren, dan werden hun euveldaden met vele slagen om de arm aan de hogere instanties bekend ge maakt. Zij kregen ook meer te eten, dan de sobere Javanen, met name veel vlees, want de "vette hap", ofschoon schadelijk in het warme klimaat, is voor de eenvoudige Europeaan het toppunt van culinaire weelde. Wanneer de Soenan voor zijn Europese karos - een geschenk der Compagnie - een koetsier behoefde, dan kon hij geen Javaan voor dit ambt gebruiken. Die kon immers onmogelijk hoger (op de bok) dan de Vorst (in de koets) zitten Dat bleef zo tot 1941. Overigens was men bang voor de Belanda's. Zo vertelde mij mijn Javaan se leraar, dr. Poerbatjaraka, dat in Ja vaanse gezinnen de kleintjes naar bed werden gejaagd met het dreigement: Pas op, daar komt een Welanda ma- bok!" De Hollander was dus de boe man. Doch wanneer men zei: "Daar komt een wong Tjina", dan lachten de kinderen slechts. De sterkste toets voor het al of niet bestaan van rassenvooroordelen, is wel de rassenvermenging, die voor de rasfanatici een gruwel is. Vóór 1800 is deze kwestie in alle koloniën niet ac tueel. Het sterkst waren hierin de Ro maanse volkeren. De veroveraar van Mexico, de harde, brilliante Cortez, zou nimmer geslaagd zijn, als hij niet de hulp ener echte Mexicaanse dona Marina had gehad, die hem met méér dan goede aanwijzingen van dienst was. Het verst gaan hierin de Franse kolonisten. Zelfs de Engelsen schuw den, toen zij de grondslagen voor hun Indisch imperium legden, allerminst de omgang met de Indische schonen. Ook de Kaapkolonie had vóór 1800 een zéér gemengde bevolking. En wat ons Indië betreft, de huwelijken met Inheemse vrouwen werden eertijds wel niet be paald aangemoedigd, doch zij waren zeker niet verboden, werden in elk ge val verkozen boven een wilde sexuele omgang of een huwelijk boven de puthaak. Vooral Coen was sterk voor trouwen wanneer er eenmaal "vlese lijke conversatie" had plaats gehad Hoe weinig gewicht de huidskleur in de schaal legde bewijst wel het feit, dat de oudste, trouwste en meest ge waardeerde bondgenoten der Neder landers de donker getinte Ambonnezen waren, terwijl men het lang niet altijd op de lichtbruine Javanen begrepen had. Er is helaas een droevige uitzondering op de regel der gemoedelijke omgang tussen Europeanen en Aziaten, de el lendige Chinezenmoord van 1740. On getwijfeld heeft bij dit drama een tot dusverre sluimerend rasseninstinct een zekere noodlottige rol gespeeld. De felheid, waarmede is opgetreden, maakt dit waarschijnlijk. Doch ook andere factoren hebben een rol gespeeld, b.v. het zelfbewuste, en soms dreigende Wateringen, Telefoon 01742-32 80 De Boogie-Woogie is onze serie diepvries kant en klaar gerechten. Wij beginnen met: 10 optreden der Chinezen, waarvan zeker sommigen een grotere rol op Java wensten te spelen dan die van een voudige handelaars en handwerkslie den. Ook de slechte naam, die enkele Chinezen zich als geldschieters ver worven hadden, kan invloed gehad hebben. Verder de paniek, waardoor de gehele niet-Chinese bevolking van Batavia tijdelijk werd beheerst, waar door zelfs de Hoge Regering zich even liet meeslepen. Het ellendige resultaat is bekend: duizenden doden, van wie de meesten onschuldigen. Tot bezin ning gekomen, heeft de Hoge Regering deze wandaden ernstig betreurd, de verantwoordelijke leidslieden vervolgd en bestraft, en ter voorkoming van een herhaling, in Batavia en elders Chinese kampen" opgericht, waarin de Chine zen tot het begin dezer eeuw moesten vertoeven. Merkwaardig is, dat na de relletjes tegen de gastarbeiders in Rotterdam afzonderlijke woonplaatsen voor Tur ken, Marokkanen, Grieken enz. zijn overwogen, dus ook hier "apartheid". Een schrale troost is, dat in Manilha zelfs twee maal een Chinezenmoord heeft plaats gevonden. De gebeurte nissen te Batavia van 1740 mogen we dus gerust tot de uitzonderingen reke nen, die de regel bevestigen. Nu is het eigenaardig, dat men bij het nagaan der onderlinge verhoudingen in de Compagniestijd, opeens de toe stand herkent, die er ook in onze In dische jaren bestond. Er heerste lang niet altijd een engelachtige harmonie, maar er bestond zeker géén rassen haat. Die is enigszins aangewakkerd in de Japanse tijd, doch blijkbaar zonder blijvend gevolg. Een mijner kennissen ontmoette na de bevrijding een oude Javaanse vriend, die hem o.m. ironisch vertelde, dat hij van de Japanse autori teiten zo veel kwaad over de Belanda's had gehoord, als hij daarvóór nooit gehoord of gezien had. Slechts éénmaal heb ik in een gevan genenkamp een Europeaan ontmoet, diè ronduit verklaarde, alle Javanen te haten. Hij was n.l. inspecteur der pand huizen, zodat hij alle gelegenheid had, om de schaduwzijden van het Javaanse karakter op te merken. Doch zijn hou ding van blinde haat en verachting werd door zijn superieuren allesbe halve gewaardeerd en zou zijn verdere carrière zeker ongunstig beinvloed heb ben. Dit was echter een hoge uitzon dering. De Regering was er door haar toezicht ernstig op uit, om de harmonie tussen de verschillende volksdelen te bevor deren, óók in de pers. Men herinnert zich, hoe fel de Regering tegen "haat zaaien" gekant was. Het komt mij voor, dat déze wijze om met elkaar om te gaan, reeds in de Com pagniestijd geleerd was. Toen had men zich deze manier van met elkaar te leven eigen gemaakt en was daarmede ook na 1800 rustig doorgegaan. Er bestond in Indië dus helemaal niet zo'n verhouding tussen de verschil lende volksdelen als b.v. in Zuid-Afrika, zoals sommige progressieve lieden niet altijd opzettelijk suggereren. Zuid-Afri ka heeft zijn bijzondere geschiedenis en zijn eigenaardige problemen gehad, die sterk verschillen van die in de Ar chipel. Misschien mogen we daarom de geest driftige begroeting onzer Koningin in Indonesië bij haar bezoek beschouwen als een terugkeer naar de "normale verhoudingen" van vóór de komst der Japanners, waardoor alle narigheid van onvervulde nationale wensen uit de bezettingstijd en van de politionele acties op de achtergrond geraakten.

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1973 | | pagina 10