WEERBERICHT OVER EN WEER cMtjehóe 2-egówijzen 1. 19 vend op mij af, schoof de twee tafeltjes en alle zes stoelen tegelijk voor mij aan en riep luidkeels om bier. A Mang was een vette Chinees met een hartkwaal. D.w.z. hij verbeeldde zich dat hij een hartkwaal had. De Eu ropese assistent van het hospitaal had mij eens in vertrouwen verteld dat A Mang, die het leven van de dokter zuur maakte, zo gezond was als een vis. "Hoe gaat het met u mijnheer," zei hij terwijl zijn dikke lichaam zuchtend in de stoel tegenover mij neerzeeg. "Met mij slecht, zeer slecht," vervolg de hij, de hand op het hart, terwijl hij rimpels probeerde te trekken in de glimmende huid van zijn vollemaans gezicht. "Zoals u weet, mijn hart mijn heer, ik kan ieder ogenblik dood neer vallen". "Je eet alleen te veel Fu Yong Hay, A Mang." "O neen mijnheer!" protesteerde hij, terwijl hij de inmiddels aangerukte flessen bier opende en twee glazen vulde. "Voedsel is het enige, dat mij nog staande houdt." "Voedsel en bier," verbeterde hij zich zelf en nam een diepe teug. Ik keek om mij heen. Het vertrek was, zoals ik reeds zeide, gemeubileerd met twee ijzeren tafeltjes en de zes stoelen. Een blazende Petromax hing aan een ijzerdraad van de zolder en verzorgde de verlichting. Verder stonden er tegen een der zij-muren drie ouderwetse trap- naaimachines. De achterwand werd ge heel in beslag genomen door een met gordijntjes afgesloten deuropening, on getwijfeld toegang gevend tot het woon- en slaap-verblijf van de familie. Tegen de andere zijmuur stond een serie lage zitbanken, waarop de rest van de klanten van het gecombineerde etablissement A Mang waren gezeten; een jonge en één oudere Chinees, een Maleier en een paar opgeschoten In donesische jongens. De voor-zijde (straat-zijde) van het vertrek was ge heel open. "A Mang," zei ik, terwijl ik zelf een slok bier nam, "heb je Abu vanavond gezien?" Onmiddellijk mijn glas bij- schenkend antwoordde hij minachtend: "Dat waardeloze voortbrengsel van de schanddaad van zijn moeder?" (Abu was een halfbloed van een Chinese moeder en een Indonesische vader). "Ja, hij was daarnet nog hier met die Soendanees van U, Djamin. Ze zeiden dat ze een afspraak met u hadden." "De onbeschaamdheid!" vervolgde hij luid, zijn dikke armen ten hemel ge heven en met rollende ogen, "Een afspraak met U om te jagen, wie heeft ooit van zulke nonsens gehoord!" "Pas op je hart A Mang." "Juist mijnheer." Haastig zijn glas leeg drinkend en weer vol schenkend. Bartman kreeg een brief uit Pandaan (Kasrie) van een Indonesische jacht vriend waar hij in 1969 mee de Smeroe op was geweest. In verrukkelijk Ja vaans en in zijn beste tjakar ajam schreef die vriend: "Wah, Pak, saiki ramé-ramené tjeleng, wulan Augustus/Sept./Oktober panasé musim, tjelengé podo ngelak klajapan golek banjoe, kari dorrrr waé Panasé ngak karuan, kepingin nang Holland waé sing adem". (voor wie dit kostelijke stukje jagers- lyriek niet kan vertalen: "Wah Pak, het stikt hier van de tje- lengs, in Augustus, September, Okto ber, de warmste moesson-maanden, zoeken ze als razenden naar water en vragen er gewoon om geschoten te worden! Het is zo warm, dat je je geen raad weet, ik wou dat ik in Holland zat waar het koud is". Waarop Bartman watertandend om dat "kari dorr waé" en jaloers op "panasé ngak karuan", toch maar vriendelijk de raad gaf: "Odjo menjang Holland, sebabé ndasmoe mengko mengkered!" Wat dan in super-Nederlands vertaald luidt: "Kom maar niet naar Holland, want dan krimpt je kop in van de kou!" "Waar zijn zij naar toe gegaan?" "Abu moest zijn geweer halen, geloof ik. De oude vlerk! Een afspraak met U, belachelijk! En die oude Djamin mijn heer, niet te vertrouwen. Geen van allen te vertrouwen, die zwarte vlegels! Bierschreeuwde hij woedend tegen de verzamelde cliëntèle op de zitban ken. "Weten jullie niets beters te doen dan daar als varkens te zitten, zonder een geëerd bezoeker de gepaste gast vrijheid te betonen I Een van de twee Chinezen stond haastig op en kwam met nieuwe flessen lauw bier aandragen. A Mang wendde zich weer tot mij en informeerde droogjes: "Hoe laat had u afgesproken?" "Om acht uur". (wordt vervolgd) Lin Scholte: "BIBI KOETIS VOOR ALTIJD" f 18,90 f 2,porto. Wie "Anak Kompenie" kent moet ook kennismaken met Bibi Koetis, de oude Javaanse tante die altijd met het gezin meereisde. Bupati Toyota. Tjamat Honda. Keutjhi' seupeda Rakjat bajeuë ipeda. Vertaald: De resident rijdt in een Toyota (auto) Het districtshoofd berijdt een Honda (motorfiets) Het gamponghoofd rijdt op de fiets Het volk betaalt de "ipeda" (ipeda is de samenvoeging van "iuran pembangunan daerah" of "bijdrage tot opbouw van het land.) 2. Dji teuka inong, djimeudjunteë Dji ba aleë ateuih ba' limeng Rót aleë, keunöng aseë beungèh aseë, djikab kamèng. Vertaald: Er kwam eens een vrouw, die met neer hangende (schommelende) benen ging zitten, boven in een blimbingboom (ba' limeng) en een rijststamper (aleë) mee nam. De rijststamper viel, raakte een hond, de hond werd nijdig en beet een geit. Betekenis: Kleine oorzaken hebben grote gevolgen. De vrouw, die zich ont trekt aan haar werk (padistampen) ver oorzaakt een perkara. 3. Angèn pöt, raga prèh. Vertaald: De wind blaast, en de raga (rieten mand met grote mazen (openingen) wacht. Men zegt dit in Atjeh voor iets wat "zinloos" is. Het heeft geen zin wind te vangen, daar de wind door de mand heen blaast. J. H. J. BRENDGEN >j|rAi "Je weet nooit, misschien hun soto-madura lekker!"

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1975 | | pagina 19