Nederland - Perzië Een Episode Van 350 Jaar iSkadowmen ojf Cïïlatayóia Ter gelegenheid van het feit dat het dit jaar 350 jaar geleden is dat de V.O.C. haar eerste betrekkingen aan knoopte met Perzië, plaatsen wij hier onder een artikel van de hand van de Heer G. A. Schotel dat een overzicht bevat van drie- en een halve eeuw Ne derlands-Perzische betrekkingen. - Red. Dat de activiteiten van onze 17de eeuwse voorouders zich veel verder uitstrekten dan het gebied van het tegenwoordige Indonesië is over het algemeen wel be kend maar van de geschiedenis daarvan is men meestal niet of weinig op de hoogte. Een relaas van die activiteiten in en om de Perzische Golf is daarom nu misschien wel op zijn plaats. Op 16 juni j.l. werd door onze Ambas sadeur in Iran, P. Renardel de Lavalette (in Malang een zeer bekende naam) te Teheran een groot tuinfeest gegeven voor een 1500 genodigden ter herden king van het feit dat precies 350 jaar geleden Opper-Koopman van de V.O. C., Hubert de Visnich in de toen nieuwe haven van Bandar Abbas voet aan wal zette, doorreisde naar de toenmalige hoofdstad van Perzië, Esfahan en zijn geloofsbrieven overhandigde aan Shah Abbas de Grote (1587 - 1629) van de destijds aan de macht zijnde Safaviden- dynastie. Dit was het begin van een zeer snelle en gunstige ontwikkeling der betrek kingen tussen Perzië en de Republiek der Verenigde Nederlanden op com mercieel en cultureel gebied. Factorijen werden gesticht te Bandar Abbas, Es fahan en talrijke andere plaatsen in het binnenland en langs de kust. Al gauw hadden de Nederlanders hun Engelse en Franse concurrenten overvleugeld en zij verkregen nagenoeg een mono polie in de zijde- en tapijtenhandel. Op verzoek van Shah Abbas verdreven zij de Portugezen uit het aan de over zijde van de Perzische Golf liggende Muscat. Merkwaardig is de belangrijke rol die een aantal Nederlandse schilders speelde. Jan Lucasz. van Hasselt werd in 1626 door Shah Abbas naar Neder land gezonden ter begeleiding van de eerste Perzische Ambassadeur bij het hof van Prins Frederik Hendrik, Musa Beg. Andere bekende schilders waren Phi lips Angel, Cornelis Dapper en Cornelis de Bruin. Laatstgenoemde schilderde o.m. een zeer geslaagd portret van Shah Sultan Hussayn (1694- 1722), de laatste effectieve heerser der Safavi- den-dynastie. Onze eerste Ambassadeur, de Visnich kwam echter treurig aan zijn eind. Tij dens een overlandreis per karavaan naar Europa werd hij bij Aleppo door bandieten vermoord. Na de Afghaanse invasie in Perzië (1722) moest de Ne derlandse Factorij in het belegerde Bandar Abbas worden gesloten en verplaatste het zwaartepunt der ge slonken Nederlandse handel zich naar Basra dat toen in Turkse handen was. Ongelukkigerwijs kreeg de vertegen woordiger der V.O.C-, Baron von Knip- hausen teveel belangstelling voor een aanvallige jongedame die ook de aan dacht van de Turkse Gouverneur had getrokken. Ergo exit V.O.C. uit Basra. Maar von Kniphausen was een avon tuurlijk man en niet voor één gat te vangen. Promp bezette hij Kharg eiland en blokkeerde daarmee de uitgang van Basrah naar zee, de Shatt-el-Arab. Onder Nederlands gezag kwam Kharg tot zeer grote bloei, waaraan echter een zeer plotseling eind werd gemaakt toen de Perzische roverhoofdman, Mir Mohanna van het op het vasteland gelegen Bandar Rig, door een krijgslist het eiland wist te bezetten. Er zijn nog talrijke sporen van de Nederlandse bezetting op Kharg te vinden. Het ei land is sinds een 15-tal jaren tot nieuwe bloei gekomen als