DE SPLEETTROM VAN NIET SOEKOEN MAAR KLOEWÈH CHINA WEEFGETOUW De "Mo", de houten bolvormige Tong Tong uit Vietnam In 1968 wierp ik in Tong Tong (T.T. 15- 11-'68) de vraag op: Heeft China een tong tong of spleettrom gekend? Op gezag van de bekende musicoloog Mr. Jaap Kunst beantwoordde ik deze vraag als "niet onwaarschijnlijk". Hij schreef nl. in 1925 over "de op merkelijke punten van aanraking soms tot gelijkvormigheid toe het Chinee- sche en vooral het Achter-Indische in strumentarium met dat van den Archi pel", o.a. gongs, wo. één in China opgegraven oude metalen gong, met gelijke toonhoogte van een Javaansche gong. In "Hindu-Javanese musical instru ments" door Jaap Kunst, 1968, geeft deze musicoloog (t 1960) in een illu stratie een relief weer van Barabudur. (bedolven voet) Op dat relief ziet men in een orkestje een bolvormige spleettrom, met oor- vormig handvat. Toen schoot mij weer te binnen mijn vroeger gedane uit spraak, dat de Balische "kulkuls" van hout minstens een oor of hoofd moes ten vertonen, om de Baliër tegen doof heid bij bespeling van deze spleettrom te vrijwaren. Men vergelijke ook deze Oudjavaanse tong tong met het houten bolvormige exemplaar uit het hedendaagse Viet nam, volgens hetzelfde boek. Zie bij gaande illustratie, „mo". De spleettrom in deze vorm zal dan wel ook in China bekend zijn geweest. Madura heeft ook zijn tong tong in de moderne Javaanse vorm in een heden daags orkestje gekend, volgens het musicologen-echtpaar Brandts Buys- Van Zijp ,,Oude klanken" (Djawa), 1925. Dus niet alleen als signaalblok. De vraag of China een spleettrom heeft gekend, meen ik hierbij bevestigend te mogen beantwoorden. L. C. Heyting, Th.zn. N.a v. de voorplaat van T.T. No. 13, 15 Januari 1974, wil ik je graag als vergelijking geven de Kloewéhboom, welke in geen enkel opzicht verschilt van de Soekoenboom, behalve dan de vrucht van beide genoemde bomen. De Soekoenvrucht heeft geen pitten (beton), terwijl de Kloewéhvrucht wel pitten heeft. Van beide vruchten kun je heerlijke sajor lodèh maken; de Kloewéh met pit en al, vooral gekookt in een kendil. Van de Soekoenvrucht kun je echter meer maken, b.v. gebraden in olie of boter, kolak, of gestoomd met geraspte klapper en kientjo erop. Hierbij een kleine herinnering, wat de Soekoen betreft. Op een Zaterdag - in het ver verleden - gingen we van Bogor naar Pasarikan, waar we ons inscheepten in een motor boot van de heer Emmerik, naar Soen- geitahang, een kampong aan de kust in het noorden van Tangerang. De avond hadden we doorgebracht in een bilikken huis, gebouwd te midden van de tambaks. De meeste tambaks en sawahs hier zijn van de familie Khouw te Batavia. Onze geweren hadden we meegeno men, aangezien ons doel was om mliwis te schieten. In de vroege ochtend, na de koffie toebroek en warme ketan, gingen we op pad en verspreiden ons naar de verschillende punten, waar de mliwis regelmatig neerstreken. Het was net, of deze eenden lont ge roken hadden, want er kwam geen "Tong-Tong, je bént een weefge touw en al die tere draden wor den inderdaad een héél mooi kleed." Wisten jullie beiden, en al jullie trouwe medewerkers en -werk sters maar, hoevéél jullie eigen lijk al gedaan hebben. Zo in stilte en dikwijls zonder het zelf te we ten. Al mijn dank nogmaals, Lilian en Tjalie! Helly v.d. Brink Wij weten zeker namens al onze lezers te spreken als wij Helly bedanken voor haar opmonterende woorden en voor haar prachtige vergelijking met een weefgetouw. Het zijn inderdaad de ongewone en zeldzame bijdragen uit alle "lezer-soorten", die niet alleen de wonderlijke fijne kleurenschakeringen maken in onze weefsels, en de soms bizarre patronen, die uit vele levenser varingen van de Gordel van Smaragd komen. Soms schrikken buitenstaanders van felle rose of azuren draden, soms van enkele mliwis opdagen en zo gingen we verder op pad naar Oedjoeng boe- roeng. In het gezelschap waren twee Chinese kennissen, waarvan één familie had dichtbij Oedjoeng boeroeng, waar een kleine nederzetting van Chinese tanis was. De anderen liepen vooruit en ik ging een zijweg in, om wat tekoekoers te schieten. Al dwalende kwam ik ten huize van een landbouwer, Pak Semar, op wiens erf drie Soekoenbomen stonden, waarvan de vruchten reeds geplukt konden wor den. Op mijn vraag een stuk of zes van de vruchten voor mij te plukken, nam hij zijn gala van bamboe en stootte daar mee de vruchten in het aangehechte korfje. Zulke grote Soekoens had ik nog niet eerder gezien, wel even groot als een normale klapper. De gevraagde prijs van vijftig centen per stuk gaf ik hem derhalve met genoegen. Eén daarvan nam ik voor mij, om mijn vrouw daarmee en nog drie bandings te verrassen, terwijl de overige onder mijn kameraden werden verdeeld. Deze is een van die aangename her inneringen uit het ver verleden. Wel jammer, dat al die jachtkameraden er niet meer zijn. De laatste overleed vier jaar geleden in Heemstede. Abonnee P.S. Meerdere lezers wezen ons op deze fout. Ook aan hen onze dank voor hun attentie. - Red. "griezelige wajang-figuren". Nee, voor de massa staan we er niet goed op, de massa die steeds meer gewend raakt aan saaie kleurloze plastics Maar weet U, daarom is Tong Tong toch op een wonderlijke manier ge liefd bij een bepaald soort Hollander die nooit in Indië wasen dat is de waarlijk originele en zeldzame onver valste Hollander (géén imitator van wie of wat ook) en van de weeromstuit: wij houden van hém! T.R. KAJOEPOETIH-OLIE De beste kwaliteit die we konden krijgen. Neem nu een fles (hoop dat U 'm niet nodig hebtl) want straks is het weer wachten op een nieuwe zending. 100 cc. fles 6,50 cc. f 3,25 (porto 90ct-60 ct.) 10

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1974 | | pagina 10