DE GEUR VAN MOEDERS HAARWRONG VAARWEL Het gedicht van Noto Suroto, dat deze titel draagt, kwam mij onwillekeurig in gedachten bij het doorbladeren van het "Jaarboek van Batavia en Omstreken 1927, geillustreerd" - zoals het gouden stempel op de band vermeldt. Ik heb maar één bezwaar tegen dit dierbare boek, maar daarover straks. Het zinkt trouwens in het niet bij het genoegen, dat het doorbladeren van 650 pagina's zwaar kunstdrukpapier in fraaie band mij biedt. Ik houd van Jakarta, die me tropolis met zijn vijf miljoen inwoners, maar dat belet mij niet met nostalgie te denken aan het Batavia van een halve eeuw geleden met zijn nog geen tiende van het huidige inwonertal. En wie is dan beter geslaagd in het doen herleven van die goeje ouwe tijd dan de gep. Kapitein der Infanterie J. J. de Vries, die de vele vrije uren, waarover hij na zijn afscheid uit het leger kenne lijk beschikte, nuttig besteedde door de samenstelling van dit Jaarboek, waarin "alles" over Batavia te vinden is in de vorm van artikelen en illustra ties, mitsgaders vele, vele advertenties, waarvan de meeste eveneens geillus treerd. Kolff, ook al een geheid oud- Bataviase naam gaf het uit, misschien tot vreugde van de toenmalige Bata- vianen maar zeker tot stichting en ver maak van wie zich dat Batavia van nu bijna 50 jaar geleden herinnert als een oord waar het goed was te toeven, al was het er soms wat warm. Ja, de geur van moeders haarwrongWas Ba tavia niet ons aller moeder? Ook de taal en vorm van 's heren De Vries produkt ontroert ons. Misschien vonden wij hem in 1927 al wat te plecht statig, maar wij zijn toch bereid hem te volgen als hij een beroep op ons doet, dat "men niet den stijl, doch den inhoud als hoofdzaak gelieve te be schouwen". Bovendien zal de lezer verheugd zijn te kunnen vaststellen, dat de gep. Kapitein der Infanterie ook een eerlijk man is. "Wijl ondergeteken de alleen voor het werk stond, heeft hij natuurlijk uit talrijke bronnen moe ten putten en hier en daar zelfs woor delijk het een en ander overgenomen. Dit overal aan den voet der bladzijden in een noot aan te tekenen leek niet gewenst". Ach, wij journalisten praten zoveel na, dat anderen voor ons al veel beter hebben gezegd - wie zijn wij dan dat wij de samensteller van het Jaarboek ook maar zachtjes van plagiaat zouden beschuldigen? Uit het Jaarboek zullen wij van tijd tot tijd iets putten: voornamelijk illustra ties, want geen woorden kunnen de rechtstreekse indruk van het beeld vervangen. Vandaag iets over het uit gaansleven. Wie, na in het zweet zijns aanschijns zijn dagelijks bordje rijst had verdiend wilde 's avonds wel eens iets anders. Ofschoon dit ongetwijfeld gold voor blank en bruin - om van geel te zwijgen - beperkt de samensteller zich tot adviezen voor Europeanen, on getwijfeld in de overweging, dat Indo nesiërs zijn Jaarboek tóch niet zouden lezen, laat staan zich een exemplaar ervan aanschaffen en daar zal het toch de gep. Kapitein der Infanterie en de firma Kolff wel om te doen zijn ge weest. Aan "lagere vormen" van ver maak, ja zelfs aan een zo exquis feest als de Komedi Stambul komt de samen steller dus niet toe, aan andere ver maken der eenvoudigen van geest zoals de krontjong - nu zelfs officieel erkend als Kesenian Betawi - schenkt hij geen aandacht. Maar hij is op zijn best wanneer hij de geneugten van de Europees georienteerde inrichtingen opsomt. Speciaal de befaamde dans avonden in de hotels en sociëteiten memoreert hij met lof. De Harmonie - nu een vervallen insti tuut - en de Concordia - van het toneel verdwenen, Hotel des Indes, ook al gesloopt, de Dierentuin - thans een Indonesisch kunstcentrum, na de af braak van het charmante oude gebouw passeren de revue. Versteeg en de Bierhal, allebei ook ter ziele worden niet vergeten. Wij missen het Oost restaurant - was dat al ter ziele of verspeelde de exploitant zijn recht op vermelding omdat hij weigerde in de advertentiefuik te duiken? De biosco pen worden niet vergeten, maar node mis ik de Jachtclub, al krijgt Zandvoort wel een regeltje. Aan een van de fijnste genoegens, het zo-maar-wat-rondrijden in het maanlicht komt De Vries niet toe - om van het porceleinrijden nog maar te zwijgen. Heeft deze voorzichtige aanduiding van minnekozen in een auto nog geldigheid? Ik zou bijna vergeten mijn enige, maar dan ook niet licht te nemen bezwaar tegen ons Jaarboek te vermelden: de 650 pag. zwaar kunstdrukpapier in lin nen band wegen precies 2'/2 kilogram! Het is dus een boek "om in de kast te zetten" - niet om mee naar bed te nemen J. H. Ritman Met het afscheid van het oude jaar komt voor Tong Tong strijk en zet het afscheid van honderden abonnee's die het abonnement opzeggen om verschil lende redenen. Tot U vaarwel-zeggers zeggen wij: dank voor Uw abonne mentschap van welke duur ook. Ook U hebt ons in staat gesteld te kunnen draaien voor de duizenden die ge bleven zijn. Voor hen, die opzegden vanwege de duurte en die beslist niet op verminderd tarief willen blijven: vaarwel tot goedkopere tijden (als we die nog kunnen meemaken). Soms lopen tussen die routine ansichtkaarten van aardige uitzichtjes in Indië ongedacht artistieke Administratie Tong Tong prentjes. Zoals dit uitzicht op de Katvi vanuit Batoe. Van het uitzicht valt niet veel te zien, noch van Batoe. Maar die drie slanke klapperbomen doen het uitstekend, geflankeerd door hel oude Chinese taukeh huis links met zijn haast Tibetaans aandoende metselwerk en dat half verzakt verroest gegolfd plaatijzeren dak, dat Somerset Maugham al als typisch "colonial" signa leerde in dat onmetelijke gebied van Bombay tot de verste eilandjes van de Stille Zuidzee. En dan rechts het typische kamponghuisprofiel: combinatie van dakpan, geplet unit-blik en kadjang. Als afsluiting op de voorgrond de puntjes van de karakteristieke bamboe pagger. Alleen werkelijke kunstenaars zagen deze artistieke elementen van de koloniale cultuur, die BESTAAT, ook al ziet geen enkele europeaan het KAJOEPOETIH-OLIE De beste kwaliteit die we konden krijgen. Neem nu een fles (hoop dat U 'm niet nodig hebt!) want straks is het weer wachten op een nieuwe zending. 100 cc. fles f 6,50 cc. f 3,25 (porto 90ct-60 ct.) 24

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1973 | | pagina 24