GENERAAL SUHARTO
EEN ECHTE
"WONG PREMAN"!
<:"Door ong ong
OPTIE VOOR
NEDERLANDSE DAN
WEL INDONESISCHE
NATIONALITEIT
Heel ongemerkt is het alweer een windoe (acht jaren) geleden dat in Indonesië
Generaal Suharto de brokstukken van het glorierijk van Soekarno voorzichtig
aan elkander voegde en lijmde om het eindelijk onafhankelijk geworden Indone
sische volk verder te sturen langs het wankele en gevarenvolle pad van de
Toekomst.
Van Holland uit is over het algemeen twijfelend en gemelijk toegekeken hoe
deze onbekende generaal het klaren zou. En het heeft vaak genoeg aan ver
oordeling en verdachtmaking niet ontbroken deze jaren, waarbij men elk moment
klaar stond om triomfantelijk te roepen: "Had ik het niet gedacht?" als er iets
mis liep of dreigde mis te lopen.
Maar zoals gezegd: dat heeft acht jaren voortgeduurd, en zelfs als alle ver
oordelaars en beschuldigers gelijk zouden hebben, heeft zich tóch wel in deze
acht jaren een prestatie voltrokken die op zijn minst verbazing, maar toch wel
naar alle rechtmatigheid bewondering verdient. Die wij voornamelijk uitstrekken
naar Gen. Suharto zelf maar ook naar vele burgers in de Indonesische maat
schappij die - ieder op zijn eigen wijze en naar eigen vermogen - volk en
vaderland verder hielpen op de moeilijke weg naar herstel.
Als wij dit alles overdenken, laat ons eerst langdurig om ons heen kijken in
Nederland (en Europa). En ons realiseren: dit alles wat wij om ons heen zien
plus nog een aardig brokje wereldmarkt heeft Indonesië NIET I Dat volk is met
veel miljoenen mensen méér, een ontzaglijk brok ARMER dan wij. En als U wilt,
mag U daar bovenop nog fulmineren op generaals en corruptelingen en zo
en tot slöt kunt U alleen maar (als U fair bent) zeggen: hoe onmeetbaar
veel GOEDS moet er in dat volk en land schuilen, dat het nog steeds overeind
staat en moedig voorwaarts BLIJFT gaan.
Eigenlijk weten wij erg weinig van Generaal Suharto. Veel meer weten we van
de staatshoofden en ministers en generaals in Europa en Nederland. Van hun
vaak indrukwekkende kwaliteiten en scholing zijn we overtuigd. In vergelijking
met hen mag Generaal Suharto misschien een povere beginneling genoemd
worden. Nochtans heeft hij niet geaarzeld het roer van staat te grijpen toen
het schip "Indonesië" dreigde te vergaan. En nu, na acht gevaarvolle jaren,
staat hij nóg. Laat ons de woorden van lof of afkeuring vergeten: hier is sprake
van een Gelukkig Geleide hand in het nemen van beslissingen. Als verre adik
hopen wij dat die Hand zo leiden blijft.
T.R.
P.S. Eigenlijk moeten wij spreken van een totaal andere structuur van leven en
denken in Indonesië, maar te weinigen weten dat om aan een poging tot begrip
zelfs maar te beginnen I
Na lange tijd kwam ons weer een
exemplaar onder ogen van "Budidaja",
"een tijdschrift van en voor liefhebbers
van Indonesische kunst". Dit is een
haastige tijd, waarin ontzaglijk veel om
onze aandacht vraagt. En wat dus niet
regelmatig aan de deur klopt (Budida
ja verschijnt viermaal per jaar) loopt
de kans geheel uit de attentie te ver
dwijnen.
En dat is voor dit tijdschrift bij al zijn
eenvoud en bescheidenheid echt zon
de, want dit werkelijk fantastisch
smaakvol en artistieke tijdschrift is
werkelijk een "break" in deze van
westerse cultuur overladen wereld.