een der voornaamste laadplaatsen voor mammoethtankers in de wereld. Nederlandse aannemers en baggerbedrijven hebben aan die re cente ontwikkeling meegeholpen. Na het verlies van Kharg vestigden de Nederlanders zich in Bushehr maar konden het niet bolwerken tegen de Engelsen die daar reeds vaste voet hadden. En zo kwam er geruime tijd een dieptepunt in de Nederlands-Per zische betrekkingen. Perzië zelf ging onder de Khajaren- dynastie (1795-1925) een tijd van ach teruitgang en diep verval tegemoet. Maar met het optreden der Pahlevi- dynastie met als eerste vorst Reza Shah (1925- 1942) begon een nieuwe periode van bloei. En van Nederlandse activiteiten. Dit zette zich na afloop van de 2de wereldoorlog in versterkte mate voort onder het bewind van de huidige vorst, Mohammad Reza Shah. Zo werden een vijftal jaren geleden de beide havens, Bandar Abbas en Bushehr die volkomen in verval waren geraakt geheel herbouwd volgens een plan van Prof. Ir. A. Segond von Ban- chet en onder toezicht van het Neder landse ingenieursbureau Nedeco. Talrijke Nederlandse firma's gingen joint-ventures aan met Perzische part ners en het gevolg daarvan is de aan wezigheid van een kleine 1000 Neder landers in Teheran. En nu zullen van 23 tot 28 juli een tweetal Nederlandse oorlogsbodems, Dit las ik in een TV-gids, om precies te zijn, begin augustus 1972 tijdens mijn verblijf in Glendora - onderdeel van de agglomeratie Los Angeles. Waaraan denk je, als je zo iets leest? Geheim zinnig rondsluipende figuren in de tro pennacht, geheime genootschappen, elkaar op leven en dood bevechtend met moorden, stille kracht en wat al niet. Bovendien was dit een uitzending van een der weinige non-commercial channels, bekend om natuurfilms, do cumentaires, etc. Dus: TV aan. Het begint met een vrolijk zonnig ta fereel in de rijstvelden van Malaya, vrouwen wuiven enthousiast naar en kele passerende trucks, van waar uit muziek klinkt, die je doet denken aan de bekende muzikale rondritjes door een Indische kotta als reclame voor stamboel. De trucks stoppen in 'n dorp, overal blije gezichten, vooral van de jeugd. Mannen stappen uit en slaan op efficiente wijze een verhoogde toneel- loods (panggoeng) op. Daarbinnen wordt een grote pisangstam vlak voor het "voetlicht" gelegd en dan zie je close ups van een ernstige oudere man heel voorzichtig uit een kist néé, tochja tocheen ris wa jangpoppen halend en ze reverent in de pisangstam prikken. Nou snap je de titel. Wajang bajang schim, schaduw SHADOW. En de hele troep, waaronder een simpel ga melan orkestje van vier man, heten nu SHADOWMEN. Misleidend, nietwaar? Enfin, de dalang brengt een reukoffer, vergezeld van gebeden en midden op de dag begint de vertoning. En de nontonners enthousiast, nee maar! Naar mijn mening kunnen ze' in zo'n korte tijd nooit een voorstelling van een hele nacht of nachten geven, maar wel spannende fragmenten, gelardeerd met komische scenes en (net als de badoet Stamboel) moppen, waarom ie dereen lacht. Vrij laat in de middag is het uit en dan is het ook: Inpakken en wegwezen. De toeschouwers kenden of herkenden de wajangfiguren, leefden allen echt mee en zogezien is zo'n troep reizende Shadowmen een wel kome afwisseling in hun simpel be staan. V. N. Moens de Limburg en de van Galen de nieuwe haven van Badar Abbas aandoen en daarmede relief geven aan de reeds op velerlei gebied uitstekende Perzisch -Nederlandse samenwerking. G. A. SCHOTEL 16

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1973 | | pagina 16