Fonteijn Co -
Bandung een eeuw geleden
Nog eens: Pasaoeran
i? ik
Vlamingstraat 5, Den Haag, Tel. 46 46 47
v/h te DJOKJA
GOUDEN
schakelarmbanden
krintjing
slangen
colliers
(6 tot 10Ogr.)
toesoek konde
peniti kabaja
van 22 karaats goud
22 Karaats verlovingsringen
BRILJANTEN
markiesringen
hangers
oorknoppen
gezet in
22 karaats goud
MIDO
polshorloges
SEBELAH ROTAN ARMBANDEN VAN 24 KRTS GOUD (mas kertas)
TJITJAK broches in 22 KARAAT goud in étui 110,— franco huis.
Wie thans Bandung bezoekt,
komt met 'n tegenstrijdige indruk
thuis. Het centrum - Braga, Grote
Postweg - is duidelijk in verval,
ofschoon twee monumenten uit
het verleden, namelijk de beide
grote hotels, Savoy-Homan en
Preanger, kennelijk in bloeiende
staat verkeren. Dank zij het toe
ristenverkeer, waarvan Bandung
een der trefpunten is - heerlijk
.klimaat na het pufferig warme
Jakarta, veel natuurschoon, toch
tje naar de Prahu, u weet wel;
een goedlachse bevolking, die de
reiziger met de van ouds ver
trouwde vriendelijkheid tegemoet
treedt. Een bezoek aan Tjiumbu-
luit mag aanbevolen worden:
daar huist de internationale kolo
nie en zij heeft er een prachtige
sociëteit, zo als we er in Indo
nesië geen hebben aangetroffen.
Hoe zag de hoofdstad van Prian-
gan er een eeuw geleden uit?
Grasduinend in oude knipsels
vonden wij een oud schetsje van
1938 uit het orgaan van de Ver-
eeniging "Bandoeng vooruit",
waarin een kennelijk toen toch
ook al bedaagde inwoner van de
stad verhaalt van de toestand,
zo als die zich een eeuw geleden
deed kennen. Wij laten hem gaar
ne aan het woord (de oude spel
ling is gehandhaafd).
"Toen wij in 1874 te Bandoeng kwamen,
aldus R.T. in het orgaan van de ver-
eeniging „Bandoeng Vooruit", was
Bandoeng een binnenplaatsje met zes
a zeven steenen gebouwen! Dat waren
het residentiehuis, Gedong Kapah -
tegenwoordig gemeentehuis - waar
toen de directeur van de Gouverne-
ments Kinacultuur, Bernelot Moens,
woonde. Dan het hotel van Moeder
Hoenoer, waar nu het belastingkantoor
is. Waar het perceptiekantoor is, stond
de pradjoerits kazerne, met adjudant
Pfeier als commandant.
Langs de wegen Pasar Baroe, Grooten
Postweg, Bragaweg - vroeger „Peda-
tieweg" genaamd - stonden enkele
warongs van bamboe met atap. De
grootere huizen er tusschen werden
gehuurd door Europeanen, meest amb
tenaren en gepensionneerden. De Eu
ropeanen woonden hoofdzakelijk aan
den tegenwoordigen Bragaweg, Nari-
panweg. Enkele aan den Grooten Post
weg en op Tjitjendo. Waar het station
S.S. nu staat en Kebon Kawoeng tot
aan den weg ten Westen van den resi
dent incluis de kininefabriek was alles
sawah.
Kebon Kawoeng was een speculatie
poging van een paar lui, die daar dui
zenden kawoeng - aren - boomen gin
gen planten in de hoop op 'n groote af
koopsom, omdat men verwachtte, dat
daar 't station zou komen. In dien tijd
had men te Bandoeng twee toko's, een
van den heer Loheyde, waar nu Hotel
Preanger staat, en later toko en hotel
Thiem, en een toko tevens broodbak
kerij van Oey Bouw Hoen.
De Chineesche gemeente bestond uit
vijf a zes gezinnen, o.w. Tamblong, een
timmerman, aan wiens naam nu nog
die van een straat is verbonden.
Door de moeilijke communicatie met
andere groote plaatsen had er bijna
geen vervoer van producten plaats, al
les moest per koelie of grobak en was
dus kostbaar. De levensstandaard was
heel laag, rijst 2,50 per picol, aard
appelen f 3,tot 3,50, eieren per
tien stuks 10 tot 15 cent, karbouwen-
vleesch 20 tot 25 cent per kati.
Sado's en deelemans reden er niet
rond, zooals thans. Er waren een paar
karreverhuurderijen, en als men een
voertuig noodig had, moest men het
vooruit bestellen. De reis naar Batavia
was een dure en vermoeiende grap en
als het niet hoog noodig was ging men
niet.
Dit geschiedde per groote reiswagen
met postpaarden. De eerste dag per
karballon naar Tjiandjoer 20, de
tweede dag Tjiandjoer-Buitenzorg 20,
van Buitenzorg per trein naar Batavia.
Ook kon men gaan met de postkar,
een kist op twee wielen, zonder kap,
bij vooruitaanvraag aan het postkan
toor, tegen 20 cent per paal, dus
16,20 tot Buitenzorg.
Na 1880 kwamen zich meer Europee-
sche en Chineesche zakenlui en nering
doenden te Bandoeng vestigen. Zoo
groeide Bandoeng, en na opening van
de spoorlijn naar Buitenzorg ging het
crescendo. Na 1900 begon men een
beetje met grondspeculatie, die ge
durende de oorlogsjaren (1914-' 18)
haar toppunt bereikte."
De naam: "Pasaoeran" in TT No. 22 is
juist. Het plaatsje ligt inderdaad aan de
westkust van Bantam (West-Java). Hier
stond in 1928 en daarna een huisje van
bilik, dat diende als uitkijkpost op de
angstwekkende werking van de Anak
Krakatau, die ik van hieruit heb mogen
aanschouwen. De uitgestoten rookwol
ken bereikten toen wel een hoogte van
800 a 900 meter.
Dit gebeurde tijdens een autotocht in
1929 georganiseerd door de heer Tan
Tek Hay, eigenaar van twee rubber
ondernemingen in het Bantamse. We
gingen vanuit Bogor via Dramaga,
Tjampea, Leuwiliang, Bolang, Djasinga
en zo in Bantam langs Rangkasbitoeng,
Pandeglang en verder langs de kust
over Laboean en Anjer met de vuur
toren. Tussen de laatste twee plaatsen
ligt Pasaoeran. Op het strand daar lag
er puimsteen voor het oprapen. De
tocht ging verder over de hoofdplaats
van Bantam, Serang, een onbeduidend
plaatsje, via Tangerang naar Glodok
(Batavia) met als eindstation het Chi
nees restaurant Tay Tong.
Hier hebben wij ons tegoed gedaan aan
de krokant gebraden kulit bebek (de
huid van de eend), een delicatesse om
nooit te vergeten. Dan nog de Chinese
soep Djoan Lo, warm opgediend in een
ijzeren pot op een vuurtje, met een
schaal heel dun gefileerde rauwe ka-
kap, die je stuk voor stuk tussen de
bekende eetstokjes in de warme soep
stopte en verder met een lepel van het
nat, al kauwende door je keelgat liet
glijden. Heerlijk en heel anders dan het
gehengel met de groene haring, met
reuk en met ui. En zonder mondspoe-
ling en handenwassen erna.
Na al die lekkere hapjes gingen we
weer Bogorwaarts.
Abonnee
11