17 I V IKKE, EVEN PRATEN. ALS KÈN, TEROES 1ERANG
lezers over tong tong
(Uit de nagelaten papieren van Tjalie)
Bij het laatste nummer van het jaar
hoort dit laatste artikel van Tjalie's
hand. Woorden die niet op een juister
tijdstip geschreven hadden kunnen
worden. Het zal een moeilijk jaar wor
den, waarvan veel van ons eigen in
zicht, onze eigen persoonlijkheid zal
afhangen. Tjalie was iemand die voor
uitzag. Altijd.
of te laf eindeloos maar onszelf wegge
cijferd hebben om maar "goed te leg-
ge" bijja, bij wie eigenlijk? Nu we
op het laatst een stroopzoete glimlach
hebben ontwikkeld tegen ieder ander,
hebben we voor onszelf niets.
Daarom zei destijds een jongeman van
pakweg 30 jaar: "Ik ben de weg, de
waarheid en het leven". Niet alleen Ik,
Jezus, maar hét ik, ik als levende maat
staf van alles om mij heen, dus mijn
wereld. Het is een magisch diep gaan
de uitspraak waar ieder mens voor zijn
eigen zieleheil veel zelf vinden kan.
Als we maar op eigen benen staan en
niet alleen maar luisteren naar anderen.
Te deksel, UW inzicht bestaat ook I
T.R.
Onze beschaving en onze maatschappij zijn gewoon in onze
vingers verpulverd. Waar zijn de idealen en topwaarden van
een kwart of halve eeuw terug nog te vinden? Vrede? Wie
gelóóft er nog aan? Democratie? Laat ons niet lachen.
Sport? Een mazzel. Liefde? In romans en tijdschriften is
Liefde zó doorwoeld geraakt met sex en porno dat het een
toer geworden is het fijne en delicate terug te vinden dat
voor ons vijftig jaar geleden nog maatstaf "sine qua non"
was.
Idealen en ideale volksgroepen zijn stuk voor stuk óf ver
dwenen of zó bezoedeld dat wij ze niet meer zien willen.
Oude vriendschappen zijn in discrediet geraakt of ons door
verdachtmaking (met schijnbewijzen) ontnomen
Het verhaal kan veel langer gemaakt worden, maar het
hoeft niet. We weten allemaal drommels goed dat het enige
dat we kwijt geraakt zijn, ons Ik is.
Ik als enige zuivere maatstaf. We leven op een ontzettende
manier door elkaar gekotjokt door andermans opinies en
meningen, de één al valser en onbetrouwbaarder dan de
andere. Of voorbij of waterig of opgeblazen.
We zitten vastgemüurd door de garanties die we op gezag
kozen omdat we zélf te futloos en te slap waren om een
eigen en onafhankelijk en eerlijk oordeel op te bouwen.
We luisterden altijd naar wat ZE zeiden. ZE, die zeiden dat
Picasso Kunst is (en wat jij vindt, telt niet mee). Dat de
Bijbel (of de Talmud of de Veda of het Boeddhisme, enz.)
het enige goede boek is en de rest telt niet mee (of is vals
of gevaarlijk of onbetrouwbaar). Dat de Democratie (of
welke andere staatsvorm ook) de enig goede is (en de
rest telt niet mee of is onbetrouwbaar, enz.enz.). En we heb
ben eindeloos geluisterd naar andermans bewijsvoeringen
net zo lang tot we zélf niets meer konden inbrengen. En nu
kunnen we inderdaad nérgens meer wat inbrengen en staan
we uitgerangeerd naast 't leven. Omdat we of te principeloos
We hebben de afgelopen maanden on
telbare brieven ontvangen. Geweldige
brieven! Met aansporingen, met com
plimenten, met adviezen, met smeek
beden alsjeblieft door te gaan. We
hebben ze allemaal bewaard. Hier vol
gen fragmenten uit enkele van die voor
ons zo belangrijke correspondentie.
Helaas geen plaats voor meer, maar
U weet het: dank, veel dank, voor alles
wat U ons schreef.
Redactie.
I
Je Tong Tongs zijn excellent, niet alleen
een compliment, maar ook een bewon
dering, trots, dat je alles doorzet in
Tjalie's geest.
Zijn werk, aan jou toevertrouwd, gaat
door. Dit moet je gelukkig maken, dat
voor hem te kunnen doen.
Als ik aan Tjalie denk, zie ik, dat zon
overgoten, schitterende watervlak, met
die honderden rozeblaadjes en melati's
zacht deinend in een eindeloos rhytme.
Subliem, een symbool van Tjalie's gro
te liefde voor zijn geboorteland - le
vend, vredig.
Ik sluit mijn allerbeste wensen in voor
het welzijn van jezelf en je dierbaren,
Saja Sadja.
II
"Vergeet niet de Baas te herdenken,
die voor dit blad met zijn leven be
taalde.
Uit eerbied past het nu elke abonné
om de T.T. niet in de steek te laten.
Het is onze plicht zijn werk te helpen
voortzetten, en te tonen, dat wij, In
dische mensen ook nog een hart heb
ben.
De Baas is er niet meer. Hij is opge
stapt en heeft meteen alle sial mee
genomen. Nu zal alles gaan, zoals hij
dat wenste, en in de geest zal hij het
zien gebeuren.
Vanaf heden slaan de Indische men
sen de handen ineen en lopen niet weg,
maar helpen elkaar. Als de goede wil
er is, komen de goede ideeën vanzelf
op gang.
Die uit dankbaarheid lid van een ver
eniging blijft, ondervindt daarvan ook
de zegen van kameraadschap en saam
horigheid."
Mevr. J. Overduyn
Tong-Tong is géén vereniging, dat
maakt de saamhorigheid onder de
lezers zo wonderlijk. Dat die saam
horigheid 8 maanden nadat Tjalie weg
is, nog bestaat, is een bewijs dat er bij
de mensen zelf behoefte bestaat aan
een zekere binding. Tong-Tong is het
bindmiddel geweest en zal het trachten
te blijven. Van sial (als mevr. Over
duyn daarmee onheil, tegenspoed be
doelt) is nooit sprake geweest. Zelfs
Tjalie's heengaan kan ik - persoonlijke
gevoelens buiten beschouwing gela
ten - niet zo zien. Que sera, sera.
Wat moet zijn, zal zijn. leder mens is
(lees verder volgende pagina)
6