M OENASE ZEEROVERS De vluchtelingen trein aan het station te Blitar gelegenheid kwam om mijn woning te verlaten ten einde hulp te bieden waar deze noodzakelijk was. Zo gauw als mogelijk bleek verliet ik mijn woning om mijn plichten als poli tieambtenaar en als mens na te komen. Tevoren echter bezorgde ik de onder wijzer Boekhoudt, die zijn echtgenote en twee jongste kinderen door de stroom had zien meesleuren en zelf met drie andere kinderen zware brand wonden had bekomen, in veilige haven. Toen kwam echter het zwaarste voor mij. Mijn echtgenote en kinderen be gonnen uit angst te huilen en te roe pen: "Papa, blijf toch bij ons". Vergeet niet lezers, dat het pikdonker was, in mijn huis alles door elkaar lag onder een 60 cm hoge modderplas en er bovendien een zware asregen viel, terwijl wij niet konden gissen wat ons nog te wachten stond. In die zorgvolle en onzekere toestand verliet ik vrouw en kinderen om mijn krachten ter beschikking van anderen te stellen, mijn geweten sussende met (Foto Herrmann) de gedachte dat het gevaar voorbij was. Dames en Heren, stelt U eens een ogenblik in de plaats van mijn gezin, mogelijk dat dan een beter begrip van mijn toestand worde verkregen. De eerste dag had ik geen onderdak voor mijn gezin; niemand vroeg echter aan de p.o. of hij geleden had, niemand vroeg hem of hij schade had. Ongeveer vier uur n.m. mocht ik pas een onder komen vinden voor de nacht, voor mijn gezin aangezien de Landrechter te Blitar Mr. Beyerman met echtgenote zo vriendelijk was, onderdak voor mij en mijn gezin aan te bieden. Deze Heer zal ten eeuwige dage op onze dank baarheid mogen rekenen. U dankende JACOBS Politie Opziener I Blitar Nog zij vermeld dat ik van de afd Soe- rabaia een telegram ontving als volgt: Sein uw toestand. Dit telegram deed mij goed en bewees mij dat er vrienden waren die om mij dachten. Hiervoor mijn dank aan Afd. Sb. de bilikken wanden heen. Men zag bloed door de vloer druipen. Bij nader onderzoek bleek, dat alle negen scha vuiten gedood waren, zonder, dat zij een kik konden geven. Een massagraf werd in de onmiddellijke omgeving aan gelegd en de lijken daarin begraven. Dit vlugge en strenge optreden tegen de rovers maakte op de belhamels een diepe indruk. Geen rovers durfden meer in Straat Boeton te opereren. Wel trokken ongeveer acht boeven naar Tamponabolé, ten Noorden van Lombika, mijn standplaats. Daar aan de Straat van Tirono maakten zij op trekjes en hielden zich koest. Daar zij niets meer konden roven, waren zij wel genoodzaakt te Lombika te werken bij het Boswezen, om tenminste geld te hebben, om voedsel te kopen. Maar zodra er een patrouille in de buurt kwam, vluchtten allen weer naar hun optrekjes, te Tamponabolé. Dit kon natuurlijk niet zo blijven voort duren, daar deze gewezen rovers on betrouwbaar waren. Na twee maanden werd de doortasten de Sergeant Steyn te Raha geplaatst. Op een avond kwam hij met een briga de soldaten te Lombika. Hij kreeg van mij de gegevens omtrent de optrekjes van de gewezen zeerovers en de daar op volgende dag kwam hij reeds terug met alle acht boeven, geboeid te Lom bika. In die dagen werden zulke zaken in de Buitengewesten over het algemeen ge nomen, vlot afgedaan, hetgeen de rust onder de bevolking zeer bevorderde. Binnen twee weken veroordeelde de rapat te Raha, onder leiding van de Radja van Moena en de Militaire Ge zaghebber, allen tot vijf jaar dwang arbeid. Naar ik later vernam, werden zij te Makassar als werkkracht doorgezon den naar de kolenmijnen van Sawah Loento. J.B.H.B. De Moenase zeerovers waren indertijd berucht om hun stoutmoedigheid en wreedheid. Kort nadat de Nederlanders zich te Ra ha, de hoofdplaats van Moena, geves tigd hadden, zag de gezaghebber, de 1ste luitenant Bol, een tamelijk grote inheemse prauw vlak voor Raha op de golven onbeheerd schommelen. Niets wees erop, dat zich in de prauw men- serr bevonden. Toen Bol per sloep naar de prauw voer, om poolshoogte te nemen, vond hij daarin tot zijn afgrijzen elf mannen, vrouwen en kinderen naakt op de bo dem van de prauw liggen; vermoord en verminkt door messteken. Dit was het werk van de beruchte zeerovers. Direct werden maatregelen genomen, om de daders op te sporen en hen daarvoor te straffen. Ongeveer een week na deze moord op grote schaal, kreeg Bol bericht, dat de rovers, negen in getal, zich hadden genesteld in een klein, op palen rus tend huis op de hoge steenachtige kust van "Batoe-Lomos". Vanuit dit huisje hadden zij een pracht uitzicht over de gehele Straat Boeton, zodat zij die onder controle hadden. Bij de bespreking van de operatie te gen de zeerovers werd met nadruk bepaald, dat van onze kant geen slachtoffers mochten vallen. Deze scha vuiten hadden toch reeds genoeg slachtoffers op hun geweten. De operatie verliep vlot en volgens plan. Om half zes 's ochtends was het bewuste huisje omsingeld. In bijzijn van Luitenant Bol eiste de tolk met luider stem de onmiddellijke overgave van de bende. In het huisje werd daarop niet gereageerd. Wel hoorde men dui delijk het overhalen van verschillende snaphanen ten teken, dat men tot vech ten bereid was. Bol gaf direct daarop het bevel tot schieten. En er werd geschoten vijf minuten lang dwars door DISCO BOLLAND ft Stationsweg 143 tel. 070-60 17 03 DEN HAAG Stationsweg 77 tel. 070-60 15 12 DEN HAAG Herenstraat 157 tel. 070-86 32 01 VOORBURG Frederik Hendriklaan 161 tel. 070 - 55 66 97 DEN HAAG Giro 406636 Zojuist geheel nieuwe collectie import pla ten ontvangen. Uit Singapore: oude kront jong, gamelan en popkrontjong en ook voor drachten uit de Koran. Uit U.S.A.: een schat aan nieuwe cowboy platen, zoals nog nimmer vertoond. Wie het eerst komt, boft! Geen correspondentie zonder antwoordze- gels en van beide soorten zijn geen folders voorhanden, veelal enkele stuks. 15

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1974 | | pagina 15