Waarin vooral het oog van de Indisch
man blijft zoeken naar "Zeldzame Vo
gels van het Geluk", omdat wij ons
herinneren dat het écht bestaat
Wel, dit nummer 2/3, van December '73
en Januari '73 geeft een welkom over
zicht van wat in de zes jaren dat de
vereniging nu al bestaat, gepresteerd
is, en dat is werkelijk héél wat. In deze
wereld, waarin letterlijk alles wordt ge
subsidieerd (tot zelfs onze "onafhan
kelijke" dagbladen toe!) begroeten wij
onze "adik" Budidaja als een zeldzame
en steeds zeldzamer wordende "wong
prèman", een kleine zelfstandige, een
"Marhaen", van een uitstervend soort,
maar daarom des te dierbaarder! Wie
'm nog een steuntje wil geven, hier is
het adres van de redactie: Thorbecke-
laan 107, Den Haag, Tel. 070-68 91 72.
Het abonnement kost 15,per jaar
voor Nederland en 17,50 voor het
buitenland.
Voor TONG-TONG deze prachtige In
dische spreuk:
Van goede mensen
gelijkt de VRIENDSCHAP een RIVIER:
in het begin,
is die onbetekenend;
in het midden,
sterk gewassen.
Meer en meer breidt zij zich
uit en
is zij eenmaal aan het stromen, dan
gaat zij nimmermeer terug.
P. Jüch-Arnold
("Never say die, folks, never say die!")
Op de Ronde Tafel conferentie (1949)
werd afgesproken, dat voor Neder
landers in Indonesië een optietermijn
van twee jaar zou gelden. Zij zouden
dus uiterlijk twee jaar na de soeverei
niteitsoverdracht (27 dec. 1949) moe
ten beslissen of zij de nederlandse
nationaliteit wensten te behouden dan
weJ de indonesische aanvaarden.
De Republiek heeft zich a la lettre aan
die datum gehouden en bepaald, dat
de indische Nederlanders - want voor
hen alleen was de zaak belangrijk -
uiterlijk 27 dec. 1951 hun keus moes
ten maken.
Drie weken vóór die datum hield Hoge
Commissaris Lamping zijn befaamde
rede waarin het opterën voor de indon-
nationaliteit werd aanbevolen. Om
streeks diezelfde tijd werd ook van
andere zijden sterke druk geoefend op
de indo-europese gemeenschap over
te gaan naar de indonesische nationa
liteit. Ondernemers, kerkgenootschap
pen en ook legerkringen oefenden
druk op de Indo's uit, in Indonesië te
blijven en de Indon. nationaliteit te
aanvaarden. Het spreekt vanzelf dat
het optreden van Lamping en wellicht
ook dat van de genoemde groepen
plaats had op instigatie van Den
Haag, waar het kabinet Drees (133
1951 - 26. 6. 52 - een rood-roomse
kombinatie) het beleid bepaalde.
Het resultaat was nochtans vrij pover:
slechts 14% (6690 zielen) besloot de
Indon. nationaliteit te aanvaarden, on
danks de druk op de Indo-groep ge
oefend. Een zeer groot deel daarvan
heeft later als spijtoptant de Indon.
nationaliteit weer verworpen.
Om op het uitgangspunt terug te ko
men: het is dus zeer wel mogelijk dat
onze lezer op 8 dec. 51 een kranten
bericht heeft gelezen waarin de rede
van Lamping (in opdracht - zonder
enige twijfel - van het kabinet Drees)
zijn aanbeveling te opteren voor de
Indon. nationaliteit uitsprak.
JHR.
P.S. Dit stukje plaatsen wij ongevraagd
als antwoord op brieven waarin ons
vaak gevraagd wordt "hoe of het toch
ook ongeveer zat met die spijtoptanten
en zo". Ja, heden wordt gauw historie!
Overigens schreef Drs. G. L. Cleintuar
voor Tong Tong het aardige en nuttige
boekje "Indische Nederlanders. Een
ontheemde bevolkingsgroep zonder
toekomstbeeld" met méér memorabele
zaken voor maar 2,50niemand
lust het. Gek, hè?
Red.