VERGETEN HELDEN HERINNERING tot Betalen Probeer gelukkig te zijn met MINDER TERUGDENKEN AAN 15 AUGUSTUS 1945 Sommige lezers van "Tong Tong" zul len zich uit hun schooljaren nog het verhaal herinneren over een zekere Jan Jansen. Hij had z'n hele leven voor zijn kinderen geslaafd en gezwoegd. Toen hij niet meer kon, trok hij eerst bij de oudste in, maar werd al spoedig daar te veel. Bij nummer twee tot ne gen ging het al niet veel beter en bij nummer tien vertelde een van de kleinkinderen hem, dat vader had ge zegd, dat hij veel te lang geleefd had. Dat was te veel en Jan Jansen blies de laatste adem uit. Het motto boven het gedicht (het was op rijm) was: Eer brengt een arme vader tien kleine kinderen groot, dan dat tien rijke kin deren hem koesteren in den nood. Ik weet niet, waarom dit gedicht mij te binnen schoot, toen ik begon, dit ver haal uit de tijd van mijn krijgsgevan genschap op te tekenen. Misschien, om een idee te geven van het milieu, waaruit deze Jan Jansen, die van mijn verhaal, en ik zijn voortgekomen. Een groepje Nederlandse soldaten had weten te ontkomen uit Singapore, en was afgezet in Biliton. Vandaar zou een K.P.M.er ze naar Java brengen. Singapore was gevallen en vijandelijke duikboten hadden al vele koopvaar ders tot zinken gebracht. Toch voer een schip met burgers, vrouwen, kinde ren en soldaten de haven van Tand- joeng Pandan uit. Het werd prompt in de grond geboord. Enkele leden van de inlandse bemanning wisten een boot te water te krijgen. Ze pikten een stuk of wat drenkelingen op, waaronder on ze Jan Jansen, en voeren ongehinderd weg. Een burger in de boot was zwaar gewond. Hij hield een prachtrede over vrijheid, koningin en vaderland, legde het hoofd neer en stierf. Dit werkte erg depri merend op de moraal van de mensen in de boot. Degenen, die roeiden leg den de riemen neer. Een begon met een mes een gat te boren in de bo dem. Er werd gemompeld: Satoe mati, sama sekali mati. Niemand van de mensen in de boot deed er iets tegen; moedeloos liet iedereen alles maar begaan. ledereen, behalve Jan Jansen. Hij pakte een riem, gaf de boorder een klap op z'n kop, dat hij meteen van het slechte van zijn daad overtuigd was, haakte de riem in de pin en schreeuwde: "Roeien." Men schrok. De riemen plas ten weer in het water. Met een paar van de flinksten begon Jan Jansen te organiseren. Hoeveel zoet water is er in de boot? Hoeveel eetwaren? Heeft iemand droge lucifers? Is er een kom pas? Wie weet, hoe het te gebruiken? Waar willen we naar toe? Hoe moeten we er komen, langs de kust of zoveel mogelijk over de open zee? Langzamerhand kreeg hij de loyale medewerking van allen. Men besloot te trachten, Tandjong Priok te bereiken, en zoveel mogelijk het land te ont wijken. Als er gunstige wind was werd van een paar riemen en kledingstuk ken een zeil gefabriekt. Men loste el kaar af aan de riemen. Het was west moesson en het regende af en toe flink. Gebrek aan drinkwater was dus niet te vrezen. Anders stond het met de voeding. Men schatte de reis op minstens tien dagen en rekende op twintig. Een rantsoensysteem werd op gesteld. Degenen, die zich fit genoeg voelden om te roeien, moesten meer eten, dan de anderen. Een roker had droge lucifers, maar er moest zuinig mee omgesprongen worden. Er zijn, sinds ik het verhaal hoorde, meer dan vijfentwintig jaar verlopen. Er is in die tussentijd zoveel gebeurd met mij en mijn familie, dat ik niet meer weet, hoe ze het klaarspeelden. Jan Jansen zelf was niet erg mededeel zaam en zijn kameraden hadden het verhaal ook pas uit de tweede hand. Ik heb sinds mijn tijd als krijgsge vangene in Tjimahi niets meer van hem gehoord. Mogelijk, dat een van de lezers van "Tong Tong" meer van deze geschiedenis weet. Ze had in zoverre een gelukkig einde, dat de boot Tand jong Priok bereikte voor de overgave. Jan Jansen had verwacht, dat hij door zijn kameraden met de muziek voorop naar het paleis zou worden gebracht en door de G.G. of minstens door een generaal ontvangen. Och arme, eind Februari 1942 had men het in Batavia veel te druk met andere dingen, om enige aandacht te schenken aan een boot met schipbreukelingen onder commando van maar een soldaat. Zelfs ,een paar pisanschillen voor korporaals- strepen waren er voor Jan Jansen niet bij. J. H. Oderkerk Vanwege de hoge kosten en de kleinheid van ons bedrijf kunnen wij geen automatische giro-ac- ceptkaarten rondsturen wanneer het voor U tijd wordt om te be talen. Wij doen een beroep op uw eigen verantwoordelijkheid en welwillendheid ieder kwartaal, halfjaar of jaar aan het abonne mentsgeld voor Tong Tong te denken. Voor deze medewerking van het grootste deel van onze abonnee's niets dan dankbaar heid en lof! Er zijn natuurlijk nog lezers die vergeten te betalen en aan hen sturen wij voortaan na een maand een herinneringsgiro. Tot nog toe hebben wij vaak langer dan een kwartaal gewacht, maar wij moe ten thans de teugels van het administratieve beleid iets strak ker houden, omdat anders de achterstand te groot wordt en wij dan voor de 2e maal een herinnering moeten uitsturen. Dit kost tijd en dure portokosten! Dus: bent U achter met betalen, niet erg. Wij sturen U een her innering. Maar wilt U dan binnen 2 weken iets van U laten horen (ook wij kunnen abuis zijn en U kunt al betaald hebben), want wij moeten er nu helaas regel van maken dat, zonder tegenbericht van de abonnee of ontvangen betaling, het abonnement te be ëindigen. Het abonnement heropenen is in een oogwenk gebeurd. U kunt alle gemiste nummers direct toe gestuurd krijgen, maar admini stratief kunnen we ons geen ach terstand permitteren. Voor de abonnees in het buiten land geldt natuurlijk een langer respijt - 2 maanden. Bij voorbaat dank voor uw mede werking, waarover wij nooit veel te klagen hebben gehad! Administratie Tong Tong Met oneindige dankbaarheid, dat ik het met mijn vier kinderen gezond overleefd heb. 'n Boel ervaringen rijker, waar ik mijn hele verdere leven uit kon putten. Ik ben nog steeds dankbaar, dat ik die 31/2 jaar heb meegemaakt. Het heeft mijn hele verdere leven inhoud gegeven, waar het ons, zeer verwende vrouwen uit het prachtige heerlijke land, vaak aan ontbrak. M. Beck-Linders 9

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1973 | | pagina 9