VLOOIEN IN OPMARS HANDJEVOL BALI- HERINNERINGEN HELP HARTPATIËNTEN IN DEPOK Met genoegen over uw korte leven op Bali gelezen. Ik zag het allemaal weer voor me. Die loslopende varkens met zo'n driehoek om de nek en, al die blaffende honden die geen eten kregen van de eigenaars zodat ze 's avonds in horden de vuilnisbakken van de mensen langsgingen om wat eetbaars te vinden. In 1935 of '36 werden op last van de overheid en voor de z.g. rasverbetering ongeveer 25.000 honden doodgeschoten. Je zou zeggen dat er dan wat minder honden zouden zijn, maar je merkte er niets van. Overal waar je kwam werd je nog door tien tallen honden aangeblaft. Mijn oom woonde in Singaradja en als ik daar in mijn vacanties kwam logeren ging ik geregeld met hem op tourné. Hij werkte bij V W (vroeger BOW) en moest er dus bijna dagelijks op uit om e.e.a. te controleren. In die tijd werd de rechtstreekse verbinding tus sen Singaradja en Den Passar aange legd. Mijn oom had de supervisie over het noordelijke gedeelte zodat hij er bijna dagelijks heenging. Vanuit GIT GIT, een kleine kampong ten zuiden van Singaradja had je een geweldig uitzicht over Singaradja en de rede van Boeleleng. Genoten heb ik daar I Van de legèn van de siwalanpalm, van de aardbeien van Kintamani, van denoem maar op, van alles. Heeft u de witte mangga nog gegeten? Hij is niet wit maar licht creme. Hij smaakt anders dan de ge wone mangga maar als je, na de te leurstellende eerste paar happen, ge woon door eet ga je hem toch lekker vinden. En weet u nog wat "babie goeling" is? Dat is een heel speen varken maar dan niet rond maar plat. Met Kerstmis en Nieuwjaar kreeg mijn oom van de Chinese leveranciers be halve vuurwerk en dranken ook "Ba bie goeling". We hebben er ons zat aan gegeten en dat werd natuurlijk ook altijd gedeeld met de minder goed bedeelden. En vooral met families met meerdere kinderen. In die tijd was er nog geen autoweg van Singaradja langs de kust naar Gili- manoek. En die westkust van Bali werd nog bevolkt door zwijnen, herten en... tijgers. Dus aan de jacht heb ik er ook nog mijn hart kunnen ophalen. Volgens overlevering zijn die tijgers daar opzettelijk losgelaten om de op mars van de Islam te stuiten. Het schijnt nog geholpen te hebben ook, want Bali is Hindoeistisch gebleven. Het eiland der Demonen werd Bali ook genoemd, en als je daar een poosje zit merk je dat het hele leven daar be heerst wordt door geesten en demo nen. Elke dag is er wel een offerfeest voor een of andere godheid en wordt er geofferd aan gestorven familieleden. Dat idee kreeg ik. Een lijkverbranding heb ik daar ook gezien. Hoe moet je zoiets be- Ja, hier schrikken we ons lam bij zo'n berichtje uit de krant. Maar er zijn landen waar de vlo nooit opmarcheert maar gewoon dagelijks loopt, springt, kruipt en bijt en er dagwerk aan heeft. Op deze foto van Rogier zo'n "dag werkje in Indonesië", waarbij het uiter aard gaat om de verbeten strijd tussen Jeuk en Leven. U mag gerust weten dat ook mijn moeder meerdere malen met serit (fijne kam), jachtwater of petroleum de strijd aanbond tegen het springvolk op mijn hoofd. Dan ging je 's avonds naar bed met een gedrenkt hoofd en een handdoek erom en 's- morgens waren alle vlooien dood of schrijven? Op de plaats van de ver branding stonden de houten stieren al klaar. Een stuk of zeven. Zes ge storvenen konden de kosten van de lijkverbranding niet zelf bekostigen en moesten dus wachten tot een rijkaard stierf. Ik bedoel natuurlijk de nabe staanden. En toen die stierf mochten ze "gontjeng". Maar voorzover ik het mij kon herinneren lag alleen het lijk van de rijkaard op de stellage die van het dorp naar de verbrandingsplaats werd gedragen. Ook tijdens die op tocht zag je dat ze moesten zorgen dat de boze geesten op een dwaal spoor gebracht werden. Dat deden ze dan door op kruispunten' de stellage een paar keer te draaien. De lijken werden in de holle houten koeien ge legd en het hout dat onder de koeien gestapeld was werd dan in brand ge stoken. Na de brand werden door jon ge meisjes de verkoolde beenderen verzameld. Maar tijdens de verbranding was het eigenlijk feest. Je kreeg er van alles te eten en overal klonk gamelan muziek en allerlei belletjes die gehan teerd en geluid werden door priesters. En toen ik 's nachts allang sliep werd ik wakker van feestgedruis en werd mij verteld dat de stoet met verkoolde beenderen het huis passeerde op weg naar de zee waar de as verstrooid werd. Er kwamen natuurlijk meer herinnerin- bewusteloos Op de rhetorische vraag "met wie en waar heb je gespeeld" werd al niet eens meer geantwoord. Vlooien kwamen van niemand en ner gens. Ze waren er en je moest er wat tegen doen. Iedere dag "bijhouden" zoals op dit plaatje gebeurt. Als Ma je hoofd zo liefdevol naar zich toetrok was het heus niet altijd alleen om er een tedere kus op te drukken! Maar spuitbussen, neen, die hadden we toen niet. Nu daar in Indonesië ook nog niet. Want vlooien zijn armelui's gasten en spuitbussen de vinding van onze pe perdure wetenschap! gen boven. En dat is nu wat ik zo ge weldig vind van Tong Tong. Er ver schijnt altijd wel e.o.a. artikel dat je in gedachten terug brengt naar de plaats op plaatsen waar je je jeugd hebt door gebracht. En alleen de leuke herinne ringen komen dan boven. Th. Kempff De Stichting van Depokkers, Aanver wanten en Sympathiserenden (Stidas) kreeg van de geneesheer-directeur van het Christelijk Ziekenhuis "Harapan" in Depok Dr. Rarundeng, het verzoek, om het ziekenhuis te helpen aan een Electro Cardio Gram-apparaat. De kos ten voor de aanschaf bedragen Rp. 350.000 (ca. f 2.400). Door het gemis van een dergelijk apparaat moeten de hartpatiënten doorgestuurd worden naar het ziekenhuis in Jakarta; de bus reis en het lange wachten is echter voor deze patiënten vaak te veel. Bijdragen kunnen worden gestort op Postgironummer 682293, L. Messer- schmidt, Medemblikstr. 24, Den Haag of Postgironummer 883348, Alg. Bank Ned., Ede, tgv. Penningmeester STI DAS rek. nr. 53.98.13.400. Bij storting vermelden: ECG-apparaat DEPOK. 14

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1974 | | pagina 14