KERSTFEEST DABOSINGKEP ^kCerótmió Ja, hij is er weer, Die dag, die wij gedenken. Dat God ons gaf Zijn Liefde En wij zo, de onze mogen schenken aan onze naaste - telkens weer. Wat een vreugde - wat een dag! Eeuwen terug geschonken, Waar engelenzangen klonken: "Vrees niet Het is, dat je blij zijn mag! Blij en zonder zorgen, slechts liefde gevend. Zoals Hij dat deea en nog doet Zijn Liefde is lévend P. Jüch - Arnold WIE HELPT Wat kan het met zulke feestdagen soms toch heel raar lopen. Juist, omdat het zo'n bijzondere belevenis is, gaat het dieper in je geheugen zitten, zo ook deze keer. Van de leiding uit werd er niets georgani seerd; hooguit wat meer en bijzonder eten. De jongens onderling hadden niets afge sproken; de meesten doken de kampong in bij hun huishoudsters. De gehuwden vier den het in eigen kring en de rest moest zich maar zien te vermaken. Gelukkig kreeg ik nog een invitatie van de familie Tan, employé bij de tinmaatschappij Sitem, waar ik dankbaar op inging. Na tegen de avond mijn bezigheden in de keuken beëindigd te hebben, dook ik de mandikamer in en ging mij daarna opdoffen. En zo toog ik dan op visite en vond de familie gezellig bijéén op het terras voor het huis. Bij hen was er nog een ander Chinees echtpaar, wier namen mij ontscho ten zijn, doch die ik heel goed kende, aan gezien zij daar veel op bezoek kwamen. Na hun begroet te hebben ging ik zitten. Mij werd een verfrissing aangeboden en de conversatie nam een aanvang. Ongeveer een uur daarna gingen wij aan tafel; de schotels, die gepresenteerd werden, zijn me gedeeltelijk ontgaan. Ik herinner mij een kangkung-gerecht met spek, dat heel erg lekker was, hoewel het er heel sober uitzag. Verder was er babi Hong, ook iets heel speciaals, dat ik daar voor de eerste maal proefde en bawal gestoofd met schijven ananas. Fantastisch, het recept moet van Bangka en Billiton komen; dit naar zeggen van Mevrouw Tan. Ook was er een soort ge vlochten krupuk van oedang en meel, kra keling-model. Het leken wel gestrengelde wormen, heerlijk gurih, iets aparts. Na tafel zijn wij in de voorgalerij gaan zitten en hebben het gesprek weer opgenomen. Het was al later op de avond, toen Mevrouw Tan op het idee kwam, om Paatje, zijn naam is uit mijn geheugen geglipt, een prettig Kerstfeest te wensen. Zo gezegd, zo ge daan en wij gingen het pad op de heuvel af, want hij woonde veel lager. Wij vonden hém met een kennis bij een geïmproviseer de kerstboom van een tjemara in de voor galerij zitten. Ze zaten achter een borrel naar de radio te luisteren. Hij was echt verheugd ons te zien. Wij werden voorge steld en gelukwensen vlogen over en weer. De Chinese boy kwam al met stoelen aan zetten en al gauw zaten wij gezellig om de tafel. Wij konden drinken waar wij zin in hadden. Hij had net een grote voorraad aangekregen van de maatschappij; allemaal Rijnbende-artikelen. Niet zo lang daarna kwam nog een andere eenzame kennis, helemaal van Koeala manpirren. Koeala was maar een klein rimbu-gebied. Ons werd nog een laat soupé aangeboden van bahmi goreng speciaal met koffie en gebak na. Hierna werden de gesprekken min of meer persoonlijk. Ik werd er haast niet in betrok ken; zat maar stil voor mij heen te luisteren, af en toe aan mijn glas nippend en wat knabbelend van het lekkers op tafel. Zo tegen middernacht namen de twee heren afscheid en de anderen brachten hun een eindje weg. Ze kwamen niet meer terug, zeker bij de familie Tan gebleven. Daar zat ik alleen, de Chinese boy kwam afruimen, sloot de achterdeuren, zie goe den avond en ging heen. Een komische situatie, ik was zo vrij geweest mijzelf van drank te bedienen en maar wachten op het gezelschap. De radio bracht leuke po pulaire Engelse wijsjes van uit Singapore, helemaal geen kerstliederen. Heel goed heugen kon ik mij twee nummers van Vera Lynn, toen een ster in opkomst, namelijk: Apple blossom time en Home Sweet Home. Mijn gedachten namen zo al leen en eenzaam zittend een eigenaardige vlucht. Raar, dat je in zulke ogenblikken de gekste piekerans over verleden en toekomst krijgt. Ik voelde mij wel wat verlaten en ver drietig. Het maakte mij wee van onbegrepen ver langens; mijn nènèh zou zeggen: "Tobat Gadjah mbok odjo ngelamun, idjèh nom bo malah ngalup, ora ilok Mijn hemel Gad jah (Olifant) zit niet zo te dromen; je bent nog jong, het is nergens goed voor." Ze zou groot gelijk van mij krijgen, maar dro men is vaak zo heerlijk. Ten laatste ben ik opgestaan, heb de lich ten uitgedraaid, de deur gesloten en ben naar huis gegaan. Al wandelend in de maan- belichte nacht, de helling op naar de ka zerne, werd ik als altijd bestormd door niet te stuiten voornemens. Alweer een Kerst, waar zit ik de volgende, hoe en in welk oord? J. Weites (Foto: Rogier) De terrazo's van de rijstvelden, meestal boii- zontaal gefotografeerd of geschilderd, "doen het ook in verticale compositie uitstekend. Jammer dat er zo weinig studie gemaakt is van deze gezichtshoek. Wij kennen in feite alleen één man, die er werkelijk oog voor had. En dus ook wonderlijk mooie schilderijen gemaakt heeft: Walter Spiess. Nederlandse sociologen, die zich na een bezoek aan Indonesië o.a. bezig houden met het schrijven van een monografie over Soekaboemi en het cultuurgebied in de omgeving in de periode van het begin van de japanse bezetting tot de souvereiniteitsover- dracht hebben onze hulp ingeroepen. Zij zouden gaarne inlichtingen ontvan gen van hen, die deze periode daar geheel of gedeeltelijk hebben meege maakt. In het bizonder zullen inlichtin gen welkom zijn met betrekking tot de activiteiten van de heer J. Wiecherts, die na de capitulatie als hoofd van het Rode Kruis zich op organisatorisch ge bied verdienstelijk maakte, en die van de heer A. Wempe, in diezelfde tijd bestuursambtenaar in dit gebied. Brieven kunnen aan onze redaktie wor den gericht dan wel rechtstreeks aan de heer W. Hendrix, Kastanjeweg 18/11, Amsterdam.

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1973 | | pagina 31